Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent
Dit zijn de top Vlaamse termen volgens het aantal positieve stemmen.
scrotum, balzak
zie ook beus (beurs)
Hij moest de hele dag aan zijn bus dabben. Had hij last van schaamluizen?
> andere betekenis van bus
iemand blaaskes wijsmaken;
iemand beetnemen op een goedmoedige wijze
zie ook saus, van de ~ geven
Ge zijt me er fameus aan het doorsleuren he?
meisje dat op festivals met verschillende jongens gaat (en de liefde bedrijft in een tentje op de festivalweide)
enkel diminutief
woord van het jaar in Vlaanderen voor 2010
Tentsletje is een woord dat door de media gehypet werd, o.a. door Studio Brussel.
Er zullen veel hottentotten komen kijken naar de tentsletjestentententoonstelling.
Voor elk tentsletje zijn er vijf tentlopers.
Thuis is zij een voorbeeldig meisje, maar op de zomerfestivals heeft ze de reputatie van een tentsletje.
Een bekeuring oplopen. Een proces krijgen. Opgeschreven worden (opschrijven).
Dikwijls ook “op het boekske vliegen”
zie ook verzamellemma wegcode
Pas maar op, als ge zo zot blijft rijden zult ge binnenkort wel eens op den boek vliegen.
verder
meestal in verband gebracht met afstand
Hier nog ni, nog wa vajjer.
gelijk, om het even
taaladvies.net: eender wie/wat standaardtaal in Belgiรซ
DS2015 eender wie/wat/welk: standaardtaal
Eender wie er in Belgiรซ aan de macht is, het is Europa dat bepaalt wat er hier gebeurt.
Eender wat dat ik zeg, het is nooit goed voor u.
Voor mij is het eender wanneer dat ge komt.
“De meeste consumenten kopen niet eender wat; ze laten zich eerst goed informeren. (standaardtaal in Belgiรซ)” taaladvies.net
computer. wordt vooral gebruikt door oudere mensen die computer niet kunnen uitspreken.
mijn meter sprekt geen woord engels. ’t is daardoor da ze kompetuter zegt…
uitdagen; eerder met minachtende blikken dan verbaal
< Frans charrier
As em me bleft “charjรชren” gon ik er oep koeken.
man in de ‘buut’ (ton) die met carnaval (wietse) grappen verteld aan het publiek
om de wietse van ’ne butereedner te begriepe moste egelik limburger zeen / om de grappen van een butereedner te begrijpen moet je eigenlijk Limburger zijn
brievenbus
< brieven + boite
De buren zijn op reis en wij werden gevraagd regelmatig de brievenbwotte te ledigen.
Stillekesaan verouderd? Er was een aantal jaren geleden nochtans een affiche voor verkeersveiligheid die een afgezakte broek toonde met de tekst ‘en uw gordel?’
zie ook verzamellemma kledij
Amai, ik heb goe geten. Mijne gordel spant er van.
Nen echte leren gordel met een schoon geps kost wel iets tegenwoordig.
gearmd gaan;
de persoon die zijn hand/arm onder de arm van de andere steekt, is degene die aanhangt
zie ook aanhaken;
vergelijk kabassen
We zien ze dikwijls samen wandelen. De bomma hangt dan aan bij haar dochter.
Pas op, het is hier glattig, zenne. Hangt maar aan voordat ge valt.
cowboybroek, cowboyhemd, cowboybotten, cowboyhoed…
door associatie met de kleding van acteurs in westerns noemde men in de jaren vijftig en zestig van vorige eeuw jeanskledij zo
zie punaisebroek
Leon was de eerste om zich in het dorp te vertonen met een cowboybroek en cowboybottekes, wat hem natuurlijk commentaar opleverde in de zin van “Zijt ge met de velo of te paard?”
heel erg over hoop, in wanorde
zie ook overende ,top over kloten, wisterwaster
Zijn kleren lagen helemaal wister kapรฉle.
zonderling persoon met eeen pejoratieve betekenis – pipo
Die ne taarteklaai is daar weer.
Die ne pipo is daar weer
bedwants, wandluis, weegluis
uitdr.: zo fier als een weekluis (op een kletskop)
Woordenboek der Nederlandsche Taal: Modern lemma: weegluis
โ WEEKLUIS โ Uit weeg (wand) en luis. Middelnederlands weechluus. De vorm weekluis wordt na de 17de e. alleen nog gewestelijk in Vlaams-Belgiรซ (Oost-Vlaanderen, Antwerpen, De Kempen, Land van Waas) en Zeel aangetroffen.
Der zate weekluizen in de muren.
Komt voor in een liedje dat werd gezongen tussen pot en pint:
“De ruiten bevroren
de pispot in huis
en op de gordijnen
een grote weekluis”
paardenmolen of: draaimolen, carrousel, mallemolen, โฆ
Kempen: pjeiremeule
Antwerpen: peirdemeulen
Kinderen zitten graag op de peerdemolen, dan kunnen ze de flosj trekken en mogen dan nog ene ronde verniet.
Die mens was peerdemeule. (zot, nie goe just)
Met iemand zijn. Een koppel vormen.
In Vlaanderen is ‘een stel’ niet gebruikelijk
Van Dale: twee personen door huwelijk, verloving of liefde verbonden
synoniem: stel, paar
zie ook verzamellemma mensen
Ik ben een koppel met de mooiste jongen die er bestaat.
blij, in zijn schik zijn met
vnw: met iets opgezet zijn: ingenomen zijn, in zijn schik, tevreden zijn met iets
DS2015: standaardtaal
Van Dale 2020 online: BE, spreektaal
“N-VA-kopstuk Theo Francken is niet opgezet met de openlijke kritiek van partijgenoot Jan Peumans op hem en de marsrichting van N-VA.”
(dD 010718)
1 en hetzelfde werkinstrument voor op te nemen en af te trekken
de opnemer = aftrekker
Eerst het water met de aftrekker naar buiten trekken, dan de vod rond de opnemer slagen om de vloer op te nemen.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.