Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent

    Woorden die beginnen met 'h'

    1. ha (319)
    2. he (415)
    3. hi (57)
    4. hn (1)
    5. ho (358)
    6. hu (117)
    7. hy (4)

    De volgende 1226 termen in onze databank beginnen met 'h':

    h(eu) (eu)
    haafkaaf
    haafkoopdag
    haag
    haag, achter de ~ lopen
    haag, een ~ vormen
    haag, zijn gat door de ~ steken
    haagdokter
    haagloper
    haagschaar
    haagschool
    haagschool doen
    haagschool houden
    haagweduwe
    haagweef
    haak, droog aan de ~
    haak, nat aan de ~
    haak, niet in de ~ zijn
    haak, niet in de ~ zitten
    haak, uit de ~ hangen
    haak, uit de ~ zijn
    haakfout
    haakjes, tussen ~ gezegd
    haakpuit
    haalbare, in de mate van het ~
    haantje-vooruit
    haantje, een engels ~
    haar
    haar doen
    haar eigen
    haar tot op zijn gat
    haar, bij het ~ getrokken zijn
    haar, bij zijn ~ getrokken
    haar, door zijn ~ gegroeid
    haar, een ~ in de boter
    haar, er is geen ~ op mijne kop dat daaraan denkt
    haar, Frans met ~ op
    haar, gelijk ~ op een hond
    haar, het ~ groeit door mijn klakke
    haar, het fijnste is ook zijn ~
    haar, hij heeft geen ~ op zijne kop dat deugt
    haar, iemand voor geen ~ vertrouwen
    haar, in zijn ~ krabben
    haar, m'n ~ doet pijn
    haar, met ~ op
    haar, met het ~ erbij gesleurd
    haar, met zijn ~ zijn
    haar, mijn ~ komt recht
    haar, op het ~ rijden
    haar, staat er nog geen ~ op uw tong
    haar, van ~ noch pluim kennen
    haar, zijn ~ goed leggen
    haarcement
    haard- of standplaatstoelage
    haard, moeder aan de ~
    haard, vrouw aan de ~
    haardrogerwind
    haardtoelage
    haardvergoeding
    haargetuig
    haarjas
    haarke pluk
    haarkepluk
    haarkliever
    haarpijn
    haarsnijden, het is allemaal geen ~
    haarsnijer
    haarstrijkijzer
    haartooi
    haarzak
    haarzakken
    haarzakker
    haarzakkerij
    haas
    haas, liever is een ~ die snel loopt
    haas, niet van een ~ gepoept zijn
    haas, van den ~ gepoept zijn
    haas, van kromme ~ gebaren
    haast en spoed is zelden goed
    haasten, in drie ~
    haasten, in zeven ~
    haastig
    haastigaard
    haastigheid
    haatboodschap
    habben
    habbezakkerig
    habgard
    hache
    hacht
    hachtje
    had geworden
    haddoch
    haer
    hafeltje
    hagelbol
    hagemuiten
    hagen, in ~ en kanten
    hagewinde
    haha, joh
    hak
    hak, zo stijf als een ~
    hakbijl
    hakbijlcomité
    haken en ogen, met ~ aaneen hangen
    haken en sloten, met ~ aan elkaar hangen
    haken, met ~ en ogen aaneenhangen
    hakerskappers
    hakhoutbeheer
    hakkelaar
    hakkelen
    hakkelgaren
    hakkeling
    haktol
    halen
    halen, het ~ van
    halen, iemand ~
    halen, komen ~
    half en half
    half soeke
    half zeven
    half zijn gat
    half, en ~
    halfhersteld zijn
    halfherstellende
    halfmaan
    halfmaandelijks parkeren
    halfnèze
    halfoest
    halfoogst
    halfopen
    halfopen bebouwing
    halfpan, zich een ~ voelen
    halfrond
    halfsegat
    halftijdse baan of job of ...
    halfvastenfoor
    halfweg
    halfzegat
    halketie
    hallo kroket
    hallo, goeiemorgen
    hallokes
    hallookes
    hallowkes
    hallucinant
    hals, aan de ~ laten komen
    hals, aan den - komen
    halt
    halteaanvraag
    halve duim
    halve fond
    halve gare
    halve gast
    halve intern
    halve trouwboek
    halve, een ~ gedraaide
    halvelings
    halvemaan
    halver
    halverlinge
    halvewitte
    hamac
    hamburgerjob
    hamel
    hamer, klop van de ~ krijgen
    hamerslingeren
    hamfel
    hammevlees
    hampelman
    hampeterre
    hand
    hand, 't was of ze met een kou ~ aan mijn gat kwamen
    hand, aan de ~ hebben
    hand, dat is tegen mijn ~
    hand, de ~ aan zijn eigen slagen
    hand, een vogel in de ~ is beter dan 10 in de kant
    hand, iets aan de ~ hebben
    hand, neemt uw ogen in uw ~ en zie door de kotters
    hand, ter ~ trekken
    hand, uit de ~ beslagen
    hand, van de ~ Gods geslagen
    hand, veel kosten van de ~
    hand, zijn twee ~en kussen
    handborstel
    handelaarsplaat
    handeling, een ~ stellen
    handelisatie
    handelsfonds
    handelsfoor
    handelshuis
    handelshuur
    handelshuurovereenkomst
    handelsingenieur
    handelsvlak, op ~
    handelswetenschappen
    handelszaak
    handen
    handen lijk kolenschoppen
    handen, varen en ~
    handen, zonder ~
    handenwasser
    handfrein
    handgeklap, bij ~
    handgift
    handhaaf
    handhave
    handigaard
    handikapé
    handje
    handje, een ~ toesteken
    handje, een ~ weg hebben van
    handje, op eigen ~
    handjes, waar zijn die ~
    handkaart
    handlanger
    handpop, de ~ van
    handrem, met de ~ op
    handschoe
    handschoenkastje
    handsvol
    handtas, in de ~
    handteef
    handteken
    handtekenen
    handvat, het ligt aan het ~
    handvleugel
    handvleugeltje
    handwerk
    hane
    hane, de vette ~
    hanekap
    hanen, vette ~
    hanenkappen
    hanenvlag
    hanenzetten
    hanenzingen
    hanestap
    hanestap, iemand de ~ leren
    Hanezoekers, de ~
    hangar
    hangbuikvarken
    hangbuikzwijn
    hangen, aan de toog ~
    hangen, het nogal laten ~
    hangen, met de lip in het bier ~
    hangerke
    hangmat
    hangplaaster
    hank
    hankeren
    hanne
    hannekesnest
    hannekla
    hannewuiten
    hannik
    hannoe
    hanske-vooraan
    Hanskroef
    hanteklaa
    haos
    happe
    hapsjaar
    hapsnap
    hard in zijn lijf
    hard labeur
    hard tegen onzacht
    harde duivel
    hardi
    hardwerkende Vlaming
    hare(n), zijne(n)
    harels trekken
    haren, met de ~ getrokken
    haring
    haring, die ~ braadt niet
    haring, zo mager als een ~
    harley trapson
    harley traptemzelf
    harmonica
    harnas
    hart, een ~ van koekebrood
    hart, een ~ van peperkoek
    hart, er het ~ van in zijn
    hart, iets niet aan zijn ~ laten komen
    hart, iets niet over zijn ~ krijgen
    hart, mijn jong ~ en mijn stijve ledematen
    hart, tegen zijn ~ spreken
    hart, van uw ~ een steen maken
    hart, zijn ~ op tafel leggen
    hart, zijn ~ opvreten
    hartaderbreuk
    hartbrekend
    hartcrisis
    hartelijk
    hartje; het ~ van de zomer
    hartloper
    hartsgrondig
    hartvreter
    hartvreterij
    Hasselaar
    Hasseltse speculaas
    hastel
    hatstiek
    haus
    haut-parleur
    haven
    havenkapitein
    havenschepen
    haveren
    haveres
    hazaard
    hazetukske
    he
    heb ik soms iets aan van u
    hebben en zijn in 't Kempens
    hebben staan
    hebben, ~ van...
    hebben, er niet aan ~
    hebben, het ~ zitten
    hebben, het er niet mee ~
    hebben, het in ~
    hebben, het niet ~ voor
    hebben, van iets of iemand niet moeten ~
    hebben, zoiets ~ van
    hecht
    hechtenis
    hedde
    hedder
    hedendaagse dans
    heed
    heel de ~, heel het ~
    heel de bataklang
    heel de reutekemeteut
    heel deel
    heel deel, een ~
    heelder
    heelsan
    heeltergans
    heem
    heemer
    heemkring
    heemkundige kring
    heen en weer kind
    heen- en terugbiljet
    heen, henen, hene
    heenmatch
    heenwedstrijd
    heepmes
    heer minister
    Heer, den ~
    Heer, ons ~ moet zijn getal hebben
    Heerke, ons ~
    heerkracht
    heernonk
    heet muntje
    heetloper
    hefboomproject
    hefschroefvliegtuig
    heftepin
    heik
    heilicht
    heilichten
    heilig beeleke
    heilig boontje, het ~ uithangen
    heilig paterke
    heilige dag
    heilige, ter ere van welke ~
    heiliger dan de paus zijn
    heimatlied
    heimelijk
    heimelijkaard
    heimkeer
    heirbaan
    heirdlijk, niet meer ~
    heirkracht
    heis
    heisj
    heislender
    heivers goan
    heivisj
    Heizeldrama
    heizeling
    hekkebekken
    hekken
    hekken, van den hof en het ~ vast
    hekken, zijn ~ aan een andere staak hangen
    hekkes
    hekmerk
    heks(e)
    Heksemie
    heksemoer(e)
    heksenpikkel
    heksenprot
    Heksenrijk
    heksevel
    hel
    hel horen
    hela hola
    helaan
    helaas het is een blaas
    helaas speculaas
    helaasheid
    helaba
    helderaan
    helegaar
    helegans
    helemaal weg zijn
    hellekapelle
    helleklassieker
    hellen
    hellen naar
    helling
    helpe
    helpen donderen, te lomp om te ~
    helpen open doen en sluiten
    helpen, zich van het leven ~
    helper, familiaal ~
    helver
    hem
    hem of em
    hem of haar
    hem zijn
    hemaal
    hemd
    hemdje raakt mijn gaatje niet
    hemdsknoop, een ~ groot
    hemel en aarde verzetten
    hemel, al wat de ~ geven kan
    hemel, fezelaars komen niet in de ~
    hemelbeestje
    hemelen
    hemellicht
    hemellichten
    hemelsgeschenk
    hemelsgroot
    hemelstevroed
    hemelwerke
    hemme
    hemmeke
    hemmeke raakt mijn poepke niet
    hemmekes
    hemmen
    hen
    hene
    hengel
    hengel, op den ~ stoten
    hengselen
    hengsteboer
    hengsteveulen
    henj
    henjig
    henke
    henne
    henne, daar ~
    henne, er ~ gaan
    henne, er ~n uitzien
    hennekot
    hennekouse
    hennen achterom zien
    hennen en terug
    hennentenen, met ~
    hennenvlees
    hennig
    hens
    henske
    heps
    her-
    heraanleggen
    herbaggeren
    herbeginnen
    herbekijken
    herbronnen
    herbruiken
    herconnecteren
    herdelijk
    herdoen
    Herentalse boomkes
    Herentalsenaar
    Herenthoutse Peerkens
    herenvelo
    herexaam
    herfederaliseren
    herfederalisering
    hergeven, zich
    herhaling prefix werkwoord
    herindienstneming
    herinneren, te ~
    herknauwen
    herkneden
    herkwalificeren
    herlaadbedrag
    herlaadbeurt
    herlaadkaart
    herlanceren
    herleiden
    herleiden, tot een minimum ~
    hermaken
    hermaken, zijn leven ~
    hermelijntram
    hernaaien
    hernemen
    herneming
    hernieuwbaar
    heropflakkeren
    heropstart
    heropstarten
    heropstartpremie
    heroriënteren
    herpakken
    herpakken, zich ~
    herpartneren
    herpromoten
    herres
    herres en derres
    herres en ginses
    herres komen
    hers
    herschilderen
    hersenkoker
    herspuiten
    herstelbeleid
    herstelkamer
    herstellen
    herstelling
    herstelonderzoek
    herstelpensioen
    herstelregering
    hert
    hert(e)
    hertassen
    hertefretten
    hertefretter
    hertekenen
    herteklop
    hertelijk
    hertimmeren
    heruitzending
    herval
    hervallen
    hervalling
    hervormingstrein
    herwerken
    herwerking
    herzakker
    herziening, voor ~ vatbaar verklaren
    hesdas
    hesp
    hesp, Ardeense ~
    hesp, ene met ~ en ene met kaas
    hesp, gekookte ~
    hesp, gerookte ~
    hespengebraad
    hespenrolletje
    hespenworst
    hesprolletje
    hespvraag
    hesten
    het
    het aan zijn fles hebben
    het aanscharten
    het achterste van een paard en het voorste van een man of vrouw
    het blad omdraaien
    het botten van de bomen
    het boven zijn ogen hebben
    Het Brabants Trekpaard
    het dakt niet (meer)
    Het doet niet zeer, maar het is wel lastig
    het een en het ander
    het een gezegd gelijk het ander
    het een of het ander
    het eens raken
    het eerste
    het ei uit zijn gat vragen
    het er niet neffe kappen
    het eraf geven
    het fotst
    het gaan zeggen zijn
    het gaat niet om een koe
    het gaat niet op dat
    het gat in zin
    het gehad hebben
    het gekunnen hebben
    het geluk van leven hebben
    het glas der vriendschap drinken
    het groot lot winnen
    het groot woord hebben
    het heeft wat in
    het hemdje is nader dan het rokje
    het hof van Oostenrijk
    het hoog in zijn kas hebben
    het ijskonijn
    het inzicht hebben om
    het is aan
    het is af
    het is algelijk
    het is allemaal geen haarsnijden
    het is altijd pis of kak
    het is dat
    het is dat hé
    het is de beirende vrouw
    het is fris aan de vis
    het is fris aan den dis
    het is gebeurd
    het is geen been af
    het is honnemet
    het is juist
    het is mich tutmem
    het is te zeggen
    het is van -
    het is voorgevallen
    het is vroeg dag
    het is weer koekenbak
    het kan me niet verschillen
    het kan nie ip
    het kan niet missen
    het kind schillen en de patatten wiegen
    het kinneke alleen zijn
    het klettert tussen
    het konijn
    het Kot
    het kot alleen hebben
    het land uit zijn
    het land uit, de dieven tellen
    het let niet
    het leven is aan de rappen
    het leven zoals het is
    het licht van de zon niet gunnen
    het licht van de zon ontkennen
    het loopt niet over
    het messant niet
    het miskomt niet
    het Muytrisch Stelsel
    het nieuws
    het oneens raken
    Het Orakel van Brakel
    het poer niet uitgevonden
    het regent belga's
    het regent dat het zeikt
    het regent klein gaten
    het regent mollejongen
    het regent oude wijven
    het regent stront
    het rengert
    het rint lik ip een eende
    het schoon leven
    het Schoon Verdiep
    het spel
    het spookt aan de lindekes
    Het stinkt hier naar ore
    het van het zijn
    het varken uithangen
    het vel van zijn rug is aan zijn buik geplakt
    het verdriet van België
    het verre Limburg
    het verschil tussen Vlaamse en Hollandse speculaas niet uitgelegd krijgen
    het vier in de broek
    Het Vlaams Woordenboek
    Het Vlaamse Kruis
    hét voor iemand zijn
    het was als wachten op Godot
    het was er gelijk op een uitvaart
    het weer
    het weer uitgeven
    het Wit Huis
    het zal mijn kop nog wel afdoen
    het zal nog niet zijn
    het zal wel zijn
    het zijn kosten op het sterfhuis
    het zijn zotten die werken
    het zit al in mijn hoofd
    het zit al in mijn kop
    het zonlicht niet gunnen
    het zout in de karnepap niet verdienen
    het zout op de patatten
    het zout op de patatten niet verdienen
    het zout op de patatten niet waard zijn
    het zullen mogen kunnen
    hete prei
    hete toek
    hete vijs
    hete, stille ~
    heten
    heten hond
    heten teen
    hetter
    hetzel
    hetzelfde, het is ~ niet
    hetzelfde, van ~ zijn
    hetzelfste
    hetzelfste, als het voor u ~ is
    hetzij
    heubbelentaas
    heul
    heulen
    heulen met de wolf die in het bos leeft
    heulen, ondereen ~
    heulen, samen ~
    heulle
    heum
    heupeling
    heupslag
    heur
    heur ekster weunt hoge
    heure
    heurk
    heust
    heuten
    heuts
    heutterik
    heuzzelbeuzzeke
    heve
    hey
    heykes
    hezzelenteer
    hie
    hie sè, doa sè
    hiëhaer
    hiel
    hielen, liever zijn ~ dan zijn tenen zien
    hielen, niet achter zijn ~ kunnen kakken
    hier brandt de lamp
    hier ievers
    hier in en daar uit
    hier se, daar se
    Hier spreekt men Nederlands
    hier wat, daar wat, ginder wat, overal wat
    hier wordt geklaagd van weelde
    hier zijn ze met het lijk
    hier, dat ziet ge van ~
    hierachter
    hiere
    hierent
    hierneffe
    hierneven
    hierrond
    hierze
    hiete
    hij heeft zijn jongen opgegeten
    hij is krieke
    hij is met zijn haar
    hij is weer gaan zanten
    hijs
    hijsakken
    hik, op nen ~ en ne gauw
    hikketik
    hin
    hin, staan te zien gelijk een ~ op ne pier
    hinderniskoers
    hindernissenkoers
    hinderpremie
    hinge
    hinkelberg maken
    hinkelperk, in het ~ spelen
    hinkeltje spelen
    hinken, achterop ~
    hinkschelver
    hinksteen spelen
    hinnebees
    hinnegat
    hinnegraasel
    hinnekrei
    hinnenkot
    hinnepik
    hinterland
    hippen
    hippen, niet ~
    Hispano-Belgisch
    histore
    historie, dat is het schoonste van zijn ~ niet
    historiek
    historisch
    HNUO
    hoaf
    Hoal Euver
    hobbel
    hobbel en sobbel
    hobbeldesobbel
    hobbelensobbel
    hobbelig parcours
    hoddelekrieamer
    hodderen
    hoe dat
    hoe een
    hoe is ’t
    hoe is t met ons
    hoe kom het
    hoe later op de avond, hoe schoner volk
    hoe vettiger, hoe prettiger
    Hoe zijt ge
    hoe, ge kunt (dat) niet geloven ~
    hoebel, zijn ~ trekken
    hoeber, op den ~ lopen
    hoechele
    hoed, een hond met een ~ op
    hoed, ploesjen ~
    hoed, voye van de ~
    hoedanigheid, van eerste ~
    hoedat
    hoedelen
    hoederecht
    hoedjesdag
    hoef geven
    hoek
    hoek, achter ~ en kant
    hoek, achter de ~
    hoek, da's nog ni oep den ~
    hoek, daar is nen ~ af
    hoek, zich in een ~ laten drummen
    hoeken, achter ~ en kanten
    hoeksalon
    hoekzetel
    hoelahoepen
    hoelle
    hoemelen
    hoémme
    hoemp
    hoep
    hoeraja hiep
    hoereboeren
    hoerebok
    hoerejoenk
    hoeren en bonjouren
    hoeren en tamboeren
    hoeren, naar Parijs naar d'~
    hoerenchance
    hoerenest
    hoerengeluk
    hoerenjagertje
    hoerenkot
    hoerenmadam
    hoerenpintje
    hoestfles
    hoetel
    hoeterdekoeter
    hoeveboter
    hoeveel moet ik u
    hoeveel uur
    hoeveelst
    hoeveerig
    hoeveijs
    hoevekaas
    hoevelen
    hoevemelk
    hoevewinkel
    hoezeere
    hof
    hof van assisen
    hof van beroep
    hof van cassatie
    hof van plaisantie
    hof, den ~ af zijn
    hof, den ~ doen
    hof, van den ~ en het hekken vast
    hofbank
    hoffelijkheidscode
    hofgerief
    hofgrond
    hofmuur
    hofpad
    hofpoort
    hofstede
    hofstee
    hoftuin
    hofzaad
    hoge col
    Hoge Gezondheidsraad
    Hoge Raad van Financiën
    hoge toppen scheren
    hogehoed, zo zwart als een ~
    hoger
    hoger onderwijs
    hoger, zie ~
    hogere cyclus
    hogere studies
    hogergenoemd
    hogervermeld
    hogervernoemd
    hogeschool
    hogeschool, pedagogische ~
    hokkenoot
    hol
    hol van Pluto
    hola Pola
    hold-up
    holderdebolder
    holebi
    holebifoon
    holebigemeenschap
    holebilied
    holen
    holibi
    holibigemeenschap
    holkruiper
    Holland
    Hollander
    Hollandismen in Vlaanderen
    Hollands
    Hollandse
    Hollandse maatjes
    hollandse mercedes
    Hollandse rekenkunde
    holle
    holle vaten boemelen het hardst
    holleblok
    home
    home-invasion
    homebanking
    homejacken
    homejacker
    homejacking
    homestudent
    hommel
    hommelen
    hommelhof
    hommeltje
    homogeen bevoegdheidspakket
    homogene bevoegdheid
    homologeren
    hon(d)skaar
    hond, als een ~ in een kegelspel
    hond, daar ligt de ~ gebonden
    hond, een ~ met een hoed op
    hond, geen weer om een ~ door te jagen
    hond, gelijk haar op een ~
    hond, gescheiden gelijk een ~ van een stront
    hond, hij is de ~ gaan eten geven
    hond, iets wat de ~ niet mag
    hond, in den ~ gelogeerd zijn
    hond, lijk een ~ van zijn stront
    hond, scheiden gelijk de ~ van zijne stront
    hond, te slecht om tegen den ~ zijn gat te smijten
    hond, van den ~ gescheten zijn
    hond, van den ~ zijn
    hond, van den ~ zijn kloten
    hond, voor de ~ zijn kloten
    hond, wie over de ~ kan, moet over de staart kunnen ook
    hond, ze heeft nen ~ gepikt
    hondegierig
    hondekot
    Hondenfretter
    hondenkot
    hondenkweker
    hondenlosloopzone
    hondenpee
    hondenstiel
    hondenweide
    hondepee
    honderd
    honderd dagen
    honderd en één
    honderd hebben
    honderd ten honderd
    honderd, ten ~
    honderddagenshow
    honderdduizend, zo zat als ~ man
    honderdduizendste, op zijn ~ gemakken
    hondje vries (zit op 't dak)
    hondje, ja m`n ~
    hondsgebakken peren
    hondsgezeik, alle ~
    hondsmoejer
    hondsmuijer
    hondsziek
    honger, dood van de ~
    honger, grote ~
    honger, op zijn ~ blijven zitten
    honger, op zijn ~ laten
    honger, op zijn ~ laten zitten
    honger, scheuren van de ~
    hongerhaar
    honingraathotel
    honnemet, het is ~
    hoofd, (zich) iets in zijn ~ steken
    hoofd, het zit al in mijn ~
    hoofd, in ~e van
    hoofd, laat mijn ~ gerust
    hoofd, niet meer weten waar zijn ~ staat
    hoofd, op zijn ~ gevallen zijn
    hoofdbekommernis
    hoofdboter
    hoofdbrok
    hoofdbureel
    hoofddoekenverbod
    hoofdflakke
    hoofdgeneesheer
    hoofding
    hoofding, blad met ~
    hoofdplat
    hoofdschool
    hoofdstraat, radiale ~
    hoofdtelbureau
    hoofdverblijfplaats
    hoofdverdeler
    hoofdvogel
    hoofdvogel, de ~ afschieten
    hoog , het ~ in zijn kloten hebben
    hoog huis, laag huis, er zit een gierige pin in huis
    hoog opgeven over
    hoog oplopen met
    hoog, het ~ in hebben
    hoog, het ~ op hebben
    hoogbloeier
    hoogdag
    hoogdag houden
    hoogdringend
    hoogdringendheid
    hoogfeest
    hoogheidswaanzin
    hoogmis
    hoogmis, de Vlaamse ~
    hoogmis, weer lijk een ~
    hoognoen
    hoogop
    hoogperformant
    hoogste, op het ~
    hoogstudent
    hoogten en laagten
    hoogtes en laagtes
    hoogtestapelaar
    hoogtewerker
    hoogweef
    hoogzaal
    hooi, het vreet geen ~
    hooi, te dom om ~ te eten
    hoop en al
    hoop, een straaltje ~
    hoop, op den ~ toe
    hoop, op een ~ zetten
    hoop, zijn ~ stellen op
    hoopkes, op klein ~ liggen
    hoorapparaat
    hoorcentrum
    hoorndul
    hoort ge
    hoortest
    hoos
    hoot
    hoot en kloot, met ~
    hoot over kloot
    hop met de geit
    hope, al 't ~
    hopelijks
    hoppel
    Hoppin
    Hoppinpunt
    hora in de hut
    horecacheque
    horecagezwel
    horeke
    horen komen
    horen, achter ~
    horendol, ergens ~ van worden
    horendrager
    horendul
    horens dragen
    horens krijgen van
    horens zetten
    horizonbezoedeling
    horken
    horlogemaker
    horst
    horten
    hos klos
    hospitaal
    hospitaalbed
    hospitalisatie
    hospitalisatiekosten
    hospitalisatieverzekering
    hospitaliseren
    hostess
    hot
    hot, een ~ slapen
    hot, een luie ~
    hotel den Houten Lepel
    Hotel Errera
    hots klots
    hotseentje en beworje
    hou
    hou, hou, hou
    houd uw tanden
    houden aan
    houden, op iets zitten ~
    houden, zich eraan ~
    houdoe (hawdoew)
    houf uurke, ein ~
    houfzaat
    hout
    hout vasthouden
    hout, het gaat over zijn ~
    hout, niet meer weten van welk ~ pijlen maken
    houtafvaltoerisme
    houte spel
    houten
    houten frak
    houten kop
    houten lepel
    houten speld
    houtkot
    houtraper
    houtstoof
    houtvijs
    houtvumme
    houve gare
    houverwaegs
    houw
    houwblok
    houwe
    houwvrouw
    hoveerdig
    hoven
    hoving
    hozeke
    hozen
    hudderen
    huh naar boven of huh naar beneden
    huif
    huijmeier
    huin den daag
    huipke
    Huirtuit statie
    huis aan huis bedelen
    huis aan huis bedeling
    huis aan huis verdeling
    huis van Oostenrijk
    huis van vertrouwen
    huis van wantrouwen
    huis, ’t is hier het ~ van Oostenrijk niet
    huis, (n)iets van in ~ komen
    huis, elk kind kost een ~
    huis, in ~
    huis, mijn ~ staat te dansen
    huis, over ~
    huis, uit ten ~ zijn
    huis, ver(der) van ~ staan
    huisapotheker
    huisartsenwachtpost
    huisbereid
    huisbewaarder
    huisdokter
    huisduif
    huisduivel
    huisgerief
    huishoudbrood
    huishoudgerief
    huishoudhulp
    huishoudtoestel
    huisje spelen
    huisje, peperkoeken ~
    huisjesmelkerij
    huiske
    huiskring
    huislinnen
    huispersoneel
    huist
    huistig
    huisvestingsmaatschappij
    huiswerk, zijn ~ maken
    huiszoeking, versterkte ~
    huit, zuit en smuit
    huizeke
    huizeke, peperkoeken ~
    huizenieren
    hukken
    hukken onder iets
    hukken, door zijn ~ gaan
    hukken, op zijn ~ zitten
    hukkes
    huksel
    hukske, op zijn ~
    hukstand
    hul
    hulder
    hulle
    hullebus
    hullekot
    hullemboer
    hullen
    hulleput
    hullestoof
    hulparts
    hulpgevangenis
    hulpkonvooi
    hulpleider
    hulten en bulten
    hultje
    hum
    humaniora
    humanistisch
    humaniteiten
    humme
    hummekes
    hun eigen
    hunken
    hunne(n)
    huppeling
    hurk
    hurken
    hurs
    husselen
    hut
    hut, hora in de ~
    huts, met de ~ verkopen
    huts, met een ~ en een klets
    hutsebalieren
    hutsekluts
    hutselen
    hutsepot
    huttebonen
    huttel
    huu
    huu den daag
    huurcamionette
    huurindex
    huut
    huutsweir
    huwave
    huwelijksjubilee
    huwelijkslijst
    huwelijksquotiënt
    huwelijksstelsel
    huwelijksvermogensstelsel
    huzzel
    hydrocutie
    hyperkinetisch
    hypo
    hypothekeren

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.