Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent
Dit zijn de top Vlaamse termen volgens het aantal positieve stemmen.
ergens zeer opgewonden van raken
NL: er een stuiter (erectie) van krijgen
‘Veel beloven en weinig geven, doet de zot in vreugde leven’, zegt het spreekwoord: ja, er komt misschien een Tesla-fabriek in Vlaanderen, zo mompelde Musk tussen zijn tanden. Misschien, we maken een kans. Geert Bourgeois en C° kregen bijna de dunne kak van opwinding. (Johan Sanctorum, Doorbraak!)
koosnaam voor meisjes, grietjes
Stel: je bent single, je zou graag eens met een pouléke gaan boiten in de Toverpoort, maar je weet niet hoe je moet scoren. Lionel geeft je een simpele tip mee. (vgkgent.be)
Average Rob leert de buitenlanders op de camping van Rock Werchter de kneepjes van het vak: ‘Women in Belgium are called ’poulékes!’ (HUMO)
vuilak, schoft
NL: vullis, stuk vuil
Margriet woonde ooit samen met een Fransman. Tijdens een ruzie haalde die een jachtgeweer boven en bedreigde hij haar. Maar nog liet Margriet zich niet doen. “Ik was razend. Ik zei: Wat ga je doen? Schieten? Jij vuil stuk… Schiet. Ik denk in mezelf: schiet, jongen.” (www.een.be)
Ook de Vlaming heeft al eens last van kwaaltjes allerhande, maar zowel voor de aandoeningen als voor de remedies verschilt zijn taalgebruik van het Nederlands. Overigens put de Vlaming, in tegenstelling tot de Nederlander, zijn scheldarsenaal helemaal niet uit ziektes. In dit lemma bewaren we een overzicht van allerlei Vlaamse terminologie gelieerd aan de gezondheidszorg.
aandoeningen:
abces
afgang
albumine
angine
angine de poitrine
appelsienhuid
appelsienvel
appendicite, appendicitis
attak
bassen
bleinen
bommaziekte
buikstorm
brand
bronchite
cellulite
crise
deshydratatie
dikoor
draaien
draaiing
een zuur maag
flebit
fleuris
geel
geestesgestoord
geraaktheid
griepig
hyperkinetisch
jeugdbrand
kerkhofblommen
kettingziekte
kiekeborst
kiekhoest
klem
klierkoorts
knikkebolziekte
krab
kuskesziekte
nevenverschijnsel
notarisziekte
ondervlogen
pellekes
plekken
’t pootje
rattenziekte
rematis
reumatisme
rodehond
sciatique
sinusite
slaptitude
slepende ziekte
speen
stekkebenen
surinfectie
tic nerveux
vallende ziekte
valling
vriesblaar
vuil ziekte
wateroog
weeroog
zona
onechte aandoeningen:
hypo
jupilitis
manzjenieziekte
Sinte-Medunkt
vanbrustum
het menselijk lichaam:
aberniks
achillespees
afhangers
billen
dikke teen
haar
het hert
kaaken
karuur
kas
knoesels
kop
maaltanden
middenvinger
poep
staartbeen
vel
wervelzuil
wijsheidstanden
uitdrukkingen:
aan de ribben (blijven) plakken, kleven
adem, op zijn ~ trappen
afbijten, iemand de kop afbijten
afgaan, plat ~
hals, aan de ~ laten komen
maag, (zwaar) op zijn ~ liggen
maag, voor zijn of haar ~ leven
maag, zijn ~ laten keren
gezondheidsverlening:
adviserend geneesheer
ambulancier
arbeidsgeneesheer
baxter
cocoonvaccinatie
collocatie
dokteres
dokter van wacht
dokteur
doktoor
gasthuis
Geel
Geneeskunde voor het Volk
geneesmiddel, wit ~
generisch geneesmiddel
gipsplaaster
Het Vlaamse Kruis
honderd
hoorcentrum
hoortest
hospitaal
hospitalisatie
huisapotheker
huisartsenwachtpost
intensieve
intensieve zorgen
internering
keelwisser
kinderbed
kine
kinesist
kinesitherapeut
kinesietherapie
kliniek
materniteit
medicijnen
militair geneesheer
moederhuis
mug
neuswisser
nko-arts
O.K.
omnipracticus
operatiekwartier
palliatieve
pikuur
plaaster
plaasterspecialist(e)
plakker
plomberen
podoloog
professor
recupereren
senologie
sparadrap
spoed
spoedarts
spoeddienst
spoedpersoneel
sportkinesist
suppo
tandplaaster
tantist
tensoplast
urgentiearts
valse tanden
vals gebit
vloed
wasdom
windel
witte schort
witte sector
zorgen
zorgkundige
zothuis
documenten:
derdebetaler
dixitattest
doktersbriefje
gmd
klevertje
maagdelijkheidsattest
remgeld
sis-kaart
ziekenbrief
uitdrukkingen:
aangemaakt zijn met
allergisch aan, allergisch tegen zijn
beterhand, aan de ~ zijn
in het kinderbed blijven
klot, van zijne ~ vallen
laste, ten ~ van de patiënt
losbreken
mensen, het zit onder de ~
vallen, van zijnzelve ~
sus, van zijne ~ draaien
wacht, van ~ zijn
ziek vallen
ziek vieren
varia:
aangeladen
aerosollen
amandelen trekken
arbeidsonbekwaam
Bednet
berechten
b-fast
center
compensatiekas
corona (voorvoegsel samenstellingen)
disponibiliteit
gezondheidsfactuur
griepcommissaris
hospitalisatieverzekering
kiwimodel
maaggevoel
maagriem
maandstonden
medische bijpremie
mutualiteit
noodnummer
orde van artsen
orde van geneesheren
pyjamadag
regels
Riziv
sanitair
systeem
uitnemen
voos
werkonbekwaam
wetsdokter
wetsgeneesheer
witte frak
x-ray
X-stralen
ziekenbond
ziekenkas
-
~te wordt aan de stam van het werkwoord gehecht als de stam eindigt op een stemloze klank, waarbij de tweede persoon enkelvoud en meervoud “gij” of “gijlie” onderwerp is. “gij” of “gijlie” kan daarbij wegvallen. Hierbij treedt dikwijls gelijkmaking (assimilatie) op.
Typisch voor het Brabants in de ruime zin van het woord (prov. Antwerpen en Brabant en aanliggende gebieden).
zie ook ~de
- Wette/weette gelle wa? Wette/weette al iet?
- Loste gij/gijlie dat probleem op?
- Wat vinde ervan? We rijden met uwe nieuwe auto mee en dan trekte maar eens goe op.
- Ne goeie, straffe, hete kippenbouillon, daar knapte helemaal van op…
mikken, aandachtig kijken
vnw: turen, loeren, staren
vergelijk: F mirer Sp mirar (kijken)
gehoord in de provincies Antwerpen en Oost-Vlaanderen
Ge moet goed mieren om in de roos te schieten.
iemand die de opkuis doet
zie ook opkuisen
De ‘opkuisers’ van Facebook: dit zijn de mensen die de smeerlapperij van het web halen (demorgen.be)
Je komt in een dynamisch team terecht, met kans op een vast contract. Je wordt tewerkgesteld als opkuiser van werven of gebouwen na brand. (vindazo.be)
In het geval dat een volledige leegmaak van een woning gewenst is, heb ik de nodige contacten met degelijke opkuisers en leegmakers. (antieknotredame.be)
initiatief waarbij burgers ingeschakeld worden om statistisch onderzoek te doen over het verkeer in hun straat en ze gevraagd worden auto’s, voetgangers en fietsers te tellen
google2018: .BE (>3.040) ; .NL (>94)
Hoe druk is het in je straat? Dat meten 2200 mensen in Antwerpen en omliggende gemeentes met het project Straatvinken. (vrt.be)
Straatvinken is een jaarlijks telmoment dat nagaat hoe gezond het verkeer is in onze straten. Dat gebeurt via een speciale app of een papieren telformulier. In 2018 vindt het telmoment van Straatvinken plaats op donderdag 24 mei van 17 tot 18 uur. Iedereen in de regio Antwerpen of Leuven kan meetellen. Tijdens het telmoment noteren burgers gedurende één uur hoeveel voetgangers, fietsers en voertuigen er door hun straat passeren. Wetenschappers onderwerpen de resultaten vervolgens aan een analyse. (straatvinken.be)
Als het bij Argenta kan, dan moet het toch in heel Antwerpen en Leuven kunnen? Wij geloven er alvast in! Daarom steunt Argenta het project Straatvinken. (argenta.be)
Uitzonderlijk veel West-Vlamingen tellen verkeer tijdens jaarlijkse actie ‘Straatvinken’: “Confronterend hoeveel wagens passeren” (vrt.be)
- hoor je, hoor je ’t
- hebt ge het gehoord?
- begrepen?
Woordenboek der Nederlandsche Taal: Hooren: in Zuid-Nederland hoordet (Joos (1900-1904)), begrijp-je(‘t)? versta-je(’t)? begrepen? Al of niet met nadruk; in ’t laatste geval in sommige streken als een bloot stopwoord in gebruik.
zie ook begrijpt ge, verstaat ge
Met dit warm weer eten we niet binnen maar buiten, hoordet?
Nu, jongens! niet vechten, niet ravotten, geen kap trekken, en vooral fatsoenlijk, hoort ge! (googlebooks.be)
onverbeterlijke leugenaar
vergelijk: zwart, liegen dat ge ~ ziet
Je moet die kerel niet geloven, hij kan liegen dat hij ’t zelve gelooft
bij een wind ongewild ook wat ontlasting verliezen
Gisteren hoorde ik een anekdote hierover en ik kan geen betere voorbeeldzin vinden:
Een man had zich misgaan, hij had dus een wind gelaten en daarbij wat ontlasting verloren. Hij vond er iets op: hij deed zijn onderbroek af, rolde hem in WC-papier en stak hem in de handtas van zijn vrouw. Toen ze ’s avonds thuiskwamen vroeg hij zijn vrouw om niet te vergeten haar handtas te ledigen. Maar ik had geen handtas bij was het antwoord.
De Vlaamse Gebarentaal (roepnaam VGT, ook wel eens Vlaams-Belgische Gebarentaal genoemd) is de gebarentaal in Vlaanderen. De taal is voortgekomen uit de Belgische Gebarentaal. Deze ontstond aan het einde van de achttiende en begin van de negentiende eeuw door vermenging van de Franse Gebarentaal met lokaal ontstane gebarentalen. Onder invloed van de federalisering van België splitste ze in twee variëteiten: de Vlaamse Gebarentaal en de Frans-Belgische Gebarentaal.
VGT is een officieel erkende taal in Vlaanderen en de moedertaal van zo’n zesduizend Vlamingen. Daarbovenop beheersen zo’n zevenduizend Vlamingen het als een tweede taal. (…)
De taal kent vijf regionale dialecten, wiens verspreiding ongeveer overeenkomt met de provincies van Vlaanderen. Deze dialecten verschillen hoofdzakelijk door een aantal onderling verschillende gebaren voor dezelfde woorden. Het merendeel van de gebarenschat is echter, net als de grammatica, gelijk. (…)
Deze gebarentalen zijn onafhankelijk van de gesproken taal ontstaan. Vlaamse en Nederlandse gebarentaal zijn dus geen Nederlands met Gebaren. Dit wordt geïllustreerd door het feit dat de Vlaamse Gebarentaal dichter bij de Frans-Belgische ligt dan bij de Nederlandse, hoewel de gesproken taal in Vlaanderen en Nederland dezelfde (het Nederlands) is, maar in Franstalig België het Frans, dat slechts ver verwant is met het Nederlands. (Wikipedia)
Volg live Het Journaal met Vlaamse Gebarentaal. (vrt.be)
KU Leuven biedt als eerste en enige universiteit een opleiding aan omtrent Vlaamse Gebarentaal, inclusief de mogelijkheid om een universitair diploma tolk Vlaamse Gebarentaal te behalen. (kuleuven.be)
In Vlaanderen zijn er zo’n 6000 Dove personen die Vlaamse Gebarentaal (VGT) gebruiken als eerste taal. (scriptieprijs.be)een gemakkelijk, luxueus leven (letterlijk: het leven van rijke lui)
NL: rijkeluisleven (ook ander samenstellingen: rijkeluiskind, …); zie WNT: http://gtb.inl.nl/iWDB/search?actie=article&wdb=WNT&id=M059989
Ik leid een rijkeluizenleven en toch heb ik geen geld. (Gorki – Luc De Vos)
De 2 broers genieten met volle teugen van hun rijkeluizenleven en vooral van stiefpapa’s zuurverdiende centen. (tv-visie.be)
We struinen naar het Zuid, naar het rijkeluizenleven. We wandelen de Kloosterstraat door. (Leen De Graeve | Het been)
Ze had een rustig rijkeluizenleven, en de rust zal er nu een beetje vanaf zijn. (happymama.be)
schrokken, gulzig eten
zie ook buffelen
Moefelen (Knokke): smoefelen, smullen, met groote mondsvullen eten. (https://www.dbnl.org/tekst/bie001194001_01/_bie001194001_010008.php)
Wat zit ge daar weer stillekes te moefelen? (Kempen)
ANW: “((vooral) in België.In afwijking van de officiële spelling vaker gespeld als beloftenteam, een spelling die is ingegeven door de bijgedachte aan beloften ‘veelbelovende jongelieden’.): team dat bestaat uit talentvolle, jonge mensen op enig vakgebied. In de citaten in de politiek. Mogelijk in Nederland overgenomen uit het Vlaams, dat de oudste vindplaatsen oplevert.”
opm: Belofte(n)team in de sport is wel AN.
Tobback installeerde een “beloftenteam” onder leiding van Stevaert die de partij “personeel moet vernieuwen”. Stevaert gaat de federaties en afdelingen af op zoek naar “nieuw talent”. — De Standaard, 1997 (ANW)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.