Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Misschien zou het lemma “ergens spel van maken” mogen zijn, ik denk niet dat “spel maken” alleen echt veel gebruikt wordt.
Iets dat mij onlangs is opgevallen, misschien een eigen lemma waard: in West- en Oost-Vlaanderen wordt de i van ‘kindje’ anders uitgesproken naargelang er affectie mee gemoeid is – hoe meer affectie, hoe scherper de i.
- “De kindjes van ’t dorp gingen van ’t school naar huis(t)” → ‘kindjes’ wordt hier uitgesproken met een /?/
- “We kunnen ’t nie zien omdat ’t hem verduikt, mo t zit een kindje in uwen buuk” (Het Zesde Metaal – Met drie) → ‘kindje’ wordt hier uitgesproken met een /i/
Sjsch is bijzonder moeilijk om uit te spreken, zou het niet eerder sjch zijn? Dat is op zich een uitspraakvariant van sch (die voornamelijk in West-Vlaanderen voorkomt maar ook in het cités), en sch is op zich dan weer Middelnederlands (en West-Vlaams) voor de hedendaagse ‘s’ (hoewel het om een of andere reden behouden is gebleven in de spelling van het achtervoegsel -isch). Dan is het woord in kwestie hier eigenlijk ‘afkas(s)en’, en dan is het een variant van het (volgens het lemma) Kempische kassen. De betekenis komt overeen, dus ik vermoed dat ik gelijk heb.
Oeioeioei, ge hebt gelijk, wagens zijn ook mannelijk. Zelfs aanhangen zijn mannelijk.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.