Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent

    zabberen

    De beschrijving van deze term werd 18 keer aangepast.

    Versie 18

    zabberen
    (ww. zabberde, gezabberd)

    1. sabbelen, aan iets zuigen
    zie ook zabberstok
    2. kwijlen (speeksel dat uit mond loopt)
    3. zeveren, zagen, melken
    zie ook zabberaar, zabbertrien
    4. Hageland en de Kempen: (mot)regenen, zie ook zeveren

    vgl. afzabberen; opzabberen; leegzabberen

    1. Hij zit weer aan zijne lekstok te zabberen.

    2. Als ge oud wordt, dat is gelijk een baby zijn bavet: met een zakdoek rondlopen om het zabberen tegen te gaan.

    3. zeg, zabbertrien, komt ge weer zabberen, ik ben de klaagmuur niet hè.

    4. Het heeft weer den hielen dag gezabberd.
    Dat zabbert al een hele dag, kan de zon nu eens niet schijnen?

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 19 Feb 2016 10:13
    2 reactie(s)

    Versie 17

    zabberen
    (ww. zabberde, gezabberd)

    1. sabbelen, aan iets zuigen
    zie ook zabberstok
    2. kwijlen (speeksel dat uit mond loopt)
    3. zeveren, zagen, melken
    zie ook zabberaar, zabbertrien
    4. Hageland en de Kempen: (mot)regenen, zie ook zeveren

    vgl. afzabberen; opzabberen

    1. Hij zit weer aan zijne lekstok te zabberen.

    2. Als ge oud wordt, dat is gelijk een baby zijn bavet: met een zakdoek rondlopen om het zabberen tegen te gaan.

    3. zeg, zabbertrien, komt ge weer zabberen, ik ben de klaagmuur niet hè.

    4. Het heeft weer den hielen dag gezabberd.
    Dat zabbert al een hele dag, kan de zon nu eens niet schijnen?

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 19 Feb 2016 10:07
    2 reactie(s)

    Versie 16

    zabberen
    (ww. zabberde, gezabberd)

    1. sabbelen, aan iets zuigen
    zie ook zabberstok
    2. kwijlen (speeksel dat uit mond loopt)
    3. zeveren, zagen, melken
    zie ook zabberaar, zabbertrien
    4. Hageland en de Kempen: (mot)regenen, zie ook zeveren

    1. Hij zit weer aan zijne lekstok te zabberen.

    2. Als ge oud wordt, dat is gelijk een baby zijn bavet: met een zakdoek rondlopen om het zabberen tegen te gaan.

    3. zeg, zabbertrien, komt ge weer zabberen, ik ben de klaagmuur niet hè.

    4. Het heeft weer den hielen dag gezabberd.
    Dat zabbert al een hele dag, kan de zon nu eens niet schijnen?

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 06 Feb 2016 04:02
    2 reactie(s)

    Versie 15

    zabberen
    (ww. zabberde, gezabberd)

    1. sabbelen, aan iets zuigen
    zie ook zabberstok
    2. kwijlen (speeksel dat uit mond loopt, zoals by baby)
    3. zeveren, zagen, lullen, melken, in de zin van steeds over hetzelfde beginnen
    zie ook zabberaar, zabbertrien
    4. Hageland en de Kempen: (mot)regenen, zie ook zeveren

    1. Hij zit weer aan zijne lekstok te zabberen.
    Ik drink giejn pint ma ik zabber daaraon!

    2. a g’aat (oud) wurt das gelyk nen baby n zyne bavet: me ne zakdoek rondlope oem de kwijl van a mond’oeke te vyge!

    3. zeg, zabbertrien, komde wee wa chikanere, kzn de klaagmuur ni zé!

    4. Het heeft weer den hielen dag gezabberd.
    Dat zabbert al een hele dag, kan de zon nu eens niet schijnen?

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door geblokkeerde_account op 02 Feb 2016 21:39
    2 reactie(s)

    Versie 14

    zabberen
    (ww. zabberde, gezabberd)

    1. sabbelen, aan iets zuigen
    zie ook zabberstok
    2. kwijlen (speeksel dat uit mond loopt, zoals by baby
    3. zeveren, zagen, lullen, melken, in de zin van steeds over hetzelfde beginnen
    zie ook zabberaar, zabbertrien
    4. Hageland en de Kempen: (mot)regenen, zie ook zeveren

    1. Hij zit weer aan zijne lekstok te zabberen.
    Ik drink giejn pint ma ik zabber daaraon!

    2. a g’aat (oud) wurt das gelyk nen baby n zyne bavet: me ne zakdoek rondlope oem de kwijl van a mond’oeke te vyge!

    3. zeg, zabbertrien, komde wee wa chikanere, kzn de klaagmuur ni zé!

    4. Het heeft weer den hielen dag gezabberd.
    Dat zabbert al een hele dag, kan de zon nu eens niet schijnen?

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 02 Feb 2016 19:14
    2 reactie(s)

    Versie 13

    zabberen
    (ww. zabberde, gezabberd)

    1. sabbelen, aan iets zuigen
    zie ook zabberstok
    2. kwijlen (speeksel dat uit mond loopt, zoals by baby
    3. zeveren, zagen, lullen, melken, in de zin van steeds over hetzelfde beginnen
    zie ook zabberaar, zabbertrien
    4. Hageland en de Kempen: (mot)regenen, zie ook zeveren

    1. – Hij zit weer aan zijne lekstok te zabberen.
    – ik drink giejn pint ma ik zabber daaraon!
    2. a g’aat (oud) wurt das gelyk nen baby n zyne bavet: me ne zakdoek ronlope oem de kwijl van a mond’oeke te vyge!
    3. zeg, zabbertrien, komde wee wa chikanere, kzn de klaagmuur ni zé!
    4. – Het heeft weer den hielen dag gezabberd.
    – Dat zabbert al een hele dag, kan de zon nu eens niet schijnen?

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 02 Feb 2016 19:13
    2 reactie(s)

    Versie 12

    zabberen
    (ww. zabberde, gezabberd)

    1. sabbelen, aan iets zuigen
    2. kwijlen (speeksel dat uit mond loopt, zoals by baby
    3. zeveren, zagen, lullen, melken, in de zin van steeds over hetzelfde beginnen
    4. Hageland en de Kempen: (mot)regenen, zie ook zeveren

    1. – Hij zit weer aan zijne lekstok te zabberen.
    – ik drink giejn pint ma ik zabber daaraon!
    2. a g’aat (oud) wurt das gelyk nen baby n zyne bavet: me ne zakdoek ronlope oem de kwijl van a mond’oeke te vyge!
    3. zeg, zabbertrien, komde wee wa chikanere, kzn de klaagmuur ni zé!
    4. – Het heeft weer den hielen dag gezabberd.
    – Dat zabbert al een hele dag, kan de zon nu eens niet schijnen?

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door geblokkeerde_account op 02 Feb 2016 12:49
    2 reactie(s)

    Versie 11

    zabberen
    (ww. zabberde, gezabberd)

    1. sabbelen, aan iets zuigen
    2. Hageland en de Kempen: (mot)regenen, zie ook zeveren

    1. Hij zit weer aan zijne lekstok te zabberen.
    2. Het heeft weer den hielen dag gezabberd.
    Dat zabbert al een hele dag, kan de zon nu eens niet schijnen?

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 27 Sep 2014 05:16
    2 reactie(s)

    Versie 10

    zabberen
    (ww. zabberde, gezabberd)

    1. sabbelen, aan iets zuigen
    2. Hageland en de Kempen: (mot)regenen (zie ook zeveren)

    1. Hij zit weer aan zijne lekstok te zabberen.
    2. Het heet weer den hielen dag gezieverd.
    Dat zabbert al een hele dag, kan de zon nu eens niet schijnen?

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 22 Aug 2014 06:59
    2 reactie(s)

    Versie 9

    zabberen
    (ww. zabberde, gezabberd)

    1. sabbelen, aan iets zuigen
    2. Hageland en de Kempen: (mot)regenen (zie ook zeveren)

    1. Hij zit weer aan zijne lekstok te zabberen.
    2. Het heet weer den hielen dag gezieverd.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 22 Aug 2014 06:58
    2 reactie(s)

    Versie 8

    zabberen
    (ww. zabberde, gezabberd)

    1. sabbelen, aan iets zuigen
    2. Hageland: (mot)regenen (zie ook zeveren)

    1. Hij zit weer aan zijne lekstok te zabberen.
    2. Het heet weer den hielen dag gezieverd.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door ekkikke op 02 Nov 2011 21:05
    2 reactie(s)

    Versie 7

    zabberen
    (ww. zabberde, gezabberd)

    sabbelen, aan iets zuigen

    Hij zit weer aan zijne lekstok te zabberen.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door haloewie op 18 Nov 2010 02:39
    2 reactie(s)

    Versie 6

    zabberen
    (ww. zabberde, heeft gezabberd)

    sabbelen, aan iets zuigen

    Hij zit weer aan zijne lekstok te zabberen.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door LimoWreck op 14 Mar 2010 16:28
    2 reactie(s)

    Versie 5

    zabberen
    (ww. zabberde, heeft gezabberd)

    aan iets zuigen

    Hij zit weer aan zijne lekstok te zabberen.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Flipper op 08 Mar 2008 13:33
    2 reactie(s)

    Versie 4

    zabberen
    (ww. zabberde, heeft gezabberd)

    aan iets zuigen

    Hij zit weer aan zijne lekstok te zabberen.

    Regio Antwerpse Kempen
    Bewerking door petrik op 07 Mar 2008 15:27
    2 reactie(s)

    Versie 3

    zabberen
    (ww. zabberde, heeft gezabberd(?))

    aan iets zuigen

    Hij zit weer aan zijne lekstok te zabberen.

    Regio Antwerpse Kempen
    Bewerking door Grytolle op 01 Mar 2008 22:15
    2 reactie(s)

    Versie 2

    zabberen
    (ww. zabberde, heeft gesabberd(?))

    aan iets zuigen

    Hij zit weer aan zijne lekstok te zabberen.

    Regio Antwerpse Kempen
    Bewerking door Grytolle op 01 Mar 2008 22:14
    2 reactie(s)

    Versie 1

    zabberen

    aan iets zuigen

    hij zit weer aan zijne lekstok te zabberen

    Regio Antwerpse Kempen
    Bewerking door enigma op 19 Nov 2007 02:14
    2 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.