Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent
De beschrijving van deze term werd 13 keer aangepast.
Brom, broem, broes, broesem, broemsel.
Dik, vuil schuim.
Term die gebruikt werd bij het bierbrouwen en bij het maken van een bouillon.
Woordenboek der Nederlandsche Taal: oudtijds ook BREM en, gewestelijk nog,
BROEM, znw. m.; zonder mv.
Een woord voor: Schuim, welks afkomst onbekend is.
“Den broem van de soep afscheppen”. Cornelissen (1899)
< In de prov. Antwerpen is broem, brom ook, als vr. woord, bekend voor: bekaamsel, laag schimmel op bier, wijn enz. (Cornelissen)
Als ge ne goeie bouillon wilt maken, dan gebruikt ge best soepvlees, boullie of mergpijpen. Na een tijdje koken verschijnt er echter brom of een vies witgrijs schuim bovenaan in de pot. Die moet ge dan afscheppen met een schuimspaan, want anders ziet uw soep er gekabbeld (kabbelen) uit. Vies !
Brom, broem, broes, broesem, broemsel.
Dik, vuil schuim.
Term die gebruikt werd bij het bierbrouwen en bij het maken van een bouillon.
WNT: oudtijds ook BREM en, gewestelijk nog,
BROEM, znw. m.; zonder mv.
Een woord voor: Schuim, welks afkomst onbekend is.
“Den broem van de soep afscheppen”. Cornelissen (1899)
< In de prov. Antwerpen is broem, brom ook, als vr. woord, bekend voor: bekaamsel, laag schimmel op bier, wijn enz. (Cornelissen)
Als ge ne goeie bouillon wilt maken, dan gebruikt ge best soepvlees, boullie of mergpijpen. Na een tijdje koken verschijnt er echter brom of een vies witgrijs schuim bovenaan in de pot. Die moet ge dan afscheppen met een schuimspaan, want anders ziet uw soep er gekabbeld (kabbelen) uit. Vies !
Brom, broem, broes, broesem, broemsel.
Dik, vuil schuim.
Term die gebruikt werd bij het bierbrouwen.
Term komt ook voor bij het maken van een bouillon.
WNT:
— oudtijds ook BREM en, gewestelijk nog, BROEM —, znw. m.; zonder mv.
Een woord voor: Schuim, welks afkomst onbekend is.
Brom j. broem. (Spuma, sordes seu strigmenta rerum decoctarum), Kiliaan (1605).
“Den broem van de soep afscheppen” Cornelissen (1899)
— In de prov. Antwerpen is broem, brom ook, als vr. woord, bekend voor: bekaamsel, laag schimmel op bier, wijn enz. (Cornelissen)
Als ge ne goeie bouillon wilt maken, dan gebruikt ge best soepvlees, boullie of mergpijpen. Na een tijdje koken verschijnt er echter brom of een vies witgrijs schuim bovenaan in de pot. Die moet ge dan afscheppen met een schuimspaan, want anders ziet uw soep er gekabbeld (kabbelen) uit. Vies !
Brom, broem, broes, broesem, broemsel.
Dik, vuil schuim.
Term die gebruikt werd bij het bierbrouwen.
Term komt ook voor bij het maken van een bouillon.
WNT:
— oudtijds ook BREM en, gewestelijk nog, BROEM —, znw. m.; zonder mv.
Een woord voor: Schuim, welks afkomst onbekend is, en dat zeker alleen toevallig in beteekenis en vorm gelijkt op Broes (zie ald., 2de art). Thans nog in Zuid-Nederland (SCHUERM. (1865-1870), CORNELISSEN ). De alleen in onderstaande plaats gevonden vorm berm is nog niet verklaard.
Brom j. broem. (Spuma, sordes seu strigmenta rerum decoctarum), KIL. (1605).
Den broem van de soep afscheppen, CORNELISSEN.
— Sijn Leedtjes trock ’t (een betooverd kind) van een; den Brem lagh op sijn mont, V. DAM, Beschr. v. Westvoorn, 99 a.
— In de prov. Antwerpen is broem, brom ook, als vr. woord, bekend voor: bekaamsel, laag schimmel op bier, wijn enz. (CORNELISSEN ).
Als ge ne goeie bouillon wilt maken, dan gebruikt ge best soepvlees, boullie of mergpijpen. Na een tijdje koken verschijnt er echter brom of een vies witgrijs schuim bovenaan in de pot. Die moet ge dan afscheppen met een schuimspaan, want anders ziet uw soep er gekabbeld (kabbelen) uit. Vies !
Brom, broem, broes, broesem, broemsel.
Dik, vuil schuim.
Term die gebruikt werd bij het bierbrouwen.
Term komt ook voor bij het maken van een bouillon.
WNT:
— oudtijds ook BREM en, gewestelijk nog, BROEM —, znw. m.; zonder mv.
Een woord voor: Schuim, welks afkomst onbekend is, en dat zeker alleen toevallig in beteekenis en vorm gelijkt op Broes (zie ald., 2de art). Thans nog in Zuid-Nederland (SCHUERM. (1865-1870), CORNELISSEN ). De alleen in onderstaande plaats gevonden vorm berm is nog niet verklaard.
Brom j. broem. (Spuma, sordes seu strigmenta rerum decoctarum), KIL. (1605).
Den broem van de soep afscheppen, CORNELISSEN.
— Sijn Leedtjes trock ’t (een betooverd kind) van een; den Brem lagh op sijn mont, V. DAM, Beschr. v. Westvoorn, 99 a.
— In de prov. Antwerpen is broem, brom ook, als vr. woord, bekend voor: bekaamsel, laag schimmel op bier, wijn enz. (CORNELISSEN ).
Als ge ne goeie bouillon wilt maken, dan gebruikt ge best soepvlees, boullie of mergpijpen. Na een tijdje koken verschijnt er echter brom of een vies witgrijs schuim bovenaan in de pot. Die moet ge dan afscheppen met een schuimspaan, want anders ziet uw soep er gekabbeld (kabbelen) uit. Vies !
Brom, broem, broes, broesem, broemsel.
Dik, vuil schuim.
Term die gebruikt werd bij het bierbrouwen.
Term komt ook voor bij het maken van een bouillon.
WNT:
— oudtijds ook BREM en, gewestelijk nog, BROEM —, znw. m.; zonder mv.
Een woord voor: Schuim, welks afkomst onbekend is, en dat zeker alleen toevallig in beteekenis en vorm gelijkt op Broes (zie ald., 2de art). Thans nog in Zuid-Nederland (SCHUERM. 1865-1870, CORNELISSEN ). De alleen in onderstaande plaats gevonden vorm berm is nog niet verklaard.
Brom j. broem. (Spuma, sordes seu strigmenta rerum decoctarum), KIL. (1605).
Den broem van de soep afscheppen, CORNELISSEN.
— Sijn Leedtjes trock ’t (een betooverd kind) van een; den Brem lagh op sijn mont, V. DAM, Beschr. v. Westvoorn, 99 a.
— In de prov. Antwerpen is broem, brom ook, als vr. woord, bekend voor: bekaamsel, laag schimmel op bier, wijn enz. (CORNELISSEN ).
Als ge ne goeie bouillon wilt maken, dan gebruikt ge best soepvlees, boullie of mergpijpen. Na een tijdje koken verschijnt er echter brom of een vies witgrijs schuim bovenaan in de pot. Die moet ge dan afscheppen met een schuimspaan, want anders ziet uw soep er gekabbeld (kabbelen) uit. Vies !
Brom, broesem, broemsel. Dik, vuil schuim.
Term die gebruikt werd bij het bierbrouwen.
Term komt ook voor bij het maken van een bouillon.
WNT:
— oudtijds ook BREM en, gewestelijk nog, BROEM —, znw. m.; zonder mv.
Een woord voor: Schuim, welks afkomst onbekend is, en dat zeker alleen toevallig in beteekenis en vorm gelijkt op Broes (zie ald., 2de art). Thans nog in Zuid-Nederland (SCHUERM. 1865-1870, CORNELISSEN ). De alleen in onderstaande plaats gevonden vorm berm is nog niet verklaard.
Brom j. broem. (Spuma, sordes seu strigmenta rerum decoctarum), KIL. (1605).
Den broem van de soep afscheppen, CORNELISSEN.
— Sijn Leedtjes trock ’t (een betooverd kind) van een; den Brem lagh op sijn mont, V. DAM, Beschr. v. Westvoorn, 99 a.
— In de prov. Antwerpen is broem, brom ook, als vr. woord, bekend voor: bekaamsel, laag schimmel op bier, wijn enz. (CORNELISSEN ).
Als ge ne goeie bouillon wilt maken, dan gebruikt ge best soepvlees, boullie of mergpijpen. Na een tijdje koken verschijnt er echter brom of een vies witgrijs schuim bovenaan in de pot. Die moet ge dan afscheppen met een schuimspaan, want anders ziet uw soep er gekabbeld (kabbelen) uit. Vies !
Brom, broesem, broemsel. Dik, vuil schuim.
Term die gebruikt werd bij het bierbrouwen.
Term komt ook voor bij het maken van een bouillon.
Als ge ne goeie bouillon wilt maken, dan gebruikt ge best soepvlees, boullie of mergpijpen. Na een tijdje koken verschijnt er echter brom of een vies wit-grijs schuim bovenaan in de pot. Die moet ge dan afscheppen met een schuimspaan, want anders ziet uw soep er gekabbeld uit. Vies !
Brom, broesem, broemsel. Dik, vuil schuim.
Term die gebruikt werd bij het bierbrouwen.
Term komt ook voor bij het maken van een bouillon.
Als ge ne goeie bouillon wilt maken, dan gebruikt ge best soepvlees, boullie of mergpijpen. Na een tijdje koken verschijnt er echter brom of een vies wit-grijs schuim bovenaan in de pot. Die moet ge dan afscheppen met een schuimspaan, want anders ziet uw soep er gekabbeld uit. Vies !
Brom, broesem, broemsel. Dik, vuil schuim. Term die gebruikt werd bij het bierbrouwen. Term komt ook voor bij het maken van een bouillon.
Als ge ne goeie bouillon wilt maken, dan gebruikt ge best soepvlees, boullie of mergpijpen. Na een tijdje koken verschijnt er echter brom of een vies wit grijs schuim bovenaan in de pot.Die moet ge dan afscheppen met een schuimspaan, want anders ziet uw soep er gekabbeld uit. Vies !
Brom, broesem, broemsel. Dik, vuil schuim. Term die gebruikt werd bij het bierbrouwen. Term komt ook voor bij het maken van een bouillon.
Als ge ne goeie bouillon wilt maken dan gebruikt ge best soepvlees, boullie of mergpijpen. Na een tijdje koken verschijnt er echter brom of een vies wit grijs schuim bovenaan in de pot.Die moet ge dan afscheppen met een schuimspaan want anders ziet uw soep er gekabbeld uit. Vies !
Brom, broesem, broemsel. Dik, vuil schuim. Term die gebruikt werd bij het bierbrouwen.
Als ge ne goeie bouillon wilt maken dan gebruikt ge best soepvlees, boullie of mergpijpen. Na een tijdje koken verschijnt er echter brom of een vies wit grijs schuim bovenaan in de pot.Die moet ge dan afscheppen met een schuimspaan want anders ziet uw soep er gekabbeld uit. Vies !
Brom, broesem, broemsel. Dik, vuil schuim. Term die gebruikt werd bij het bierbrouwen.
Als ge ne goeie bouillon wilt maken dan gebruikt ge best soepvlees, boullie of mergpijpen. Na een tijdje koken verschijnt er echter brom of een vies wit grijs schuim bovenaan in de pot.Die moet ge dan afscheppen met een schuimspaan want anders ziet uw soep er gekabbeld uit. Vies !
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.