Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent
Dit zijn de top Vlaamse termen volgens het aantal positieve stemmen.
persoonsnaam voor een zoon van een nonkel of tante
In Vlaanderen is een ‘neef’ een kind van een broer of zuster
vnw: neef, zoon van iemands oom of tante
Woordenboek der Nederlandsche Taal, bij kozijn: Uit frans cousin. In het Noorden verouderd, in het Zuiden nog algemeen in gebruik.
Van Dale 2018: kozijn
1599 < Frans cousin
BE; spreektaal neef, kind van iemands oom of tante
prov. Antw. ook kozze
zie ook verzamellemma mensen
Mijn kozijn lijkt gelijk twee druppels water op mijn nonkel.
Natuurlijk ken ik hem, hij is ne kozijn van mij. Hij is de zoon van mijn tante Louise.
> andere betekenis van kozijn
vermoeidheid, neiging tot slapen
letterlijke vertaling is slaap
vnw: slaap, behoefte aan slapen
-(grote) vaak hebben, slaap hebben
Van Dale:
- Klaas Vaak
- Praat(je) voor de vaak
- Vaak tussen de tanden hebben (= honger hebben)
Van Dale 2017 online: BE, verouderd in NL
Ik heb vaak, ik ga slapen.
“Ic en kan u niet meer schrijven alzoo ik groote vaeck hebbe, Adieu.” – uit ‘Brieven van en aan Maria van Reigersberch’, 1628
in Vlaanderen het gewone woord voor een kat van het vrouwelijk geslacht
vnw:
•wijfjeskat
•kattige vrouw, kattenkop
NL: vrouwtjeskat
klik op de afbeelding
Kattin zoogt haar jongen
Van Dale 2015 online: Belgisch-Nederlands
DS2015 standaardtaal
Is uw kat een kater of een kattin?
duwen, elleboogwerk
Aan de bushalte tijdens het opstappen:
“Hé, dougt zo eens niet! Er is plaats voor iedereen.”
bassen, blaffen (hond)
Als onze hond baskt, dan weten we dat er vreemd volk op onze oprit loopt.
Het fiscaal attest is een bewijsstuk, een document, dat ge bij uw belastingsaangifte voegt (of gebruikt) om uw aangifte te staven of om bv. belastingsvermindering te verkrijgen. bv. Een fiscaal attest voor uw hypothecaire lening, voor uw rsz bijdragen, voor een donatie aan een ‘officieel erkende’ instelling (bv. hulpverlening, ngo, …) …
Wal. : attestation fiscale
Nl: o.a. aftrekpost voor goede doelen
Maak u geen illusies; u koopt er geen geweten mee. U zal het moeten stellen met niet meer dan een fiscaal attest. (actie voor Syrië)
Dezer dagen worden de fiscale attesten voor uw belastingaangifte van de inkomsten van vorig jaar rondgestuurd.
immers
Maasland: ummesj
prov. Antwerpen: oemmes
Dat is ummes geen doen om elke dag van Leuven naar Brussel te wandelen
op gang trekken, op gang komen
zie ook gang, in ~
Hij ging recht op de trappers staan en trok zijn eigen in gang.
1) een goede zaak, een mooie zaak, een praktisch iets, …
2) een schoon meisje, vrouw (ook knap ding, ferm ding, …)
zie ding
Dat nieuwe Fonds voor Medische Ongevallen is een schoon ding. Dat gaat heel wat mensen veel miserie besparen.
Zo’n Zwitsers zakmes is een schoon ding. Dat is gelijk als een opvouwbare gereedschapskist die ge in uwe zak meedraagt.
Amai, dat is een schoon ding dat daar loopt. Spijtig dat die gevaarlijke chiwawa haar zo streng bewaakt…
iets dat overhoop gehaald is
Oales lig tier kop over kloten.
Alles ligt ’ier kop over kloten.
(Alles ligt hier overhoop)
verkorting van spoedgevallendienst
afdeling van een ziekenhuis waar men terecht kan voor dringende medische problemen
vnw: eerste hulp in een ziekenhuis
synoniem: dienst spoedgevallen, spoeddienst, spoed
“De spoedgevallendienst ligt op campus Gasthuisberg. Volg de signalisatie naar spoedgevallen. Bij uw aankomst moet u zich eerst inschrijven.” (uzleuven.be)
naar buiten, eruit
Van Dale 2018 online: BE, spreektaal
vnw: buiten!: eruit!
Typisch Vlaams: Geen Algemeen Nederlands; Gangbaarheid: 7; Vlaamsheid: 1
“Buiten, De Cock!” sneerde Ruitendam.
De Jeroen heeft het serieus uitgehangen in de klas en is van de meester buiten gevlogen.
> andere betekenis van buiten
o.a. bij Streuvels gelezen werkwoordsvorm van “maken”
ik, hij, zij miek – gij miekt
wij, gelle, zij, zun mieken;
v.d.: gemaakt
Het miek haar misnoegd, zij was nijdig en kwaad op het kind. (Stijn Streuvels: Het Kerstekind)
Het hageld’, ’t sneeuwde, het miek er zo koud, de rijm lag op de daken. (uit bekend kerstliedje: Maria die soude naer Bethlehem gaen)
Zwerte Fles heette die en wo ze gegaan had mieke wij overal kruiskens omdat de mense toch do nie zoude gaan. (volksverhalenbank.be, Leuven, 1964)
frietkraam
zie: frietkot
zie ook verzamellemma koterij
“Als het fritkot staat in brand, is de oorlog weer in ’t land.” (Urbanus van Anus)
Het fritkot is de spiegel van het Belgische volk.
glas sterke drank
zie druppel
Het was nog maar tien uur in de morgen en hij zat al aan de dreupels.
ze niet alle vijf hebben, een slag van de molen hebben, van lotje getikt zijn, gek zijn
Woordenboek der Nederlandsche Taal: kwint, znw. vr., mv. -en.
Waarschijnlijk van fr. quinte (verouderd), omschreven met ”accès de mauvaise humeur”. Gril, nuk, kuur.
Quinckte, quinckt. … Insania, mentis error, deliramentum, Kiliaan (1599)
Het is niet duidelijk of er, en zoo ja welk verband er bestaat tusschen het hier behandelde kwint en de in Z.-Nederl. gebruikelijke woorden kwint en kwinte(n). De uitdrukking daar is ‘en kwint uit (ook: hij is ’en kwint kwijt en hij héet ’en kwint weg) doet in verband met het verouderde fr. quint, ”cinquième parti d’un tout” denken aan de gelijkbeteekenende uitdrukking een van de vijf is op den loop.
in Antwerpen: kwing, een ~ kwijt zijn
Een zielig vrouwtje, dat blijkbaar een kwint kwijt was, bleef maar Engels tegen ons praten.
Een politicus die van bij communisten naar ordo-liberalen overstapt, is een kwint kwijt.
Dr. Kwintkwijt, de directeur van de psychiatrische kliniek, is een woordspeling op de uitdrukking “een kwint kwijt zijn”.
spotnaam voor politieagent, oorspronkelijk alleen voor verkeersagenten gebruikt
Miljaar, ne smurf! En ik heb geen parkeerbonneke gelegd!
“De rechter nam het niet dat de beklaagde de vier politiemensen “smurfen” had genoemd. En het bleef niet bij dat ene koosnaampje. De jongeman had bij zijn arrestatie bij wijze van belediging ook zijn middenvinger opgestoken in de richting van de inspecteurs." (www. hbvl.be/limburg)
uitspraakvariant van holkruiper
zie varianten bij gatlikker (AN “gatlikker”: slijmerd)
Past voor hem op want hij wil in den baas z’n (h)ol kruipen. Dat is nen (h)olkruiper.
zeer vermoeid, op het einde van de krachten.
< Woordenboek der Nederlandsche Taal: bnw. en bijw. Mnl. jakeloos, westvlaams djakeloos, tsakeloos De Bo (1873).
— Jakeloos loopen (draven, schooien, rondwandelen), moedeloos, troosteloos, verslagen, of iets derg.
“Een man zonder wijf die moet jaqueloos schoyen”, Eduard De Dene, Testament Rhetorical (1561)
zie ook djakke, bobijn, mijn ~ is af
Van dat namiddagje shoppen ben ik djakeloos gelopen.
(over)emotioneel, (over)romantisch, (over)sentimenteel
SN/NL: klef
Wat een melig lieke!
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.
