Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door de Bon

    slagen
    (ww. sloeg, geslagen)

    slaan

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: In het Middelnederlands en het Vroegnieuwnederlands en nu nog in Belgisch-Nederlands komt slagen voor als zeldzame nevenvorm van slaan, gevormd onder invloed van het verleden deelwoord geslagen. (M.Philippa e.a.)

    vervoeging OTT:
    Ik slaag
    Gij slaagt
    Hij slaagt
    Wij slagen
    Jullie slagen (golle slaagt)
    Zij slagen (zun slagen)

    zie ook inslagen, afslagen, verslagen, wegslagen, opslagen, doodslagen
    uitdrukking: dood, slaagt me ~
    nagel, de ~ op de kop slagen

    Den bompa slaagt er al is neffe.

    “We emmen ons altijd goe verstaan
    ’k had mij voor hem laten doodslagen” Jef heeft me een sjik gerefezeerd, W. Van de Velde.

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 11 Aug 2018 21:36
    2 reactie(s)

    kramakkel
    (bnw.)

    gammel, sukkelend, aftands

    zie ook krammikkelig, krammakkelijk, kramakkelijk

    Woordenboek der Nederlandsche Taal:
    Modern lemma: kramachel
    KRAMAKKEL —, bnw.
    Sukkelig, ziekelijk.
    “Wat begint dat oud manneken kramachel te worden” Schuerm.1865-1870).

    Ze waren met hun kramakkel autootje toch tot in Bretagne geraakt. Daar had het de geest gegeven.

    Regio Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 11 Aug 2018 21:35
    1 reactie(s)

    kot
    (het ~, (o.), ~en, ~es)

    gat, opening
    diminutief: kotteke ipv kotje

    ook in de prov. Antw.
    Kempen: mv: kotters

    Van Dale 2014 online: Belgisch-Nederlands, spreektaal

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: kot: Opening, gat, holte. In brabantse dialecten
    Van onbekenden oorsprong.
    - Ik word doornat, er zijn een heel deel kotter in ‘t dak, schuermans, 1883
    - kökke (gaatje) in de vinger, tuerl.
    - E kot in de muur kappen, cornelissen-vervliet
    - Er zijn kotten in oe’ kous, Ald.

    INTERIEUR, WESTTOREN, MUUROPENING RECHTS VAN SCHOUW BELETAGE - Batenburg - 20270490 - RCE
    Een kot in de muur.

    Een kot in een kous: zie hier

    Als kind ben ik, toen ik over zo’n laag haagje sprong, uitgegleden en een kot in m’n knie gevallen.

    Provincie Vlaams Brabant
    Bewerking door de Bon op 11 Aug 2018 21:34
    2 reactie(s)

    bres
    (zn. v., ~sen)

    een hoop mensen, kinderen, jongeren enz.

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: Bres, bresse, bressche: oorsprong: ogerm. brekan, ohd. (mûr-) brëcha > Frans: brèche: werktuig om te breken.
    Reeds gebruikelijk einde 16de eeuw.
    In Zuid-Nederland is vrij algemeen een woord bres(se) (of ook brets) bekend in den zin van: brok, ”groot stuk dat ergens van afvalt of afgebroken wordt” (de bo 1873):
    b.v. van sneeuw, aarde, brood.
    ook ruimer: massa, hoop, b.v. van scheldwoorden, van menschen (schuerm. 78 b 1865-1870, schuerm., Bijv. de bo 1873; rutten 1890; Loquela 13, 66 1893)

    De 10 miles en de marathon van Antwerpen zullen weer een bres mensen op de been brengen.

    Ze zijn met een bres kinderen al paaseieren komen rapen.

    In mijn woonbuurt zijn er 3 scholen en elke morgen en avond passeren er bressen joeng voor mijn deur.

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 11 Aug 2018 21:33
    2 reactie(s)

    bres
    (zn. v., ~sen)

    een hoop mensen, kinderen, jongeren enz.

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: Bres, bresse, bressche: oorsprong: ogerm. brekan, ohd. (mûr-) brëcha > Frans: brèche: werktuig om te breken.
    Reeds gebruikelijk einde 16de eeuw.
    In Zuid-Nederland is vrij algemeen een woord bres(se) (of ook brets) bekend in den zin van: brok, ”groot stuk dat ergens van afvalt of afgebroken wordt” (de bo 1873):
    b.v. van sneeuw, aarde, brood.
    ook ruimer: massa, hoop, b.v. van scheldwoorden, van menschen (schuerm. 78 b 1865-1870, schuerm., Bijv. 52 1883; de bo 1873; rutten 1890; Loquela 13, 66 1893)

    De 10 miles en de marathon van Antwerpen zullen weer een bres mensen op de been brengen.

    Ze zijn met een bres kinderen al paaseieren komen rapen.

    In mijn woonbuurt zijn er 3 scholen en elke morgen en avond passeren er bressen joeng voor mijn deur.

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 11 Aug 2018 21:32
    2 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.