Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent
De onderstaande reacties zijn de laatst toegevoegde reacties op termen in ons woordenboek.
’k Heb mij vandaag ne keer bezig gehouden met de boeken over Oost-Vlaams en West-Vlaams te lezen, en in geen van beide wordt der ook maar met 1 woord gerept over die afwijkende (doch eigenlijk regelmatigere) vervoeging van de 3e persoon OVT. Ge gaat mij nu toch niet zeggen dat ik dat – nota bene als iemand die nooit is opgevoed geweest in ’t dialect – als enige in de geschiedenis heb opgemerkt? Dat mensen wier gehele leven gewijd is/was aan dialectstudies dat nooit hebben gezien?
Het is trouwens niet beperkt tot de OVT. Ook in de OTT zegt ge in zowel Oost- als West-Vlaanderen bijvoorbeeld: “hij kant/kunt” ipv “hij kan”. Let wel, die —t wordt nooit uitgesproken (zelfs niet vóór een klinker), maar zorgt wel voor stemverlies indien gevolgd door een stemhebbende medeklinker. Ge moet der maar ne keer op letten als pakweg iemand van Neveneffecten (alle vier Oost-Vlamingen) op tv verschijnt. Ik vond zelfs een geschreven voorbeeld:
“Hij kan’ ta lawijt tselfs niej hure. Moar da lawijt van zijne gesmobiel doar kunt hij wel tege.” (parterregl.blogspot.com)
? ‘kunt hij’ is hier wel een verkeerde neerzetting, of toch een onvolledige, want de t hoort (ook) bij ‘hij’ als algemeen West-/Oost-Vlaamse lijdendvoorwerpsvorm voor ‘hij’ (equivalent aan de Brabantse em)
? persoonlijke voornaamwoorden worden – op de verdubbeling dervan na – niet eens vermeld in dien boek over ’t Oost-Vlaams! Ge kunt zonder persoonlijke voornaamwoorden verdomme niet eens een zin vormen! En die vent zou schatbewaarder van de taal (geweest) zijn, ja mijn oren gerard. Iedere keer dat de Wase dialecten passeren vlamt hij der voorbij om weeral het Gents (van in de verste verte geen representatief Oost-Vlaams, ma bon, ’k heb het zelf ook als voorbeeld gebruikt hierboven) of het Maldegems (niet eens Oost-, maar West-Vlaams!) te bespreken. De Nederlandse taalkunde is een vakgebied voor en door charlatans.
Tot slot nog de bemerking dat vrijwel al die algemene overzichtswerken van streektaal x en streektaal y uitpuilen van navelstaarderij tot in ‘t oneindige. Over het minuscuulste verschil tussen de uitspraak van de a-klank in Poepeloerekapelle, Zevenzussenbolder, Bommerskonten en Ginderachtergem worden der bladzijden geschreven dat het niet schoon is, maar een simpele vermelding dat een bepaald grammaticaal fenomeen algemeen is in een ruimere regio (en in deze context dus Vlaanderen + de grensgebieden in Nederland in ’t algemeen), ho maar! Ik vermoed dan ook dat het om een bewust navelstaren gaat, om zo min mogelijk de indruk te wekken dat er zeer veel en grote gelijkenissen zijn tussen al onze dialecten (gelijkenissen die stuk voor stuk niet tot de Hollandse standaardtaal behoren). En er toch maar beteuterd op blijven hameren dat het zo’n schande is dat de dialecten (voornamelijk hun woordenschat) uitgeroeid zijn – maar daar hebben zij niks mee te maken zenne, neenee, ze wassen hun handen in onschuld.
Godverdikke, zelfs de Zeeuwen hebben hunder eigen Wikipedia. Wulder mogen vooralsnog op ons kinne kloppen.
Neenee, absoluut niet! Voor iedereen buiten de Kempen is ‘gelijk’ in die betekenis zo Hollands als het maar kan, ziet ook de commentaren van Diederik en LimoWreck aldaar. Hier zouden die zinnen betekenen:
“Ik kan er gelijk niet opkomen” = “Om een of andere reden schiet het mij niet te binnen”
“Hij heeft er gelijk genoeg van” = “Zo te zien heeft hij het gehad”
In de voorbeeldzin hier zijn de twee ’gelijk’en eerder stopwoordjes, de tweede meer dan de eerste. In feite inhoudelijk zeer gelijkaardig aan het Engelse “So, like, there’s, like, a dead animal, like on the side of the road like, but, like, I, like, don’t dare come any closer.” – maar dan minder storend en niet enkel gebruikt door tienermeiskes. Het zou mij niet veel verbazen moesten de twee met mekaar verwant zijn. De stopwoordjes, dus.
Op Facebook zouden ze dan weer zeggen: Like!
Als ze in NL een zin hebben die een bepaalde hypothese/toekomst beschrijft, met achteraan minstens 2 werkwoorden in infinitief, plakken ze daar voorzover dat ik kan zien praktisch altijd een ‘gaan’ tussen. Uiteraard welgeteld 0 woorden op taaladvies.net over dat fenomeen. Nochtans is het een sjibbolet bij uitstek dat het geboorteland van de schrijver onmiddellijk verraadt. Bijvoorbeeld:
“China importeert meer fruit, bessen en noten en daarom zou de import voor het eerst de US $ 10 miljard per jaar kunnen gaan overschrijden.” (agf.nl)
Wij zouden zeggen: “kunnen overschrijden”.
“Er waren bij mijn geen twijfels over wat we zouden gaan doen.” (maikecoacht.nl)
Wij zouden zeggen: “zouden doen”.
“5 redenen waarom we Karl zullen gaan missen.” (vrouw.nl)
Wij zouden zeggen: “gaan missen” (met ‘gaan’ in de betekenis van dit lemma).
Dat gezegd zijnde vindt ge het ook wel hier en daar terug in de internetgazetten, maar ik geloof niet dat dat authentiek taalgebruik is en dat die dat zo in ’t echt ook zouden zeggen. Bovendien lijkt de kans mij niet irreëel dat het om voorgeschreven stukken van andere nieuwsdiensten gaat, die vrijwel altijd geschreven zijn door Hollanders. Bijvoorbeeld het volgende:
“Alan Duncan, een staatssecretaris op Buitenlandse Zaken, beweerde niet te zullen gaan dienen onder zijn voormalige baas op dat departement.” (demorgen.be)
en
“Alan Duncan, een staatssecretaris op Buitenlandse Zaken, beweerde niet te zullen gaan dienen onder zijn voormalige baas op dat departement.” (volkskrant.nl)
Kwaliteitskranten!
Ge kunt bij ons wél zo een constructie gebruiken, maar alleen als die ‘gaan’ een zekere verplaatsing uitdrukt, lijk in ’t ander lemma van gaan:
“Studenten kunnen gaan blokken in Leuvense Museum M.” (vrt.be)
In alle geval krijg ik der iedere keer dat ik die ingevoegde ‘gaan’ zie staan een rimpel bij.
Heeft die tweede gelijk in de voorbeeldzin geen andere betekenis? meteen, direct, plotseling, ineens, …
Ik kan er gelijk niet opkomen: Ik kan er direct niet opkomen.
Hij heeft er gelijk genoeg van: Hij heeft er ineens genoeg van.
Ik durf gelijk niet dichter komen: Ik durf niet meteen dichter te komen.
Drie keer raden vanwaar dat de Fransen het woord ‘quille’ hebben… Me dunkt hebben dus eerder de Fransen een Germaanse uitdrukking overgenomen dan omgekeerd. Kegelspelen ofte bowlen zijn dan ook al een millennium populair in hedendaags Duitsland, vanwaar de interesse is verspreid richting de andere Germaanstalige gebieden.
Gewoon een reguliere uitspraakvariant, onnodig lemma. As ge ‘oa’ als ‘ou’ spelt – wat ik principieel al niet zou voorstellen gezien dat die ‘ou’ zowel historisch als de dag van vandaag in veel oudere woorden (en algemeen in ‘t West-Vlaams) nog altijd een korte oe-klank voorstelt – zegde ook ’jour’ voor ‘jaar’, ‘rour’ voor ‘raar’, ‘mout’ voor ‘maat’, enz. Op een aantal stadsdialecten na is die uitgesproken ‘oa’ voor geschreven ‘aa’ zelfs algemeen Vlaams.
Ze hebben der bij Vier hun archiefprogramma naar vernoemd: https://www.vier.be/t-is-gebeurd
Ook in Oost-Vlaanderen, en in West-Vlaanderen eveneens (meestal als wuk). Nog ergens anders?
Volgens mij zeg ik dat ook, maar ik schrijf het altijd ‘goh’ gelijk de Hollanders, nooit gedacht op een andere spelling. Iedereen spreekt het wel met ‘ch’ uit denk ik.
“Hoe lank zoudt dat duren vooraleer da mijne computer hersteld is?”
“Goh, da ’k ’t nie weet.”
http://www.etymologiebank.nl/trefwoord/goh
Zou goed kunnen dat ‘me’ als bezittelijk voornaamwoord beperkt is tot noordelijk West-Vlaanderen, aangezien geslachtelijke verbuigingen daar toch voor het merendeel verzwonden zijn. Ik pas het lemma aan, merci!
Ik ga nog eens goed kijken of ik mij niet vergist heb.
U hoort nader van mij
Tiens, ik heb het nu ook gehoord uit westelijk Oost-Vlaamse monden. Wijder verspreid dan ik had gedacht!
Op de trein in VL en in de trein in NL, maar in het station in VL en op het station in NL, dat is een bekend verschil.
Aan het station is voor of in de buurt van het station. “We spreken af aan het station.” In VL is op het station op het dak van het station.
Ik zou persoonlijk eerder ‘aan het station’ of ‘aan de statie’ zeggen dan ‘in’ (in de context van daar op tijd aanwezig zijn), maar ‘op’ klinkt mij ook vreemd in de oren. Aliekens, verklaart u nader!
Hoe dat verschillende talen verschillende voorzetsels gebruiken is altijd wel lachen geblazen. Gelukkig zijn de voorzetsels voor bv. voertuigen in ’t Engels gelijk aan die van ons, en worden we in ’t Engels dus niet misverstaan. De Hollandse voorzetselregels zijn dan weer gelijk aan die van bv. Slavië, waar dat ze ook meerdere wenkbrauwen gaan optrekken als ge zegt “ik zijn der binnen een halfuurke, ’k zit nu bovenop den trein”. Wij staan dan weer perplex als er iemand beweert “ik ben er over (erover gesprongen) een halfuurtje, ik zit nu binnenin de raderen van de trein”.
De (Noord-)Ieren hebben een tijdje geleden ons wereldrecord regeringsvorming technisch gezien verbroken, maar het telde niet omdat Noord-Ierland geen soevereine staat is. Onze politiekers hebben echter toch de hete adem in hun nek gevoeld en pogen hun eigen record alsnog te verbeteren.
Recept van papsaus.
Een groot stuk boerenboter goed bruin laten worden (niet zo gezond maar ja) en dan de hete pap bijvoegen – pas op voor het spetteren. Als je gewone karnemelk gebruikt dan de saus laten dikken met maïzena of ander bindmiddel.
Bij De Standaard zouden ze misnoegd én ontevreden moeten zijn over al die redacteurs die het gele boekske DS2015 niet van buiten kennen ;)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.