Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent
Dit zijn de top Vlaamse termen volgens het aantal positieve stemmen.
boomstronk
West-Vlaams idioticon: aarsgat, o. wvl. eersgat, uitspraak eesgat, het achterste. “Op zijn aarsgat vallen”.
De wortelblok of het onderste deel van het bul eens gevelden booms.
Een eersgat met de wortels.
uitspraak: ijsgat, isgat, jeisgat, eersgat, eiësgat, êschgat, eesgat
Pas op als je in de berm parkeert er zit daar nog een eiësgat van die omgewaaide boom.
Uitroep met onbestemde betekenis gaande van ‘is het nog niet duidelijk genoeg?’ tot ‘kan het nog erger, straffer?’ Naargelang de context met een bijklank van verontwaardiging, verbijstering, verwondering, …
oorsprong: vroeger poetste men de vloeren met wit zand, “moet er nog zand zijn” riepen de leurders die het rondbrachten
Van Dale 2016 online: BE
Rik De Saedeleer (de vader der voetbalscommentators): HAhaHA….moet er nog ZAND zijn !!!!!!!
DAG MOEDER..DAG MOEDER !
Miljardair Etienne Davignon is bereid een crisisbelasting voor superrijken te betalen. Moet er nog zand zijn?
Moet er nog zand zijn?
ze kuiste met droog wit zand
de rode
cementen vloer tot haar kromgebogen rug kapot ging
maakte tot dan met kunstige hand
een tekening van het fijne zand
het huis
kraakte van properheid
top op de dag van vandaag een heel bekende uitdrukking
(lenjef)
in de uitdrukking: langs de goede of slechte kant
AN: ‘van’ de goede of slechte kant
ook langst
Ge zoudt het ook eens langs de goede kant moeten bekijken!
Langs de ene kant had ik niet graag dat hij wegging, maar aan de andere kant was dat wel het beste.
> andere betekenissen van langs
oorveeg, pak slaag
vnw: oorveeg, klap
Van Dale 2015 online: Belgisch-Nederlands, spreektaal
Ik heb die kerel daar een mossel gegeven.
> andere betekenis van mossel
engageren, in dienst nemen, iemands hulp inroepen.
zie ook: onder de arm nemen, iemand ~
vnw: onder de arm nemen: in de arm nemen, hulp inroepen van
standaardtaal in België
NL-SN: in de arm nemen
Voor de verhuis werd een gespecialiseerde firma onder de arm genomen.
Om zich te verdedigen heeft hij een advocaat onder de arm genomen.
overdreven vriendelijk zijn om iets te bekomen, stroop om de mond smeren
in prov. Antw.: siroop aan de baard smeren
Leiestreek: smouten
En maar zeem aan zijn baard strijken en seffens is hij met de helft van zijn winkel weg.
nageboorte van een koe of rund
“De geit heeft reeds het schoone afgeworpen.”
“De schoone van eene koe in den mesthoop begraven.” (De Bo 1873)
> andere betekenis van schoon
rammeling
werkwoord: afbieten, inbieten
> eng.: to beat
Hij heeft er goe wa “biet” van gekregen. Hij heeft er een goed pak slaag van gekregen.
Ze hebben hem in een donker straatje afgebieët voor een paar euro.
Gaat ge er nu mee uitscheiden of wilt ge dat ik u sebiet es goe inbiet? Ge kunt kiezen!
het geschatte, gemiddelde normale netto-inkomen van het jaar 1975 van een kadastraal perceel; dit kan een stuk grond of een gebouw zijn
afkorting: KI
NL: huurwaardeforfait, eigenwoningforfait
< Frans: revenu cadastral
Van Dale 2016 online: BE
We krijgen geen studiebeurs omdat ons kadastraal inkomen in vergelijking met ons inkomen te laag is.
iemands positie is wankel
ook in de provincie Antwerpen
Van Dale 2018: schopstoel
1366, van schoppen (wegstoten)
1 strafwerktuig waaruit veroordeelden, met de handen op de rug gebonden, omhoog geslingerd werden
thans alleen in de verbinding
uitdrukking op een of de schopstoel zitten
a. geen ogenblik zeker van zijn positie zijn, ieder ogenblik ontslagen kunnen worden
b. geen vast verblijf hebben
Hij zit op een schupstoel. (schopstoel)
doopmeter, petemoei
in de Antwerpse Kempen: “peit”; kan ook “grootmoeder” betekenen. Zie ook petere
Ik wil liever geen geleende paat zijn (het zint mij niet om meter te zijn nadat een ander eerst heeft bedankt)
Bijkeuken, achterafruimte.
Een achterkeuken is een ruimte grenzend aan de eigenlijke keuken die voor ondersteunende huishoudelijke handelingen gebruikt wordt, zoals wassen, drogen en strijken. Maar ook voor het opbergen en bewaren van (etens)voorraden en schoonmaakspullen. (Wikipedia)
DS2015 standaardtaal
Van Dale 2016 online: BE
Afbeelding zie: http://www.berth.be/files/offer_image/1398710036/achterkeuken.jpg
Het wafelijzer raakte oververhit en er ontstond brand in de achterkeuken.
Politiek bedrijven doe je niet in de achterkeuken maar in de publieke ruimte.
keihard, heel hard
ook fig.: meedogenloos
Van Dale 2016 online: BE
Hij was een aimabel man, maar tijdens onderhandelingen kon hij beenhard zijn.
Ik maakte onlangs jouw citroenparfait. Zeer lekker, maar het ijs is beenhard. (dagelijksekost.een.be)
sikkel
ook sichel
Antw. Kempen: zikkel
Brugge: zikkel
Haspengouw: ziekel
Zo’n zichel is handig om kort gras af te snijden voor je konijnen.
juist, exact (met nadruk)
Woordenboek der Nederlandsche Taal: Krek: in Zuid-Nederland ook krak
zie ook krak hetzelfde, krek
Hij dacht toen krak hetzelfde als ik.
> andere betekenis van krak
1. versiersel zoals o.a. slingers, e.d., versiering, decoratie
2. opsmuk (in de Kempen)
3. toetakeling (in de Kempen)
uitspraak: /pa ’loa s.e/
zie ook paleren
Woordenboek der Nederlandsche Taal: Palatie, wat dient om te paleeren
”Met den règen is de palatie nat gewörren en bedörven”, Cornelissen-Vervliet (1899)
1. Een week na datum blijft die palatie nog hangen. ’t Wordt tijd dat we ze wegdoen (= verwijderen, weghalen).
In december ziet ge heel veel kerstpalatie in de straten en in de winkels.
2. In de jaren 80, als we uitgingen, was het mode om veel palatie van juwelen rond uwe nek te hangen.
3. Amai, een schoon palatie dat ge gekregen hebt op uw gezicht: een blauw sjiek en een farm schavak op uw kaak.
dreun, klap, slag, knal
Van Dale 2015 online: BE, niet algemeen duw, stoot met de vuist
zie andere definitie van boks
Karel heeft een paar boksen moeten incasseren en heeft nu een blauw oog.
iemand bezig houden
Woordenboek der Nederlandsche Taal: Wiggel, het wiggelen, het heen en weer gaan. Steeds in verb. in eenige nuances. Gewestelijk.
> In, aan, op den wiggel zijn, blijven, bezig, in de weer zijn, blijven.
> (Iem.) aan den wiggel houden, (iem.) bezig houden, inz. in den zin van: (iem.) aan het lijntje houden; met looze beloften paaien.
> In den wiggel zijn, op handen, op til zijn; staan te gebeuren.
zie ook: wiggel, in de ~ houden, wiggeling, in de ~ zijn, wiggelen
Ons dochterke van 11 maanden houdt ons van ’s morgens tot ’s avonds aan de wiggel.
benadelen
antoniem: bevoordeligen
DS2010 afgewezen
DS2015 geen standaardtaal
vgl benadeliging
In de wet kan ik niet direct bepalingen vinden die vrouwen meer benadeligen dan mannen.
1) het hoog in de bol hebben, het hoog in de kop hebben, het hoog in zijn ster hebben, verwaand zijn, …
2) het serieus nemen, er ambitieus over zijn, er het beste mee voorhebben, …
vnw: het hoog ophebben: verwaand zijn, het hoog in de bol hebben
Van Dale 2013 online: Belgisch-Nederlands, informeel (1)
Van Dale kent betekenis (2) niet.
zie varianten bij: hoog, het ~ in hebben
1) Amai die heeft het precies hoog op, gelijk als dat die hier rondloopt. Hij denkt zeker dat hij den baas van ’t spel is.
2) radio.klara.be: Hij heeft het hoog op met de kunsten en doet heel wat om muziek toegankelijk te maken.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.