Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent
Dagelijks kiezen we een woord van de dag, uit de vele plezante woorden die in dit Vlaams woordenboek terug te vinden zijn.
Het Vlaams woord van de dag is ook beschikbaar als
RSS Feed
valentijnsdag, dag op 14 februari
Op lievekesdag gaan veel koppeltjes in een restaurant gezellig eten.
bevallig en pront dametje
Streek van Aalst (O-Vl): misteinget (zoals het Franse woord)
oorsprong: artiestennaam van Jeanne Bourgeois, een Franse zangeres. Het pseudoniem Mistinguett, was een verbastering van Miss Tinguette, mogelijk afgeleid van adjectief “dingue” wat zoveel betekent als “gek”
De Joeben loopt weeral te stoefen met zijn mistanget aan de arm.
Zij kon zwiere, meh maniere
en ik zag da’ z’eur vermake kon
Mistanget, we gon noh ’t buffet
ik zing da’ ge dörst ed
Zölle, Mistanget, we gon noh ’t buffet
ik zing da’ ge dörst ed
Zölle, Mistanget, we gon noh ’t buffet
ik zing da’ ge dörst ed
(http://www.vlaamseliedjes.com/axl_peleman-mistanget.html)
speken, spuwen
tuffer (m.), tufster, vr. die tuft
znw: het getuf
niet gebruikelijk in de stad Antwerpen
Van Dale 2005: 3. (gewestelijk) spuwen
Van Dale online 2014: (informeel) spugen
zie ook uittuffen
Vroeger stonden in de kerk tufpotten of speekbakken zodat de mannen hun sjiek erin konden tuffen.
Wie doet er mee met een wedstrijdje kersepitten tuffen?
Probeer zo ver mogelijk te tuffen (met water). (chirojeugd Vlaanderen: http://www.spelensite.be/spel/punkspel)
“Men ”tufte” eens op het hout (van de strekellat) en haalde het vervolgens door het zand van een molshoop.” V. Vessem (Kalmthout, 1956).
Kinderlogica: hoe noemt men een dier dat tuft? Een tufdier.
Naar volksgebruik wordt er, op 6 januari, met driekoningen, een taart gebakken waarin een boon verstopt zit. Het kind dat de boon in zijn taart vindt, is de drager van de kroon en is koning voor 1 dag.
De kinderen gaan dan, verkleed als de drie koningen Melchior, Balthazar en Gaspard, driekoningenzingen voor zoetigheid of geld.
Van Dale 2018: ongemarkeerd
ook: koningentaart
De bekende driekoningentaarten zijn gemaakt met amandelcrèmevulling. Er wordt ook een papieren kroon bijgeleverd.
In Tongeren steken ze een porceleinen kerststalfiguurtje in de driekoningentaart, i.p.v. een boon.
Voor een vrouw uit Knokke is het jaar uitstekend begonnen. Zij vond een diamanten oorring ter waarde van 500 euro in de driekoningentaart van een patissier. (HNB 2013)
Reuzegrote driekoningentaart voor een woonzorgcentrum in Beernem.
Waarom eten we vandaag driekoningentaart met een boon in? (vrt.be)
Bakker uit Sint-Gillis stopt weer echt goud in zijn driekoningentaarten: “Vorig jaar hebben we 3.000 taarten verkocht” (2024 – vrt.be)
Kinderen die op oudjaar, in de voormiddag, bij de buren gaan zingen om een snoepje of een cent, (een cent is in principe voor driekoningen).
wikipedia: Nieuwjaarszingen is een folkloristisch gebruik, dat vooral voorkomt in de Antwerpse Kempen en het Hageland.
Woordenboek der Nederlandsche Taal: Nieuwjaarzingen, waarschijnlijk ontstaan uit te nieuwjaar zingen, langs de huizen gaan om voor een belooning een nieuwjaarslied te zingen; bij Cornelissen-Vervliet wordt gezegd, dat in Zuid-Nederland dit gebruik nog bestaat bij de dorpskinderen, en wel op oudejaarsdag.
syn. nieuwjaarkezoete zingen; oudjaar zingen
vergelijk koekenzingen
Nievejoarke zoete
ons varken hee vier voetee
vier voete en ien steirt
is da soems gien deutje weird
een deutje is in de provinvie Antwerpen een ‘duitje’, een oud muntstuk, dat in gebruik bleef tot begin 20ste eeu
een voorbeeld van een liedje voor nieuwjaarszingen:
Nieuwjaarke hottentot
ons vader heeft nen blottekop
Zeven jaar zonder haar,
Ik wens u een gelukkig nieuwjaar
kerstgebak in de vorm van een boomstronk, dat met kerstavond gegeten wordt
zie ook buche, ijsstronk, nieuwjaarsstronk
Van Dale 2013 online: Belgisch-Nederlands
Een echte kerststronk met veel crème au beurre en chocolat kan ik hier niet presenteren, maar wel een virtuele met daarop geschreven: beste wensen voor het hele Vlaamse Woordenboek. En na de kerststronk de kerstdronk: schol!
Pectus carinatum: borst van een persoon waarvan het borstbeen naar voren steekt en de zijkanten ingevallen zijn;
bij uitbreiding iemand “met een kiekeborst”: iemand die er slap uitziet
NL kippeborst
zie ook kieken; verzamellemma geneeskunde
Liever een kiekeborst dan een ton gelijk gij.
“nu is het zo dat ik van geboorte af een aandoening genaamd pectus excavatum heb.. in de volksmond gewoon een ingedeukte borstkas genoemd (de andere vorm is dat de borst naar buiten toe groeit, ook kiekeborst genoemd) …” (Be Strong.net Don, 190309 )
koninginnenhapje, vol-au-vent, pasteitje
vgl videevulling, pulverkas, videe
Ik eet graag kroketjes bij mijn videeke.
1. stomerij, droogkuiserij, nieuwkuis; in de Antwerpse Kempen: kuiserij of verwerij
2. techniek om bepaalde kleding ‘droog’ te reinigen
Van Dale: BE
zie ook droogkuisen; verzamellemma kledij
1. Ik ga mijn kostuum naar den droogkuis brengen.
2. Hoe moet ge die broek wassen? Volgens mij is dat droogkuis, maar kijk voor de zekerheid maar eens op het etiketje.
werk, aanstelling
NL: baan (niet te verwarren met de Vlaamse baan)
DS2015 standaardtaal
samenstellingen: bijjob, jobbeurs, jobcreatie, jobdienst, jobkrant, jobdag, jobdating, jobstudent, interimjob, vakantiejob, uitboljob, jobgroei, jobverlies, jobadvertentie, jobaanbieding, studentenjob, droomjob, …
uitdrukkingen: job, er ~ aan hebben; job, geen ~ zijn
zie ook jobs, jobs, jobs
Belgen hebben een ‘job’, Nederlanders een baan of vaker: een baantje. Hoewel ‘job’ geen onbekend woord is in Nederland wordt het meer gebruikt in populair/positieve zin:
‘Zoekt U een leuke, afwisselende job?’
Als je er op in gaat blijkt het een gewoon baantje te zijn.
> andere betekenis van job
vechten, fysiek en/of verbaal
zie ook batteren
< Frans: battre
Woordenboek der Nederlandsche Taal, bij batteren: Gewestelijk, m.n. in Vlaams-België en in het Bargoensch. Ook in den vorm badderen (Aarschot)
Het gaat er badderen!
“Wanneer vuistenjeukend en schuimbekkend extreem rechts (hooligans, neo-nazi’s,…) wil badderen met conservatief extreem rechts omdat ze het niet eens zijn over de juiste ideologie en aanpak van extreem rechts.” (HLN31/03/16)
- 1 friet: stukje, reepje patat
- portie friet, pak frieten
zie andere betekenis van frit
zie ook patat frut
Chronologisch woordenboek, Nicoline van der Sijs:
“Boeiend zijn de benamingen voor gebakken aardappels. De patates frites (waarvoor ik als datering 1932 heb gevonden) zijn in België uitgevonden, zowel qua naam als qua zaak. In het Frans heten ze pommes frites. De patates frites zijn in Nederland verkort tot patat(es) (pas in 1976 gevonden), geheel volgens de normale ‘regel’ dat het eerste relevante deel van een verbinding bewaard blijft en het tweede verdwijnt. In Vlaanderen stuitte dit echter op een probleem, want hier bestond het woord patat al voor de aardappel (een leenwoord uit Spaans patata). Daarom werd in het Zuid-Nederlands patates frites verkort tot frites/friet (gedateerd op 1924, dus eerder dan de verbinding patates frites, wat ongetwijfeld te danken is aan het toeval). Zo zijn dus twee geografisch gescheiden verkortingen ontstaan.” (DBNL)
- Is er iets Vlaamser als fritten?
- Ja, frieten.
moe
overdrachtelijk: beu (iets moe zijn):
zeer veel uitspraakvarianten, ook buiten de provincie Antwerpen
vgl. trap: muug, muuger, muugst; zie ook muugte
Hij is muug van het werken.
Na een paar dagen was hij het spelletje muug.
> andere betekenis van muug
huilen
Detail van de Kruisafneming van Rogier van der Weyden (1435)
< Middelnederlands ‘scremen’
Synoniemen
wenen, schreien, schreeuwen, schreemen
“Begind hier nie te skreêmn, da pakk’n zy hier nie. Z’hen ‘t hier nie’ vô jankers en zeker nie’ voôr iemand gelik gy.” (Hannelore Bedert – Ol de mens’n)
Men snikte en schreemde rond het lijk. Ik kan dat niet hooren zonder schreemen. Hij schreemde van spijt en berouw, (De Bo 1873)
ikke, ik
< Frans: bibi
Van Dale 2015 online: BE; informeel, schertsend
in de provincie Antwerpen ook: bibieke, bibieke hier,…
zie ook mondeeke, wiewouter, eummekes
Bibi heeft dorst en gaat er seffens ene pakken.
Bibieke hier heeft genoeg gewerkt voor vandaag. Ik kap ermee.
splinter
zie ook splinsteren, versplinsteren
Zie da’ ge werkhandschoenen aantrekt, anders krijgde nog splinsters in uw pollen!
Ge hebt chance dat ik een splinster in mijn oog heb, anders zou ik den balk in uw oog wel zien. (Variant op een bekend spreekwoord)
bijten, kauwen
Karin: “Dan moeten we vanavond op baksels van vanmorgen knoeften!” (bron: het Peulengaleis)
> andere betekenis van knoeften
(kindertaal) eitje
ook in het Waasland
< in het Antwerpsch- en Waasch idioticon is ‘tik’ een hen in kindertaal
’s Zondags eten wij altijd een tikkeneike bij ons ontbijt.
(hard) werken
Woordenboek der Nederlandsche Taal (wnt): trafakken, travakken:
Bargoense vervorming van frans travailler, hoofdzakelijk in Zuid-Nederland in gebruik, en aldaar ook in sommige dialecten opgenomen. Vergelijk voor den vorm dialectisch hoogduits trawaklen ”angestrengt arbeiten”.
Van Dale: travakken
toegevoegd in 2007
BE; spreektaal: hard werken
zie ook travo
Mendag is de vacance om en mutte we wee gaan travakke. (Antwerpse Kempen)
(Maandag is de vakantie voorbij en moeten we weer gaan werken.)
We moesten hard travakken om op tijd met het werk klaar te zijn.
schommelen
ook uitgesproken /zjokkelen/
Laat hem eens sjokkelen op het schommelpaard.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.