Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent
Dit zijn de top Vlaamse termen volgens het aantal positieve stemmen.
halsoverkop
ook: overhoop, zie kop over kloten liggen
Ik struikelde en viel toch wel kopoverkloten de gracht in zeker!
Die is kopoverkloten vertrokken, anders miste hij z’n bus.
Daar was iets te zien, alles lag daar kop over kloten.
slokje
Als er iemand op bezoek komt, kunt u die persoon een sputje frisdrank of koffie aanbieden.
Chicletautomaat, kauwgomballenmachine; (ook) automaat die minderwaardig spul aflevert, rommelbak.
zie ook chiclettenbak, tutterfrutbol, tuttefrutkast
ook sjiekenbak (zie voorbeelden)
niet te verwarren met de sjieken bak
Een chick draaien uit de chickenbak.
Ik zou ook geen verzekering pakke op ne gsm uit de chickenbak zenne.
Die denkt dat hij ne chique bak heeft gekocht – een chickenbak, ja!
“Als ik naar de dokter ga betaal ik 5 euro remgeld, dat is zoals aan de sjiekenbak draaien. Dat is niet ernstig.”(hln.be)
→ mees
Den boer heeft zijn koeien op de miejs gestoken.
gelukzak
Jantje moet vandaag niet naar school, wegens pedagogische studiedag. Hij is weer bij de goei.
bereiken, meten,
NL: de teller is blijven staan op
Festival Dranouter klokt af op 63.000 bezoekers.
een kerktorenklok, een kerk
zie ook bim bam beieren de klokken leggen eieren
De bimbam van de Peperbus bimbamt wel lang. Wie zou er nu gestorven zijn? zie peperbus, de ~
min of meer
half en half
DS2015 standaardtaal
Hedde gij zijnen uitleg verstaan?
Euh … halvelings …
“Aan de ontbijttafel zag Jimmy haar terug: Héloïse, in een kaki plooirok en een T-shirt in halvelings hallucinogene kleuren. En dat moest dan meteen ook de …” (Dimitri Verhulst, De laatste liefde van mijn moeder (2010))
de cafés aflopen, afdoen
Tijdens de vrijgezellenavond hebben ze de kapellekes gedaan.
iets eten of drinken zonder het slecht te vinden, maar ook niet echt lekker; lusten
vnw: lusten: die soep mag ik niet
uitspraak in de prov. Antw.:
ik mag, gij meugt, hij mag, wij meugen, golle meugt, zij/zolle meugen
voltooid deelwoord zeldener ook gemoogd, gemocht
vergelijk West-Vlaanderen: meugen, meugen meugen
zie ook meug
- De Paul mag wel lever, maar hij is er niet zot van.
- Der zijn niet veel kinderen die spruitjes mogen.
- Ons Alexje eet alles behalve witloof, dat mag hij niet.
- “Veel zijnder die geen beulingen en meugen” – uit ‘Sinnepoppen’, Roemer Visscher, 1614
last, moeite
(etymologie is onduidelijk: zie Woordenboek der Nederlandsche Taal, onder “rooi” (II) ; zie Middelnederlandsch Woordenboek, onder “roy” (I) )
Zo’n groot stuk vlees: hij kreeg het maar met rooi op !
doen alsof
zie ook konsjuus
wnt:
konsuus, konsju(u)s, konsoois:
Zuidnederlandse vormen van Kwansuis waarvan de oorsprong waarschijnlijk te zoeken is in het Oudfrans quanses, quainses, queinsi.
De buurvrouw was konsus de planten water aan het geven, gewoon om te zien wie er op bezoek was bij de buren.
groenteboer of groenteman
De groenselier had vandaag geen worteltjes meer.
eerder plechtige, formele uitdrukking voor sterven, doodgaan
onvervoegde werkwoordcombinatie: zijn + “komen te gaan”
Zowel voor mensen als dieren gebruikt.
Op Allerzielen gedenken we onze geliefden die zijn komen te gaan.
In de periode dat haar schoothondje was komen te gaan, had zij het er echt moeilijk mee.
verwijfde man, homo met maniertjes
zie ook: janette, janet, zjanol
niet zeker van de regio: is het woord ook bekend in andere provincies?
< Frans: (informeel tot vulgair) tapette
Die twee tapetten zijn altijd krek hetzelfde gekleed, ook al schelen ze 20 jaar.
echt waar
Echt bedecht… dat is hier gebeurd, een week geleden!
door titsen iets verwijderen
Hij titste zijn sigaret tegen de rand van de assenbak af, trok er nog eens diep aan en duwde de peuk met een langzame draaibeweging uit. Hij was vastbesloten te stoppen met smoren … tenminste toch voor een minuut of tien.
Er hangt iets op uw trui, ik zal het er eens aftitsen se.
langs de kant
opzij
bezaa = bezij
bezaan = bezijden
Bezaan de weg lag er veel zwerfvuil.
Ga eens bezaan staan … dan kan ik passeren.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.
