Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent

    Woorden die beginnen met 'k'

    1. ka (754)
    2. ke (344)
    3. kg (1)
    4. ki (226)
    5. kj (6)
    6. kl (508)
    7. km (3)
    8. kn (130)
    9. ko (788)
    10. kr (390)
    11. ku (134)
    12. kv (1)
    13. kw (170)
    14. kz (1)

    De volgende 3159 termen in onze databank beginnen met 'k':

    k-way
    K’drieën
    k’was just an ’t peis,n
    KA
    kaai
    kaaien
    kaaihet
    Kaaimanbelasting
    Kaaimantaks
    kaak
    kaake
    kaakslag
    kaakslagbelgicisme
    kaakslagflamigantisme
    kaakslagflamingant
    kaakslagflamingantisme
    kaal
    kaal, van een kale reis terugkomen
    kaantjes
    kaantjessaus
    kaap
    kaapis
    kaar
    kaarkesvolk
    kaarlues
    kaars, mijn ~ is uit
    kaars, zich aan een gewijde ~ verbranden
    kaarsbranding
    kaarsenpan
    kaarsjespisser
    kaarskeschiet, iets van ~
    kaarspoor
    kaarsriet
    kaarsroet
    kaarswiek
    kaart, de ~ trekken van
    kaart, een ~ opmaken
    kaart, grijze ~
    kaart, met de ~ betalen
    kaarten op tafel
    kaarten, daar kan je op ~
    kaartersclub
    kaartershuis
    kaarterslokaal
    kaarterstafel
    kaarting
    kaartje, een ~ trekken
    kaartjesgaren
    kaartjesknipper
    kaartprijskamp
    kaas
    kaas- en wijnavond
    kaas, de ~ van tussen uw brood laten halen
    kaas, uwe ~ laten
    kaas, zo rot als ~
    kaasaffineur
    kaasavond
    kaasendoemper
    kaaskant
    kaaskop
    kaasroute
    kaasschaafprincipe
    kaasschenkel
    kaasschotel
    kaastaart
    kaat
    kabaan
    kababbel
    kabadaster
    kabas
    kabas, iemand ne ~ geven
    kabassen
    kabba
    kabbelen
    kabberdoeske
    kabeelen
    kabeljauwogen
    kabernaa
    kabernet
    kabiebassen
    kabientje
    kabine
    kabine, iemand nen trok in zijn ~ geven
    kabinet
    kabinetchef
    kabinetsadviseur
    kabinetsattaché
    kabinetschef
    kabinetsraad
    kabinetstukje
    kabuizen
    kacheluitwaseming
    kachtelgat
    kadaster, gekend ten ~
    kadastraal inkomen
    kaddemie
    kade
    kadee
    kadee, dat is ~
    kadei
    kadeil
    kader
    kaderen
    kaderen in
    kaderen, iets om in te ~
    kaderment
    kaderstuk
    kadet
    kadijs
    kado doen
    kadodder
    kadotteren
    kadrement
    kadukelijk
    kadul
    kadul slaan
    kadullig
    kaduuk
    kaeke
    kael
    kaelke
    kaelsluu
    kaerbeusjtel
    kaeren (kaere)
    kaf, in zijn ~ liggen
    kaffe
    kaffebeus
    kaffeebeus
    Kaffeegieter
    kaffezjo
    kaffie
    kaffiebal
    kaffielutte
    kaffiezatte
    kafkieken
    kaft
    kafzak
    kahoele
    KAJ
    kajanken
    kajauwen
    kajieten
    kajoebereer
    kajoenkelen
    kajonkelen
    kajotster
    kajotter
    kajut
    kajuut
    kak
    kak aan zijn gat hebben
    kak of gene kak, de pot op
    kak van Maria
    kak, dat is andere ~
    kak, elk ~je in een zakje
    kak, gene kouwe ~
    kak, komen gelijk grote ~
    kak, met ~ in de broek
    kak, uwe ~ inhouden
    kak, zijne ~ inhouden
    kak, zijne ~ intrekken
    kaka
    kaka doen
    kakbruin
    kakdoek
    kake
    kakelen kan iedereen maar eiers leggen niet
    kakelnest
    kaken, rode ~ krijgen
    kakenest
    kakfiets
    kaki op straat
    kakilaar
    kakkebeulleke
    kakkeboon
    kakkebroek
    kakkedore
    kakkelatje
    kakkeman
    kakkemenne
    kakkemotjes, ergens ~ rond maken
    kakken in onze schoen
    kakken op
    kakken, hoger ~ dan zijn gat
    kakken, in zijn broek ~
    kakken, niet achter zijn hielen kunnen ~
    kakken, niets anders doen dan eten en ~
    kakken, over uw tong ~
    kakkenest
    kakkepamper
    kakker
    kakkerie
    kakkermoikkes
    kakkernest
    kakkershoek
    kakkestoel
    kakkestront
    kakkewalk
    kakkewalk, het is precies ne ~
    kakkewiet
    kakmadam
    kakmamzil
    kakmentjes
    kakmobiel
    kakpamper
    kakschool
    kakske, een ~ doen
    kakske, lachend ~
    kakstoel
    kaktanden
    kal
    kal mer plat
    kal, aan de ~ komme
    kal, sjaele ~
    kalandieze
    kalandizie
    kalant
    kalantekaart
    kalderbees
    kale reis, van een ~ terugkomen
    kale reis, van een ~ thuiskomen
    kalee
    kaleien
    kalender
    kaleren
    Kales, het nauw van ~
    kalf
    kalf, daar ligt het ~ gebonden
    kalfs
    kalfsblanket
    kalfskoek
    kalfslas
    kalfsleder
    kalfspoot
    kaliche
    kalichehout
    kalichewijn
    kalinkelen
    kalinker
    kalinkeren
    kalinne
    kalisieklutser
    kalisjenhout
    kalisse
    kalissen
    kalissenhout
    kalissestok
    kaljaster
    kaljen
    kalk
    kalkaar
    kalkeerpapier
    kalken kop
    kalkerneilige
    kalkoen, ergens naar uitzien als een ~ naar Kerstmis
    kalkspray
    kalle
    kalle met de haak
    kalleien
    kallekot
    kallen
    kalliesjeklutser
    kalmeermiddel
    kaloemerke
    kaloes
    kaloot
    kalot
    kalote
    kalotteke
    kalpei
    kalut
    kalverkruier
    kamant
    kamazool
    kambed
    kambeuze
    kamelot
    kamer van inbeschuldigingsstelling
    Kamer van Volksvertegenwoordigers
    Kamer, de ~
    kameraad Porsche
    kameren
    kameroed
    kamersupplement
    kamikaze
    kamikaze-actie
    kamikazecoalitie
    kamikazeregering
    kamion
    kammelot
    kammezöälke
    kamp
    kamp aan boord
    Kamp, het
    kamp, van ~ veranderen
    kamp, zijn ~ doen
    Kampenaar
    kamperen voor de schoolpoort
    kamperen, de prijzen ~
    kampernoelie
    kampernoelje
    Kampfschwein
    kampioen zijn is plezant
    kampmoeder
    kampsite
    kampwissel
    kampwisseling
    kan
    Kanaalplan, het ~
    kandidaatsdiploma
    kandidatuur
    kandidatuur, zijn ~ indienen
    kandidatuur, zijn ~ stellen
    kandidatuurstelling
    kane
    Kanegem, van ~ komen
    kaneunnevogel
    kangoeroeklas
    kangoeroewonen
    kangoeroewoning
    Kanipoupolos
    kanker, kom op tegen ~
    kannasière
    kannen
    kanner, eerste ~
    kannibaal, de ~
    kanollievogel
    kanon, aan het ~ staan
    kanonbal
    kanong
    kanongebulder
    kansarmoede
    kansel
    kanseliersbonus
    Kansspelcommissie, de ~
    kant
    kant, aan ~ zetten
    kant, aan de ~ doen
    kant, aan den ene ~
    kant, aan gene ~
    kant, de ~en afdoen
    kant, een vogel in de hand is beter dan 10 in de ~
    kant, er de ~jes (van) aflopen
    kant, er de ~jes (van) afrijden
    kant, geen ~ aan iets of iemand krijgen
    kant, langs de andere ~
    kant, langs de ene ~
    kant, langs de ene ~, langs de andere ~
    kant, uit de ~ komen
    kant, van ~ gaan
    kant, ver(der) van ~ staan
    kant, voor de verkeerde ~ zijn
    kant, wijd van ~ staan
    kant, wijd van ~ zijn
    kant, zijn eigen aan ~ houden
    kant, zijn eigen van ~ maken
    kant, zijne ~ afrijden
    kantelcliquet
    kantelmoment
    kantelpoort
    kanten, aan geen ~ deugen
    kanten, achter hoeken en ~
    kanten, geen ~ raken
    kanten, in bossen en ~
    kanten, in hagen en ~
    kanten, langs alle ~
    kanten, langs geen ~
    kanten, met ~ en bouten
    kanten, op geen ~ trekken
    kanten, van welke ~
    kantien
    kantje
    kantje boordje
    kantje, ’t ~
    kantjesvolk
    kantoorbuilding
    kantoorgerief
    kantoorplakker
    kantsuiker
    kantuit
    kantwit
    kanwiel
    kap
    kap, aan de ~ liggen
    kap, iets van zijn ~ schudden
    kap, onder de ~ fezelen
    kap, op de ~ van
    kap, op iemand zijn ~ zitten
    kapbijl
    kapblok
    kapel, aangetakeld van de ~
    kapel, een oude ~ moet versierd worden
    kapelanij
    kapellekensbaan
    kapellekes doen
    kapellekes, de ~ afdoen
    kapelletje
    kapelletjesbaan
    kapit geven
    kapitalisatiebon
    kapitein
    kapitein ter lange omvaart
    kapjus
    kapkerstel
    kapmantel
    kapmes
    kapneus
    kapoen
    kapoot
    kapoot, Engelse ~
    kapot
    kapot zijn
    kapot, beter een oude ~ gelijk een jonge bedorven
    kapotdoen
    kapotmakerij
    kapotneuken
    kapotperen
    kapotzjerre
    kapowee
    kappe
    kappelen
    kappen
    kappen, het er niet neffe ~
    kappen, op iemand of iets ~
    kappen, zich ergens laten voor ~
    kapper
    kappes
    kappestrang
    kappetunie
    kappewerker
    kapraai
    kapris
    kaproen
    kapruin
    kapstok
    kapstok, met een ~ in zijn kraag lopen
    kapsul
    kapsuul
    kapt me als
    kaptrui
    kapucienenknie
    kar, als ge wilt beren moet ge niet achter de ~ lopen
    kar, een ~ te groot
    kar, iemand tegen zijn ~ rijden
    kar, op de ~ springen
    kar, zijn ~ aanhangen
    kar, zijn ~ keren
    karaattaks
    karaboeja
    karakol
    karakterieel
    karakterlijn
    karamel
    karamel, oude ~
    karamellenvers
    karamellevers
    karamellig
    karboet
    karbonade
    karbuur
    karbuur, daar zit ~ achter
    karbuurkanon
    kareel
    kareelsteen
    kareetne
    Karel de Klucht
    karelen, naar binnen ~
    karikatuur
    kariko
    kariot
    karjakken
    karjotten
    karlees
    karmenade
    karmenei
    karmiangen
    karnasjeir
    karnemelkboerenhondenhaar
    karnepap, het zout in de ~ niet verdienen
    karnoffel
    karnolle
    karoën
    karoke
    Karolinger
    karoo
    karookespapier
    karoot
    karot
    karoten trekken
    karotentrekker
    karottentrekken
    karottentrekker
    karowen
    Karpaten, genie van de ~
    karrakol
    karreke, zich in een ~ zuipen
    karrekesvolk
    karremikkig
    karretje
    karrowen
    karslees
    karsouw
    kart
    kartasj
    kartel
    kartellijst
    kartelvorming
    karton
    karton melk
    kartouche
    kartus
    karuur
    karwei, een fysiek ~
    karzeel
    kas
    kas, alles uit zijn ~ halen
    kas, de ~ spijzen
    kas, een stuk in zijn ~ hebben
    kas, er zijn ~ aan vegen
    kas, het hoog in zijn ~ hebben
    kas, het is ~
    kas, iets in zijn ~ spelen
    kas, in zijn ~ slagen
    kas, kop in ~
    kas, op zijn ~ krijgen
    kas, uw ~ opvreten
    kas, uw ~ volspelen
    kas, zijn ~ afdraaien
    kas, zijn ~ leegrijden
    kasbon
    kasjes, met de ~ schieten
    kasjie
    kasjken
    kasjoebereir
    kaske
    käske, emes van ´t ~ noa de moer sjèkke
    kaske, iemand van ’t ~ naar de muur spelen
    kaske, iemand van het ~ naar de muur sturen
    kaske, in het ~ hangen
    kaske, op het ~ spelen
    kaskrediet
    kasp
    kaspesjeir
    kaspoesjeir
    kaspro
    kassa kassa
    kassa, witte ~
    kassaut
    kassei
    kasseibaan
    kasseidreef
    kasseien
    kasseien, over de ~ rollen
    kasseienetappe
    kasseienklassieker
    kasseienkoers
    kasseienlegger
    kasseienroute
    kasseienspecialist
    kasseientocht
    kasseienvreter
    kasseier
    kasseiheuvel
    kasseikapper
    kasseiken
    kasseiklassieker
    kasseikoers
    kasseilegger
    kasseirit
    kasseistamper
    kasseisteen
    kasseistoemper
    kasseistraat
    kasseistrook
    kasseivoorjaar
    kasseivreter
    kasseiweg
    kasseiwegel
    kasselrij
    kassement
    kassen
    kasserol
    kassiene
    kassier
    kassierster
    kassierster Deborah
    kassietsen
    kasstuk
    kast, drogen in de ~
    kast, ingemaakte ~
    kastaar
    kastanjeklop
    kastanjelaar
    kastebeier
    kasteel, het klein ~tje
    Kasteeldorp
    kasteelklas
    kasteelmoord
    kasteelwijn
    kastekind
    kasticket
    kastrol
    kastrol, oude ~
    kat, ~je spelen
    kat, als ons ~ een koe was
    kat, andere ~ten te geselen hebben
    kat, daar heeft geen ~ zaken mee
    kat, dat weet ons ~ ook
    kat, de ~ bij de melk zetten
    kat, de ~ is over tafel gesprongen
    kat, de ~ komt op de koord
    kat, dus een ~ is geen mus
    kat, een ~ een ~ noemen
    kat, een ~ in een zak kopen
    kat, geen ~
    kat, geen ~ die weet
    kat, grote ~
    kat, ne vogel voor de ~
    kat, nu komt de ~ op de koord
    kat, waar een ~ haar jongen niet in terugvindt
    kat, zijn ~ sturen
    kat, zo vals zingen als een ~
    kataloog
    katastroof
    kate
    kategoriek
    katerwetten
    kathedraalzeiker
    Katholiek Vlaams Hoogstudentenverbond
    katholiek, niet ~
    katholieker zijn dan de paus
    katijve
    katijvig,
    katje mie katje were
    katje spelen
    katjeduk
    katjes , de ~ in het donker knijpen
    katoen geven
    katrienerad
    katrienewiel
    katrol
    katsjoew
    katteballen
    kattejongen spuien
    katteken
    katteken de leste
    kattekop
    kattelam
    kattemoeier
    katten, het gaat ~ spauwen
    kattenbal
    kattengejank
    kattengeschrift
    kattenkop
    kattenkot
    kattenmadam
    kattenpastoor
    kattenpis
    kattentijd
    kattepad
    kattepis, gene ~ zijn
    kattepoestje
    kattepoot
    kattepul
    katterap,-pe
    kattevitesse, links rechts ~
    kattewas
    kattewiet
    kattin
    katueg
    Katuit
    kaukembauke
    kavalkade
    kave
    kave pla
    kaveet
    kavel
    kavepla
    kavezwart
    kaviaarsocialist
    kavie
    kawee
    kazaarme
    kazak
    kazak zijn ~ draaien
    kazak, op iemands ~ zitten
    kazak, zijn ~ keren
    kazakdraaien
    kazakdraaier
    kazakken
    kazakkendraaien
    kazakkendraaier
    kazakkendraaierij
    kazakkenkeerder
    kazebeze
    kazeem
    kazekei
    kazemat
    kazuvel
    kazzekij
    kazzekijn
    kazzeleire
    ke
    kebab
    kebabbel
    kechen
    keddel
    kedester
    kee
    keeën of keën
    keef
    keel
    keelscheet
    keelwisser
    keen
    keer
    keer voor keer
    keer, ene ~
    keer, keren
    keer, twee ~ niks
    keer, van een ~
    keerborstel
    keerborstel, ~ onder de neus
    keergeld
    keers
    kees
    kees, zijne ~ laten
    keesmuske
    keeszak
    keevendrager
    kegelspel, als een hond in een ~
    kei
    kei, een ~ het vel afstropen
    kei, een ~ kan je niet stropen
    keidood
    keidood, voor niet ~
    keien van de Wetstraat, de ~
    keien, op de ~ gezet
    keifak
    keigoed
    keike
    keikes
    keikop
    keineig
    keinijg
    keir, een ~ te groot
    keiraar
    keiremelk
    keiremelkboerenhondenhaar
    keischeef
    keiskant
    keismus
    keisse, van z'n ~ maken
    keissedozeblauw
    keit
    keitof
    keizemieke
    Keizer van Herentals
    Keizer van Oostende
    keizer zijn
    keizer-koster
    kejirdekjewere
    kekefretter
    keks
    kelbas
    kelder, in de ~ liggen
    kelder, uwe ~ valt in
    kelderen
    keldergeest
    kelderijs
    kelderverdiep
    kelderzeug
    kelebeier
    kelen
    kelg
    kelkkamer
    kelle
    kellekamer
    kellekomer
    kemel
    kemel, een ~ schieten
    kemelvet
    kemies
    kemisse
    kemissie
    kemp
    Kempen
    kempenaar
    Kempendochter
    Kempenland
    Kempens
    Kempens, Algemeen ~
    Kempenzoon
    Kempisch
    Kempisch Kanaal
    kempkoord
    kenai
    kendet
    kenijn (die, dat is ~)
    kenijn zijn
    kènjd
    kènjerkes
    kènjerwaegelke
    kenke
    kenne
    kenneke
    kennen
    kennen, de kunst van het ~
    kennen, er iets vanaf ~
    kennen, moeilijkheden ~
    kennen, succes ~
    kennis
    kennis hebben
    kennis hebben van
    kennisse mensen
    kentje
    kenwijsje
    kepelder
    keper
    keperen
    kepering
    kepie
    kepkeutel
    keppe
    keppekindje
    keppemaken
    keppemaker
    keppen
    keppesleppe
    keppewoord
    kerel
    keren
    keren, alles op een hoop ~
    keren, het ~ van de jaren
    keren, het ergens goed kunnen ~
    keren, het ergens niet kunnen ~
    keren, het niet kunnen ~
    keren, nieuwe borstels ~ goed
    keren, tot in het ~ der jaren
    kerende, per ~
    kering, in de ~
    keringsmuur
    kerjaafs
    kerjeuzeneuze
    kerjeuzeneuzen en vraagsteertjes
    kerjong
    kerjot, oud ~
    kerjoten
    kerk, als het geen school is, is het ~
    kerk, de ~ in ’t midden houden
    kerk, in de ~ geboren zijn
    kerkeboek
    kerkfabriek
    kerkganger
    kerkgank
    kerkhof
    kerkhofbloem
    kerkhofblommen
    kerkhofloper
    kerkpatrimonium
    kerktoren, onder de ~ vandaan
    kerktoren, onder elke ~
    kerktorenmentaliteit
    kerkvader
    kerkwegel
    kerlevain
    kermel
    kermenei
    kermesteten
    kerminkelen
    kermis, alle dagen zondag en ~ in de week
    kermis, een ~ is een geseling waard
    kermis, het is ~
    kermis, het is niet alle dagen ~
    kermis, het is nog nieuw ~
    kermis, kale ~
    kermis, van een kale ~ thuiskomen
    kermis, Vlaamse ~
    kermiskoers
    kermiskramer
    kermislief
    kermismuil
    kermisvogel
    kermisvogel, zo gelukkig als een ~
    kern
    kernanenkwikker
    kernbevoegdheid
    kernel
    kernexploitant
    kernijn
    kernis
    kernkabinet
    kernoeffel
    kernoeffelen
    kernonderhandelaar
    kernpsychopaat
    kerntalent
    kerntalentenmethode
    kernuëk
    kernuilevogel
    kernuitstap
    kernuuk
    kernwaakhond
    kerreget
    kerrel
    kerremelken
    kerremelker
    kerremelksmoes
    kerremesse
    kerremesteten
    kerrepap
    kerrewagen
    kerselaar
    kerselaren
    kersen pitten
    kerseren
    kersèt
    kersouwken
    kerstavond
    kerstboom, een ~ afbreken
    kerstel
    kerstenkind
    kerstpakje
    kerstpiemel
    kerstreveillon
    kerststronk
    kerstverlof
    kervelsoep
    kerwaat
    kerwellig
    kes
    kesavond
    keske
    keskejevoe?
    keskeschiet
    keskespisser
    kessemis
    kesseriet
    kestekind
    kestenbuum
    kestepiet
    kesteren
    ket
    ket
    ket, blauw ~
    ket, keuten
    keteer
    ketel
    ketelen
    keten
    ketier
    ketje
    ketjedeuk spelen
    ketjesspirit
    ketnetkroket
    Ketnetwrapper
    kettel
    kettelen
    ketten
    ketteren
    ketterslag
    kettier
    kettingziek
    kettingziekte
    keufel
    keuj
    keujel
    keuk
    keuken, interne ~
    keukengerief
    keukenhanddoek
    keukenkoord
    keukenlatijn
    keukenmachien
    keukenmase
    keukenpiet
    keukenrobot
    keukenrol
    keukenterminologie
    keukeske
    keul
    keun
    keun, ferm ~
    keunebille
    keunebuk
    keunegat
    keuneklootn
    keunekuttel
    keunemoere
    keunepoeper
    keunienk
    keuning
    keuningin
    keure
    keure, ' t is geen ~
    keurgroep
    keurige taal
    keuring
    keuringscentrum
    keurrewagel
    keus
    keussing
    keusteren
    keut
    keutel
    keutelen
    keuteljacht
    keutelplas, een ~ maken
    keuteren
    keuteren, in iemand zijn gat ~
    keuterhaak
    keutje
    keutse
    keuzegamma
    keve
    kevendrager
    keveren
    kevie
    kezeem
    kezelen
    kezem
    kezemuske
    kezerreme
    keziejem
    kezze, een ~ gescheten hebben
    kezzeke
    kezzeltje
    kga
    KI
    ki, een ~
    KI, het ~
    kibbelkabinet
    kibberen
    kick back
    kicker
    kickeren
    kickertafel
    Kids-ID
    kiebedo
    kieëvereir
    kief-kief
    kiek
    kiekaa
    kiekebich
    kiekeborst
    kiekefretter
    kieken
    kieken zonder kop
    kieken, gepluimd ~
    kieken, groen ~
    kieken, sponsen ~
    kieken, staan zien gelijk een ~ op een dode piet
    kiekenbil
    kiekenboer
    kiekenbollen
    kiekendraad
    kiekeneten
    kiekenfilet
    kiekenfretter
    kiekenkop
    kiekenkot
    kiekenkraam
    kiekenrijden
    kiekens, de ~ zitten door den draad
    kiekens, met de ~ gaan slapen
    kiekenskot
    kiekenvel
    kiekenvlees
    kiekeplod
    kiekepoeper
    kiekerekot
    kiekers
    kiekes, der lak de ~ bij zen
    kiekeskop
    kiekevel
    kiekevlees
    kiekhoest
    kiekske
    kiekske, ~ zonder pluimen
    kiel
    Kielse ratten
    kiem
    kiemen
    kiemkaart
    kiemkaarten
    kiemstaart
    kien kan kaone
    kienekalle
    kiengkeste
    kiepedo
    kies
    kiesak
    kiesarrondissement
    kiesbrief
    kiesbureel
    kiescampagne
    kiesgetuige
    kiesintentie
    kieskanton
    kiesomschrijving
    kiesplatform
    kiesprogramma
    kiespubliek
    kiesstrijd
    kiesuitslag
    kiesvee
    kieszak
    kiet
    kiêt, keet
    kieverbek
    kiezen
    kiezen tussen (de) pest en (de) cholera
    kiezig
    kiezigaard
    kiezing
    kif-kif
    kigge
    kijk
    kijk, geen ~ waard zijn
    kijk, klare ~ op
    kijkappartement
    kijken op iets
    kijken, achter niets of niemand ~
    kijken, er niet naast kunnen ~
    kijken, gaan ~
    kijkstage
    kijkuit
    kijkuit, op de ~ staan
    kijkvilla
    kijkwoning
    kijven
    kijves krijgen
    kiki
    kikken, niet durven ~
    kikker, zijn ~ laten
    kikkeren
    kikske
    kikveus
    kikvors
    killekalle
    killen
    killesjaai
    killig
    kilo
    kilo, een tiental ~
    kilo, niet op uwe ~ zijn
    kilometerheffing
    kilometriek
    kilometrique
    kiltand
    Kimback
    kimpel
    kin, op zijn ~ kunnen kloppen
    kin, op zijn ~ pakken
    Kind en Gezin
    kind, eigen ~, schoon kind
    kind, elk ~ kost een huis
    kind, het ~ schillen en de patatten wiegen
    kind, onderkomen ~
    kindcode
    kinderage
    kinderbed
    kinderbed, in het ~ blijven
    kinderbedde
    kindercharrette
    kinderen (niet) toegelaten
    kinderen, bloeikes van ~
    kinderfit-o-meter
    kinderfriet
    kindergeld
    kinderhand, onschuldige ~
    kinderheil
    kinderkak, geen ~ zijn
    kinderken
    kinderkoets
    kinderkop
    kinderkribbe
    kinderlast
    kinderrechtencommissariaat
    kinderrechtencommissaris
    kinders
    kindertuin
    kindervelo
    kindervoiture
    kinderwelzijn
    kinderwensconsulent
    kindje kopen
    kindje, een ~ kopen
    kindjessuiker
    Kindreflex
    kine
    kineast
    kinesist
    kinesitherapeut
    kinesitherapie
    King Connah
    kingkee
    kinkee
    kinkloppen
    kinkoem, een ~ geven
    kinnebaba
    kinnebakkes
    kinneke
    kinneke Jezus
    kinneke kopen
    kinneke van de wagen
    kinneke, het ~ alleen zijn
    kinnekeskak
    kinnekespap
    kinnekessuiker
    kinneklop
    kip
    kipbak
    kipcontainer
    kipkap
    kipkap, ergens ~ van maken
    kippelen
    kippen
    kippen, met de ~ gaan slapen
    kippenbil
    kippenkraam
    kippenvelmoment
    kippenvlees
    kippenvlees krijgen
    kippenwit
    kipper
    kiptje
    kipwagen
    kirkhoaf
    kirrewiet
    kiskoud
    kissak
    kissen
    kit
    kitte
    kittekato, ~ doen
    kittelen
    kittels
    kitzak
    kivela
    kivief, op zijn ~ zijn
    kiwi
    kiwimodel
    kizzig
    kjeis
    kjeisriet
    kjeskeschiet, van ~
    kjeskespisser
    kjitte
    klaaien
    klaar
    klaar en duidelijk
    klaar zien in iets
    klaar, zo ~als pompwater
    klaarmakingspost
    klaarte
    klaarziend
    klaaspaard
    klabakken
    klabetteren
    klabodderen
    klabots
    klabotsen
    klabotten
    klacht indienen
    klacht neerleggen
    klachtmisdrijf
    klad
    kladder
    kladderen
    kladiester
    kladpapier
    klagen en zagen
    klak
    klak af
    klak, amai mijn ~
    klak, de ~ afnemen
    klak, er met de ~ naar gooien
    klak, er met uw ~ hene slaan
    klak, hoe zijn ~ staat
    klak, Jef ~
    klak, met de ~ rondgaan
    klak, zijn ~ is aan zijn kop vastgegroeid
    klakkaard
    klakke
    klakkebosse
    klakkebuis
    klakkebusse
    klakkenat
    klakker
    klakkoor
    klakpotter
    klakske
    klakske, betonnen ~
    klakske, ene met een ~
    klaktoerist
    klakwastje
    klamaar
    klammeg
    klammere
    klammig
    klamotte
    klamp
    klamper
    klamper, van de ~ gepakt worden
    klandizie
    klank of stank, zonder ~
    klank, met ~
    klank, met de ~ af
    klankacteur
    klankband
    klankentapper
    klankman
    klap
    klap, aan de ~
    klap, aan de ~ blijven
    klap, aan de ~ geraken
    klap, aan de ~ houden
    klaphoorn
    klapke, een ~ doen
    klappe nansje
    klappei
    klappen
    klappen, iemand onder tafel ~
    klappen, met een vod in zijn mond ~
    klappen, met Jezeke ~
    klappen, schoon ~ hebben
    klappen, uit de biecht ~
    klappen, uit het bed ~
    klappenansie
    klaps tegen den vaak
    klapschotel
    klapziek
    klare kijk op
    klare maan
    klaren
    klaroener
    klas
    klas, van de ~ zijn
    klas~
    klasagenda
    klasdagboek
    klasfoto
    klasleraar
    klaspot
    klasse
    klasseerder
    klasseermap
    klassegerecht
    klassement
    klassement verticaal
    klassementsman
    klassen
    klassenagenda
    klassengerecht
    klassenraad
    klasseren
    klasseren, verticaal ~
    klasseren, zonder gevolg ~
    klasseur
    klassieker
    klastitularis
    klasvloer
    klasvriend
    klasvrij
    klats
    klatsje
    klatter
    klauwaard
    klauwen
    klauwieren
    klaven
    klaven, pinten ~
    klaver, van de ~ naar de biezen
    klavere
    klaverkatte
    klavetteren
    klavier
    klawieren
    klawiesteren
    klawieteren
    klebber
    kledij
    kledijzaak
    klèdje
    kleed
    kleed, iemand bij zijn ~ hebben
    kleedje, iemand een ~ aanpassen
    kleedje, in een nieuw ~ steken
    kleedje, in een nieuw ~ zetten
    kleedjesmadam
    kleedsel
    kleefband
    kleefzegel
    kleem
    kleen
    kleens, van ~ af
    kleercontainer
    kleerkast
    kleermaker
    kleerwinkel
    kleffe bek
    klefferen
    klei
    klei, uit Vlaamse ~ opgetrokken
    kleiage
    kleiduifschieting
    kleier
    kleijage
    klein
    klein backlijn
    klein beschrijf
    klein bier
    klein gasten
    klein geneuk
    klein gerei
    Klein Gevaarlijk Afval
    Klein Kasteeltje
    klein manneke
    klein mannen
    klein nazicht
    klein onderhoud
    klein salon, het ~
    klein verlet
    Klein Zaïre
    kleinder
    kleine
    kleine garnaal
    kleine gast
    kleine percentjes, rijke ventjes
    kleine scherm, het ~
    kleine, grote of medium
    kleine, met de ~
    kleine, zijne ~
    kleingeld
    kleinhandel
    kleinigheid, een ~ (gaan) eten
    kleinkunst
    kleinkunstenaar
    kleinkunstenares
    kleinsaf, van ~
    kleinstaterij
    kleinste kamertje
    kleintje
    klem
    klènder
    klep
    klepklak
    klepklonen, met de ~ lopen
    klepper
    klepper van formaat
    kleren
    kleren, aan~, uit~, ver~
    kleren, in de ~ hebben
    kleren, zich ~
    klerenbak
    klerken
    klet
    klets
    klets op de poep
    klets, een ~ bij opdoen
    klets, en een ~
    kletsen
    kletsen krijgen
    kletsenbil
    kletsenbol
    kletsfles
    kletshek
    kletske
    kletskoord
    kletskop
    kletskop, op een ~ staat geen haar
    kletskous
    kletspoep
    kletswijf
    klettere
    kletteren
    kletterend
    kletterende ruzie
    kleuf
    kleur
    kleur-tv
    kleurenwhist
    kleurenwies
    kleurenwiezen
    kleurfilm
    kleurfoto
    kleuringe
    kleurling
    kleurpotloden
    kleurtelevisie
    kleurvakbond
    kleurwas
    kleuteraar
    kleuteren
    kleutergeld
    kleuterklas
    kleuterschool
    kleuterspoan
    kleutertuin
    kleven
    klever
    klevertje
    klibber
    klibberen
    klidder
    kliefeling
    kliefhamer
    klienke
    kliënteel
    klieren
    klierkoorts
    klietsjke
    klieven
    kliever
    klijte
    klikken en klakken
    klikken en klakken, met uw ~ buitenvliegen
    klikmes
    kliksysteem
    klimaatambiteus
    klimaatbrosser
    klimaatflandrien
    klimaatintendant
    klimaatnegationisme
    klimaatpatat
    klimaatspijbelaar
    klimatisatie
    klimop
    kliniek
    klinimobiel
    klink expres
    klink over
    klink, het weer is in de ~
    klink, zijn ~ intrekken
    klinkt het niet, dan botst het maar
    klippel
    klippelaar
    klippelen
    klipper
    klishout
    klissen
    kliswater
    klitje
    klits
    klitsjie
    klitskoord
    KLJ
    klod
    klodde
    klodden, de ~ (van een ander)
    klodderhond
    kloddernat
    kloef
    kloefe
    kloefekapper
    kloefen, uit zijn ~ slaan
    kloefenagel
    kloefenoenkel
    kloefer
    kloeffer
    kloefkapper
    kloeg
    kloeg, kloegen
    kloek
    kloek, ni onder een ~ gebroeien zijn
    kloekepis
    kloekte
    kloekte pakken
    kloemp
    kloempeke
    kloenk
    kloenker
    kloeringe
    kloet
    kloeten
    kloetes
    klok
    klok van Rome, als de ~ slaat
    klokje, het ~ van Rome
    klokkeluier
    klokken
    klokken van Rome
    klokkenverver
    klokkenzeel
    kloklezen
    klökske
    klokspijs
    klokvast
    klokzeel
    klokzeel, aan het ~ hangen
    klommel
    klommelaar
    klommelbanden
    klommelen
    klonen, de ~ van iets aanhebben
    klonenmaker
    klonenmakerij
    klontjessuiker
    kloof, de ~ dichtrijden
    klooi, grote ~
    kloon
    kloon, de ~ uithangen
    kloot
    kloot, iemand een ~ afdraaien
    kloot, iemand een ~ afpitsen
    kloot, iemand een ~ aftrekken
    kloot, met hoot en ~
    kloot, ne goeie ~
    klootmajoor
    klop
    klop van de hamer krijgen
    klop, een ~ krijgen
    klop, gene ~
    klop, nog zo´ne ~
    klopenkelen, zich ~
    klopke, een ~ krijgen
    klopmengelaar
    kloppen
    kloppen, er neffe ~
    kloppen, op de meet ~
    kloppen, overuren ~
    kloppen, uren ~
    klopping
    klos
    klosj
    kloskloter
    klospier
    klossen, iets ineen~
    klosser
    klot
    klot, van zijne ~ vallen
    klotegerard
    klotejob
    klotemanswinkel
    kloten
    kloten gerard
    kloten van witvis
    kloten, blote ~
    kloten, dat trekt op geen ~
    kloten, de ~ kussen
    kloten, de ~ op zijn
    kloten, den bok zijn ~
    kloten, een stuk in zijn ~ hebben
    kloten, er stenen ~ van krijgen
    kloten, er zijn ~ aan vegen
    kloten, geen ~ waard
    kloten, het hoog in zijn ~ hebben
    kloten, iets of iemand van mijn ~
    kloten, kloot
    kloten, kust mijn ~
    kloten, met uw ~
    kloten, mijn ~
    kloten, naar de ~ helpen
    kloten, van de hond zijn ~
    kloten, van kust mijn ~
    kloten, van zijn ~ maken
    kloten, voor de hond zijn ~
    kloten, zijn ~ (staan) afdraaien
    kloten, zijn ~ schuren
    kloterbroek
    kloteren
    kloterij
    klots
    klotsbuis
    klotsen
    klotser
    klotter
    klotzak
    klotzeep
    klu(u)tedood
    klucht(je)
    kluchtig
    kluchtigaard
    kluchtzanger
    Kludde
    kluffer
    kluifrotonde
    kluike
    kluis
    kluit
    klumpke
    klunten
    klunten oliebrood
    klunten zoetekoeke
    kluppel
    klusdienst
    klus­jes­dienst
    klussenier
    klutje
    kluts
    klutser
    klutterbillen
    klutterbillen van de koude
    klutteren
    kluttergeld
    kluttering
    klutters
    klutterspoan
    kluttertanden
    klytte
    KMI
    kmo
    kmo-zone
    knaap
    knab
    knabbeling(e)
    knagelijn
    knak zijn
    knakkig
    knalpotterreur
    knalwerktuig
    knanchelenbeet
    knapkook
    knapseling
    knaptand
    knats
    knauf
    knauw
    knauwel
    knauwen
    knaven
    knazen
    knecht
    knechtebrakke
    knechten
    kneffen
    knekelbosje
    knelpuntberoep
    knelpuntopleiding
    knelpuntvacature
    knep
    knepke
    knetsen
    knetser
    kneukel
    kneus
    kneut
    kneut, ouw ~
    kneutebollen
    kneutel
    kneuten
    kneuten, ouw ~
    kneuterachtig
    knibbelkesvlaai
    kniejep
    knien
    kniep
    knijn
    knijpen
    knijpen, de katjes in het donker ~
    knijpen, waar knijpt het schoentje
    knijt, (g)een ~
    knijzen
    knikkebolziekte
    knikker
    knikkers, voor de ~
    knip
    knippen
    knippen, op zijn vingers ~
    knipperlichtrelatie
    knipsen
    knipstuivers, betalen met ~
    knoa, eine ~ botter
    knöäkske
    knobbel
    knobbelen
    knoddig
    knödje
    knoebe
    knoebel
    knoeft brood
    knoeften
    knoemel
    knoemelaer
    knoemele
    knoemele, sjmiete mit de ~
    knoepen
    knôës
    knoesel
    knoesel, nog niet (tot) aan zijn ~s komen
    knoesels, nog niet aan de ~ komen
    knoevelen
    knoezel
    knoken, het in zijn ~ krijgen
    knokkendeem
    knokse mode
    knolleke
    knolselder
    knolselderke
    knook
    knoop
    knoop, uit zijn ~ schieten
    knoopsgat, zevende ~
    knop
    knop, geen ~
    knopke, een ~ doen
    knoppen, naar de ~
    knor
    knorreke doen
    knos
    knossel
    knosselen
    knot
    knots
    knotsen
    knotsen, een fleske ~
    knotsenbol
    knotsknieën
    knotskop
    knotteren
    knouplöäkske
    KNT
    knuffelcontact
    knuffelstrook
    knuis
    knut
    knutselbeleid
    knutselgerief
    knutselkot
    knuupke
    ko
    koad
    koaketig
    koalatest
    koarebleumke
    kobbe
    kobbe langepoot
    kobbejager
    kobbenet
    kobbenette
    kodak
    koddaard
    kodde
    koddege
    koddig
    koddigaard
    koe
    koë zinnen
    koe, het gaat niet om een ~
    koe, staan zien als een ~ op een trein
    koebeest
    koed
    koede
    koeë
    koëf
    koefelaar
    koefeleir
    koefelen
    koefelkot
    koefer
    koefrutter
    koei
    koeieboerenhondenhaar
    koeien, lachende meisjes en loeiende ~ zijn zelden goeie
    koeien, oude ~ uit de gracht halen
    Koeienschieter
    koeievoet
    koeiketel
    koejon
    koejoneur
    koejonneren
    koejonneren of koeionneren
    koek
    koek één deeg
    koek eenen deeg
    koek en deeg
    koekappel
    koekdenang
    koekderèès
    koekebrood
    koekebrood, een hart van ~
    koekegoed
    koekeloere
    koekeloeren
    koekeloeren, komen ~
    koekeloerenhaan
    koekeloerenhanen
    koekeloerepoezewoefke
    koeken
    koeken krijgen
    koeken zingen
    koeken, bijeen ~
    koeken, niets te ~ hebben
    koekenbak
    koekenbak zijn
    koekenbak, het is weer ~
    koekenboterham
    koekenbrood
    koekendoos
    koekendoosverhaal
    koekendozenromantiek
    koekenkruid
    koekenstad
    koekenzingen
    koekerie
    koekestuuten
    koeketel
    koeketiene
    koeketienne
    koeketientjes
    koekewiet
    koekfluiten
    koekhangen
    koekoeksgraad
    koekoekskind
    koekske, meude geen ~, eet dan stront
    koel
    koel-diepvriescarrosserie
    koele berging
    koele minnaar
    koeleke
    koelekopke
    koelen
    koelen zonder blazen
    koelkast, iets in de ~ stoppen
    koelkupke
    koellek
    koeloezevet
    koeltoog
    koem
    koemme
    koemmeke koffie
    koemmeke, aan het ~ hangen
    koenkelfoezen
    koente
    koentekraafs
    koep-a-la-zjat
    koepel
    koer
    koer, de ~
    koerage
    koerelen
    koereursbenen
    koeroste
    koers
    koers rond de kerktoren
    koers tegen het uurwerk
    koers, de ~ is van ons
    koersauto
    koersbenen
    koersbroek
    koerscircuit
    koersen
    koersepieste
    koerser
    koersfiets
    koersguidon
    koershelm
    koerske doen
    koerske, een ~ verf
    koerskemel
    koersklakske
    koerskledij
    koerskleren
    koersman
    koerspaard
    koerspaard, ge kunt van een ezel geen ~ maken
    koersschoentjes
    koersstuur
    koerstenue
    koerstrui
    koersvelo
    Koersvlaams
    koersvrouw
    koerswedstrijd
    koes
    koesse
    koesterboek
    koesterdeken
    koesterhuis
    koesterkoffer
    koet
    koeten
    koetenanse
    koeter
    koeterke, een ~ slaan
    koetnanche
    koets
    koetsak
    koetsje
    koetskesvolk
    koetswerk
    koezjurkie
    koffe
    koffejo
    koffepot
    koffer
    koffer maken
    koffer, intelligente ~
    koffer, kofferke
    koffers maken
    kofferzaal
    koffie maken
    koffie van de meiskes
    koffie, een potje ~
    koffie, jat ~
    koffie, straffe ~
    koffiebedeling
    koffiebeus
    koffiedras
    koffiedrinken
    koffiegruis
    Koffieklas
    koffieklets
    koffiekletsen
    koffiekletser
    koffiekoek
    koffiekot
    koffielepel
    koffiemadam
    koffietafel
    koffietas
    koffietje
    koffiezet
    koffiezjo
    kokelen
    koken en smoken
    koken kost geld
    kokeneten spelen
    koker
    koker, iets in zijn ~ steken
    kokernoot
    kokkenoane
    kokkeren
    kokkes
    kokketeute
    kokosnotelaar
    kokschool
    koksinelleke
    koktaj
    kol
    kolbak
    kolbas
    kolderbrigade
    kolebrander
    koleire
    koleire, in een Franse ~ schieten
    koleirig
    kolenbrander
    kolenkot
    kolenmarchand
    kolenstoof
    koleriek
    kolerig
    koleris
    kollebloem
    kollen
    Koloniale Loterij
    koloniale school
    koloniale waren
    kolonie
    koloriek
    kolsie
    koltoe
    kom
    kom koffie
    kom maar af
    Kom op tegen Kanker
    kom uit uw kot, maar doe niet te zot
    komaan gast
    komaf
    komaf maken met -
    komaf, van goeie ~ zijn
    komeer
    komen
    komen achter iets of iemand
    komen afstesselen
    komen halen
    komen piepen
    komen te (inf.)
    komen te gaan
    komen te zeggen
    komen van
    komen vinden
    komen, erdoor ~
    komen, ge moet eens ~
    komen, graag zien ~
    komen, iemand zien ~
    komen, niets van in ~
    komen, te kort ~ tegen
    komen, ze zullen me zien ~
    komere
    komeren
    komesveu
    komiek, dat is ~
    komisse, uw ~ doen
    kommapoeper
    kommapunt
    kommen
    kommies
    kommiesjes doen
    kommiezenheps
    komminesoan
    kommische
    kommissche, een bescheten ~
    kommissie
    kommisveur
    kompel
    kompetuter
    komsa, van ~
    komt dat tegen
    konduutten, van ~ weten
    konfét
    konfituur
    kongoboot
    konijn, wit ~
    konijn, zo fris als een ~ op de plein
    konijnen
    konijnen, kweken als ~
    konijnenbil
    konijneneten
    Konijnenfretter
    konijnenpijp
    koninerijder
    koning
    Koning Onbenul
    Koning van het Kiel, de ~
    koning, de ~ dienen
    koning, feest van de ~
    koning, naar de ~ gaan
    koning, we geven ons geld niet aan de ~
    koning, we stoken niet voor de ~
    koning, zo geven ze onze ~ zijn handschoenen ook
    koningentaart
    koningin der badsteden
    koninginnenbrij
    koninginnenhapje
    koninginnestuk
    koningsballen
    Koningsdag
    Koningskwestie, de ~
    koningswens
    Koninklijk Circus
    koninklijke dotatie
    Koninklijke Munt van België
    Koninklijke Muziekkapel van de Gidsen
    koninklijke opdrachthouder
    Koninklijke Schenking, de ~
    konkelfoes
    konkelfoezen
    konker
    konnennenvogel
    konsjuus
    konsoorten
    konsoorten, en ~
    konsus
    kont afdraaien, zijn ~
    kont, tegen zijn ~ sneeuwen
    kont, van den hond zijn ~
    kontendraaierij
    kontendraaister
    kontengedraai
    kontenkletser
    konterbaas
    kontergewicht
    konterkeiraafs
    konterkjèroafs
    konterverkeerd
    konteur
    konteverkeerd
    kontevertroarrie
    Kontich, achter ~ wonen nog mensen
    kontig verkeerd
    kontinu
    kontrefort
    kontreien
    kontrore
    konzjei
    koo, van ~ gebaren
    koof
    kooijong
    kooje
    kook, aan de ~
    kookas
    kookboek van de boerinnenbond
    kookgerief
    kookham
    kookhesp
    kookmoeder
    kookmoeke
    kookouder
    kookpot
    kookvader
    kookvast
    kookvuur
    koolbak
    koolbak, uw vader had beter in de ~ geschoten
    koolkitte
    koolkonfree
    koolkot
    koolkuil
    koolmijn
    koolmijner
    koolput
    koolputter
    koop, te ~ hebben
    koop, te ~ stellen
    koopdag
    koopjes
    koopjeskrant
    koopjesperiode
    koopouders
    koord
    koord, aan één ~ trekken
    koord, de kat komt op de ~
    koord, langs de ~
    koordje, aan een ~ hangen
    koordspringen
    koordtrekken
    koorknaapgewijs
    koorts maken
    koorts pakken
    koosj
    kootvissen
    kop
    kop en gat willen zijn
    kop en gat
    kop en kloten
    kop en kloten ineengestoten
    kop en poten, met ~ opeten
    kop en staart zijn
    kop en trut ineengeschud
    kop houden
    kop in kas
    kop noch staart aan iets krijgen
    kop of let
    kop of letter
    kop omhoog en borst vooruit
    kop op u lijf hebben
    kop over gat
    kop over kloten liggen
    kop tegen kei
    kop Van Eynde
    kop-over-kloten
    kop, als gij iets in uwe ~ hebt, dan hebt ge het ook niet in uw gat
    kop, als men het in zijn ~ heeft
    kop, boven uw ~
    kop, door zijn ~ schieten
    kop, een ~ als een orgelboek
    kop, een ~ vol snot
    kop, een ~voor iets hebben
    kop, een harde ~
    kop, een zwart kruiske op uw ~ hebben
    kop, er geen ~ aan kunnen krijgen
    kop, er met ~ en nek bovenuit steken
    kop, geen ~ aan iets kunnen krijgen
    kop, geen ~ of geen gat aan iets vinden
    kop, geperste ~
    kop, gij zijt op uwe ~ gevallen en blijven toeken zeker
    kop, het hoog in zijne ~ hebben
    kop, het zal mijn ~ nog wel afdoen
    kop, het zit al in mijn ~
    kop, iemand de ~ inslaan
    kop, iemand de oren van zijn ~ zagen
    kop, ik zal uw ~ eens tussen twee oren zetten
    kop, in zijn ~ spelen
    kop, in zijn ~ steken
    kop, klapt tegen mijn gat want mijn ~ doet zeer
    kop, lomp is ook vis, maar de ~ deugt niet
    kop, met ~ en poten opeten
    kop, ne vierkant(ig)e ~ hebben
    kop, niet op uwe ~ laten schijten
    kop, niet weten waar zijn ~ staat
    kop, op de ~
    kop, op uw ~ gaan staan
    kop, op uwe ~ vallen
    kop, op zijne ~
    kop, over zijn ~ laten stroppen
    kop, per ~
    kop, uwe ~ komen daal te leggen
    kop, van ~ tot teen
    kop, zich door de ~ schieten
    kop, zijn ~ doordrijven
    kop, zijn ~ uitwerken
    kop, zijne ~ staat verkeerd
    kopbaldoelpunt
    kopbrekens
    kopbreker
    kopen
    kopen, een kat in een zak ~
    kopen, een kindje ~
    kopend
    kopere
    koperlood, zo dom als ~
    kopfiguur
    kophoogte
    kopies
    kopij
    kopjager
    kopken
    kopken overduiken
    kopkussen
    koploper
    kopman
    kopossen
    koppekei
    koppel
    koppel, een ~ zijn
    koppeloton
    koppelverkoop
    koppelwoning
    koppen
    koppen, de ~ samen steken
    koppen, over de ~ lopen
    Koppenberg
    koppenlopen
    koppigaard
    koppijn
    kopslag
    kopspringer
    kopstem
    kopstukkendebat
    koptelefoon
    kopvalling
    kopvlees
    kopvleesfretter
    kopzak
    kopziend
    koraal
    korbeurelucht
    kordeel
    koren
    korenpater
    korenpijp
    korenplek
    korent
    korentebrood
    korf
    korf, leven uit de ~ zonder zorg
    kornellevogel
    kornijn
    kornis
    kornut
    korosje
    korpschef
    korpsoverste
    korreltjes
    korrestok
    korrewagen
    korsebloaze
    korst
    korst, tegen de ~ gaan
    korst, zijn ~ verdienen
    korsten
    korstmossenhotspot
    kort
    kort bij de deur
    kort in ’t karreke
    kort ingespannen zijn
    kort komen
    kort natje
    kort niets
    kort zijn
    kort, het ~ trekken
    kort, in 't ~
    kort, uw eigen ~ houden
    kortbrekig
    kortbrokkig
    kortdaags
    korte drank
    korte keten
    korte zot
    kortelet
    kortelever
    kortelings
    korten
    korten, niet ~
    kortendrank
    korteresse
    kortewagen
    kortfilm
    kortgeding
    kortgeschoold
    kortgeschoren
    kortingzegel
    Kortrijkzaan
    kortspeelfilm
    korttekenen
    korttekening
    kortverhaal
    kortvleugelen
    kortwaagne
    kortwagen
    kortwoner
    kortwoning
    kortzin
    korven
    korwagen
    kosjken
    kossem
    kost
    kost en inwoon
    kost wat kost
    kost, straffe ~
    kost, zijne ~ verdienen
    kostelijk
    kostelijk, dat is ~om te zien
    kostelijke affaire
    kostelijke grap
    kosten, daar zijn ~ aan
    kosten, duur ~
    kosten, in ~ vallen
    kosten, in de ~ hakken
    kosten, stukken van mensen ~
    kosten, ten alle ~
    kosten, veel ~ van de hand
    kostgever
    kostuum
    kot
    kot houden
    kot kot kedei
    kot, daar hebt ge het ~
    kot, een ~ in de
    kot, eerst een ~ en dan een varken
    kot, eerste ~ links
    kot, er zijn ~ in hebben
    Kot, het ~
    kot, het ~ afbreken
    kot, het ~ in brand steken
    kot, het ~ is te klein
    kot, het ~ voor zich (alleen) hebben
    kot, het ~ vrij hebben
    kot, iemand naar zijn ~ rijden
    kot, iemand uit zijn ~ lokken
    kot, in zijn ~ blijven
    kot, mijn ~ staat te dansen
    kot, neemt uw ogen in uw hand en zie door de ~ters
    kot, op ~ gaan
    kot, op ~ zitten
    kot, sterven op het ~
    kot, tot een ~ in de nacht
    kot, uit z’n ~ komen
    kotage
    kotbaas
    kotbaasbedrijf
    kotbazin
    kotbedrijf
    kotbelasting
    kotbrand
    kotbubbel
    kotee
    Kotegem
    kotei
    kotelet
    kotencomplex
    kotencrisis
    kotenmelker
    kotenmelkerij
    kotentekort
    koteraar
    koteren
    koterhaak
    koterie
    koterij
    koteten
    kotfeest
    kotfuif
    kotgenoot
    kotjakker
    kotje
    kotje, in een ~ zitten
    kotjesdenken
    kotjesvolk
    KOTK
    kotkaar
    kotkilo’s
    kotlabel
    kotleven
    kotmadam
    kotprijs
    kotreglement
    kotrib, dat komt tot in mijn ~ben
    kotsbeu
    kotsmeug
    kotsmoe
    kotsmuug
    kotspotting
    kotstudent
    kottaks
    Kottegem
    kottegoar
    kotteke
    kottekesdraad
    kottenaote
    kotteraar
    kotteren
    kotterik
    kotvader
    kotvarken
    kotverlossen
    kotwarming
    kou hebben
    kou, een ~ op mijn water hebben
    kou, ne ~ pakken
    koud pakken, iemand ~
    koud, iemand ~ pakken
    koude pla
    koude steen, op een ~ vallen
    koudegevoel
    kouder, een frakske ~ zijn
    koudstellen
    koukiek
    koum
    koupis
    kous
    kouschijter
    kousebroek
    kousenbroek
    kousenei
    kousenvoeten, op uw ~ afkomen
    kouten
    koutenantie
    kouter
    koutje
    kouwe(n) aap
    kouwel
    kouwelijke
    kouwerder
    kouwsjottel
    koven
    kovetieten
    kow
    kowa
    kowekes
    kozen
    kozijn
    kozijntjes
    kozze
    kozzekoane
    kozzem
    kraafs
    kraag, een stuk in zijn ~
    kraaie
    kraaihanenzetting
    kraaistekker
    kraaknet
    kraakproper
    kraakvers
    kraal
    kraamgeld
    kraamkost
    kraamuijer
    Kraan
    kraanman
    kraantjeswater
    krab
    krab, zo vals als een ~
    krabbedas
    krabbekoker
    krabbemottig
    krabben
    krabbenkoker
    krabber
    krablot
    kracht , de deugenieterij ~ geven
    krachtbal
    krachtdadig
    krachten, iets op zijn ~ nemen
    krachtlijnen
    krajon
    krak
    krak hetzelfde
    krak, een ~ in zijn vak zijn
    krak, een ouw ~
    Krakelingen
    kraken van overdie
    kraken van properheid
    kraker
    krakjust
    krakke
    krakkebaas
    krakkebuis
    krakkemakkig
    krakkemikkel
    krakken
    krakske
    kraktanden
    kram
    kramakkel
    kramakkelig
    kramakkelijk
    kramakkig
    kramankelijk
    kramel
    kramiek
    kraminjao
    krammakkelijk
    krammen, uit zijn ~ schieten
    krammenade
    krammes
    krammikkelig
    krampaard
    krank
    krankheed
    krankhoes
    kransje, een select ~
    kranske
    krantenshop
    krantenwinkel
    kraom
    krapuleke
    krapuleus
    krapuul
    krasbiljet
    krasjel
    krasselen
    krats
    kravat
    kravatte
    krawaat
    krawaat (van Lille)
    krawei
    krawellig
    kraweuze
    kraweuzelen
    krawiet
    krawiet, het ~ hebben
    krawietelen
    krawutelen
    krebbebieten
    krebbebieter
    krebber
    krebberen
    kredietdag
    kredietkaart
    kredietmakelaar
    kredietnota
    kredietopening
    kredieturen
    kree
    kreel
    kreffelen
    kreft
    krefte
    kreftekeu
    kreften
    krefter
    krei
    kreimboer
    kreimkar
    kreitelijk
    kreiten
    kreitkop
    krek
    krekel
    krekelen
    krekelig
    krel
    krelkespis
    krelleke
    krellen
    kremelen
    kremer
    kremeren
    kremerslatijn
    kremkar
    kremkesvolk
    kremkloot
    Kremlin, het ~
    kremper
    krentestute
    krep
    kreperen
    kreskind
    kreskont
    kreskop
    kressen
    kretelijk
    kreten
    kretsel
    kretselke
    kretsen
    kretsig
    kretske
    kreuffelen
    kreugel
    kreukel
    kreukelpaal
    kreukeltje
    kreute
    kreuzeneus
    krevat
    krevelaar, zijn ~ laten
    krevelen
    kreveren
    krewellig
    krezelen
    kriaaltje
    kribbe
    kribbebijter
    kribbel
    kribbelaar
    kribbelen
    kribbelenbuik
    kribbelenbuik doen
    kribbelkrab
    kriebelenbuik
    kriebeltjeskoorts, de ~ krijgen
    krieg uut
    kriek
    kriek, blozen als een ~
    kriek, het aan zijn ~ hebben
    kriek, ziek aan uw ~
    kriek, zijn eigen ~ lachen
    kriekbier
    krieke, hij is ~
    kriekelaar
    kriekelaar, die kan je wijsmaken dat ons Heer op een ~ geboren is
    krieken op jenever
    kriekenbier
    kriekenboom
    kriekenlambiek
    kriekensap
    kriekenspijs
    kriekskes, zij heeft haar ~
    krielenier
    kriemig
    kriemig zijn
    krienkeldewienkel
    kriepe
    kriepen
    krieper
    kriesen
    kriezelkieken
    krijgen, er iet van ~
    krijgen, horens ~ van
    krijgen, iet ~
    krijgen, ik zou er iets van ~
    krijgsauditeur
    krijgsauditoraat
    krijgshof
    krijsen
    krijtelijk
    krik
    krik, houdt uw ~
    krikke zijn
    krikkel
    krikkeldroog
    krikkelig
    krikkelorig
    kring
    kring 12
    kring, de dichtste ~
    kringsel
    kringwinkel
    krinkeldewinkel
    krinkeling
    kriollekesmuile
    krisboum
    krisdaag
    Krismes
    kristalisé
    kristalisésuiker
    kristeren
    kritiek te slikken krijgen
    kritikeren
    kritische toestand
    kroakemandel
    kroam
    kroawaogel
    krobbedevol
    krochen
    krochten
    kroeëzen
    kroef
    kroeften
    kroensel
    kroes
    kroesel
    kroessefiks
    kroet
    kroetmuil
    kroezel
    kroezelen
    kroezelhaar
    kroezelinge
    kroezelkop
    krok
    krok, zijne ~ krijgen
    kroket
    kroket, hallo ~
    kroketmachien
    krokettenmaker
    krokke
    krokkebaas
    krokodil
    krokodil, oude ~
    krokodillenpoten hebben
    krokodillentranen
    kroksteen
    krokusverlof
    krol
    krolkool
    krollekeskop
    krollen
    krollenbol
    krollenkop
    krolspang
    krom, ~ zin hebben
    krommeke
    krommenaas, van ~ gebaren
    kroniek, de ~ van een aangekonigde gebeurtenis
    krono
    kronsel
    krooizen
    krook
    kroon
    kroon, de ~ ontbloten
    kroonluster
    Kroonorde
    kroostrijk gezin
    krop, een ~ in de keel
    kropvol
    krossen
    krot
    krot en co
    krot en compagnie
    krot, gene ~ zijn
    krot, met ~ en mot
    krotbaas
    krote
    krote, een grote ~ ein
    krotekedul
    krotoge
    krotspotting
    krotte
    Krottegem, van ~ zijn
    krotter
    krouwel
    krowaat
    krowel
    krozen
    kruid
    kruidekoek
    kruidnagel
    kruidnoot
    kruidtuin
    kruidwis
    kruidwiswijding
    kruifelen
    kruim
    kruim, er zit ~ in
    kruimeldief
    kruimeling
    kruinoot
    kruintje geschoren, broodje gebakken
    kruipeling
    kruipen
    kruipen, in de kleren ~
    kruipen, niet in de kleren ~
    kruipen, niet weten waar ~
    kruipinneke
    kruipkelder
    kruipkot
    kruipt den boom in
    kruis, Jezus van zijn ~ lezen
    kruis, een ~ over iets maken
    Kruis, het Blauwe ~
    kruis, het Vlaamse ~
    kruisberg, op ~ liggen
    kruisbes
    kruisgebed
    kruisingslicht
    kruiske, een zwart ~ op uw kop hebben
    kruislicht
    kruislieveheer
    kruisoord
    kruispunt, conflictvrij ~
    kruispuntbank
    kruispuntverkoop
    kruispuntverkoopster
    kruispuntverkopen
    kruispuntverkoper
    kruiswerk
    kruiswerker
    kruiwagen, met de troeffel binnen en met de ~ buiten
    krukar
    krulspaghetti
    krumfee
    krumfei
    krunsel
    krusken, een ~ krijgen, geven
    krut
    kruutske
    kruwen
    ku
    kubiek
    kubus
    kuch
    kuchel
    kueme
    kuiel
    kuifjepubliek
    kuikenfors
    kuilder
    kuilen
    kuimen
    kuimen, niet ~
    kuip, de ~ van Gent
    kuipen, het komt met ~ naar beneden
    kuipzetel
    kuis
    kuis op zijn
    kuis zitten
    kuis, grote ~
    kuisactie
    kuisdag
    kuisdoek
    kuisen
    kuisen, auto ~
    kuisen, groenten ~
    kuisen, ruiten ~
    kuisen, schoenen ~
    kuisen, tanden ~
    kuiser
    kuiserij
    kuisgerief
    kuising
    kuiskleren
    kuisman
    kuismaniak
    kuismiddel
    kuisploeg
    kuisproduct
    kuisschesse
    kuist
    kuisvod
    kuisvrouw
    kuisziek
    kuisziekte
    kuits
    kukhen
    kulbatist
    kulder
    kullekefrut
    kullekeskermis
    kullemenneke
    kullen
    kuller
    kulten
    kumbaya-moment
    kunnen
    kunnen geven
    kunnen kunnen, nog lang ~
    kunnen missen als tandpijn
    kunnen, er iets vanaf ~
    kunnen, er niet bij ~
    kunnen, er niet buiten ~
    kunnen, er niet van over ~
    kunnen, het ge~ hebben
    kunnen, het zullen mogen ~
    kunnen, iets vinden ~
    kunnen, zullen het moeten ~
    kunst, de ~ van het kennen
    kunstelaberg
    kunstencentrum
    kunstendecreet
    kunstenpatrimonium
    kunstgalerij
    kunsthumaniora
    kunstmiddens
    kunstpatrimonium
    kunstwerk
    kuppe
    kuppe, van achter de ~
    kurassier
    kuren, zotte ~
    kurieus
    kurieuzeneuzemosterdpot
    kurjeuseteit
    kurp
    kurre
    kurreke
    kurremul
    kursaal
    kurtewagen
    kus
    kus van de juffrouw en een bank vooruit
    kusjesdans
    kuskesdans
    kuskesziekte
    kuskienge
    kusmachien
    kussen, ge kunt mijn gat ~
    kussen, zijn twee handen ~
    kust em, ze
    kust mijn ~
    kust mijn botten
    kust mijn gat
    kust mijn kloten
    kustappartement
    kustburgemeester
    kusthotel
    kustmenklote
    kustploeg
    kusttoerisme
    kusttram
    kutbak
    kutje
    kutkammer
    kutlekkerke
    kutref
    kutsblaze
    kutspuste
    kuttelke
    kuttenbijter
    kutteren
    kuulke
    kuuschen
    kuusj
    kuuste
    kuwel
    KVHV
    kw
    kwaad bloed maken
    kwaad geld
    kwaad ijzer
    kwaad opzet
    kwaad zijn
    kwaad, het gaat van ~ naar erger
    kwaad, in het ~ slaan
    kwaad, van ~ naar erger gaan
    kwaad, van het minste ~
    kwaad, voor goed of voor ~ ?
    kwaai
    kwaai beus
    kwaai kleren
    kwaaie, de ~ en de lelijke zijn
    kwaaipitserij
    Kwaartjeslimmes en stoepluipers
    kwacht
    kwade baard
    kwag
    kwak
    kwak (bier)
    kwaker
    kwakkel
    kwakkel, zo doof als een ~
    kwakkelbericht
    kwakkelen
    kwakkelweer
    kwakken
    kwakker
    kwakkerspap
    kwakrijgs
    kwakske
    kwaksmoel
    kwakte
    kwakvros
    kwal
    kwalificatie
    kwalijk
    kwalijkte
    kwalitatief
    kwaliteitsvol
    kwalpen
    kwamp, gink
    kwankel
    kwanselen
    kwansuis (ook onkesüs)
    kwant
    kwanta kosta
    kwaperte
    kwart van mijnen bil, de wekker staat stil
    kwart, ... uur ~
    kwart, ~ na
    kwartuur
    kwasten
    kwater
    kwatong
    kwatongen beweren dat
    kwats
    kwatsen
    kwatsje
    kwazje
    kwebbeke
    kweddel
    kweddelaar
    kweddeleer
    kweddelen
    kwedder
    kweek
    kweek, van eigen ~
    kweekkwaak
    kweekkwaken
    kweekkwakken
    kweekmoer
    kweekstal
    kween
    kweeperelaar
    kweetniethoegoed
    kweetzonder
    kweik
    kweiken
    kweine
    kwek
    kweken
    kweker
    kwekkel
    kwelm
    kwene
    kwenenzondag
    kwest
    kwestie
    kwestie van
    kwestie, naast de ~
    kwestie, neffe de ~
    kwet
    kwets
    kwetsen
    kwetsing
    kwetsje
    kwetsure
    kwetsuur
    kwezel
    kwezelaar
    kwezelaars, fezelaars zijn ~
    kwieb
    kwiebel
    kwiebus
    kwiepedokus
    kwiestenbiebel
    kwiet
    kwieten
    kwijt zijn
    kwijt, ik wil het ~ zijn
    kwijt, uw eigen ~ moeten
    kwijtgeraken
    kwijting verlenen
    kwijtschrift
    kwijtspelen
    kwijtspelen, iemand ~
    kwijtspelen, zichzelf ~
    kwik en de kwak, de ~
    kwik en de kwak, de ~ hebben
    Kwik en Flupke, de ~
    kwik en kwak, de ~ hebben
    kwikkel
    kwikkelachtig
    kwikkelen
    kwikkelen, van ~ komt schrieën
    kwikkelig
    kwikken
    kwikkerij
    kwikkwak
    kwiktis
    kwikwoater
    kwikzalf
    kwing, een ~ kwijt zijn
    kwink-kwank
    kwint
    kwint, een ~ kwijt zijn
    kwispel
    kwispelgat
    kwistax
    kwiste, te-
    kwistenbiebel
    kzien

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.