Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent
De onderstaande reacties zijn de laatst toegevoegde reacties op termen in ons woordenboek.
Een aantal dagen geleden in het nieuws zei de verslaggever in één en dezelfde zin ‘volksgezondheid’ (de VL klemtoon) en ‘volksgezondheid’ (de NL klemtoon). Is er een ander land op de wereld waar ze krak hetzelfde woord in dezelfde zin plots een andere klemtoon geven?
Als een onderpaster bestaat, dan moet een oppaster toch ook wel bestaan zeker!
’k Twijfelde efkens, maar het is toch met twee s-en: oppas-ster ;)
In de papieren Van Dale 2005 staat bij galerie niks van BE.
In de gratis online ook niet.
Ik denk dat het een vergissing is.
Spraakverwarring alom:
Taaladvies.net: Zowel (kunst)galerij als (kunst)galerie kan in de standaardtaal gebruikt worden voor een ‘tentoonstellings- en verkoopruimte van kunst’. In Nederland is galerie de gewoonste vorm; in België zijn beide vormen gangbaar.
Zie ook bronnen bij galerij.
Gratis Van Dale online:
ga·le·rij (de; v; meervoud: galerijen)
1 lange, overdekte gang rondom een gebouw
ga·le·rie (de; v; meervoud: galeries, galerieën)
1 tentoonstellingsruimte voor kunstwerken
Dus de vraag is vanwaar die Van Dale BE in het lemma? Klopt dat of is het een vergissing?
“Nog in deze coronatijd heeft hij een nobiljon geroyeerd omdat hij en zijn vrouw zich niet aan de regels hielden,” schrijft Camps over de overleden graaf Lippens. Nu verdenk ik Camps er niet van het Vlaams te willen promoten, hij gebruikt gewoon graag woorden die er ingewikkeld uitzien en die de gewone sterveling niet kent. In hetzelfde stuk staat ook nog bucolisch, u weet toch wel wat dat betekent? Nee? Sukkelaarke toch.
35: Een functie om u te abonneren op een lemma en bij iedere nieuwe wijziging eraan of commentaar eronder verwittigd te worden.
36: Een functie om een lemma toe te voegen aan uw ‘favorieten’, eventueel met een mogelijkheid om die favorieten te tonen aan andere gebruikers (bv. “de favoriete woorden van nthn zijn …”).
37: Een duidelijkere bewerkingsgeschiedenis, bv. door het stuk dat toegevoegd of verwijderd is te arceren. Met de huidige bewerkingsgeschiedenis valt het bij de kleine lemma’s wel mee, maar bij grote verzamellemma’s gelijk Vlaamse geslachten is het praktisch onmogelijk om bij te houden wat er eigenlijk aan aangepast is.
Hier spreekt men Nederlands, dat was toch nog van in den tijd dat de dieren nog konden spreken? Allez, den hond toch ;)
Maar het is waar, het is echt geen cultureel erfgoed om op de dag van de moedertaal mee uit te pakken, tenzij het is om aan te tonen hoe het niet moet: Dat programma, en heel de beweging daarachter, was een grote mislukking en heeft de VL opgezadeld met een enomre taalschizofrenie. Ze gingen de VL eens schoon leren spreken (de verheffing van het volk) en het resultaat was dat er bv. voor een tv-camera niemand uit zijn woorden kwam, schrik om iets verkeerd te zeggen. Het heeft tot de opkomst van het Verkavelingsvlaams geduurd voor er hier verandering in kwam.
Hoe verdwenen, fansy? En wat bedoelt ge met ‘het linkte naar 2 andere trefwoorden’? Wat linkte er?
Verdwijnende lemma’s zijn al enkele jaren een van mijn gootste frustraties op het het VW. En wij ons best maar doen om woordjes in te vullen als ze er aan den andere kant weer uit vallen. Dat moet echt opgelost worden in V2.0 (en eigenlijk in 1.0 nog).
Dit lemma was verdwenen, heb het terug ingevoerd. Het linkte naar 2 andere trefwoorden.
Interessant om aan te stippen is wel dat dat programma de dag van vandaag ‘Hier praat men Nederlands’ zou noemen, want ‘spreken’ is blijkbaar niet meer in zwang bij de taalelite. Ge moet er maar eens op letten hoe dikwijls ge mensen die ‘beschaefd’ plegen te spreken bezig hoort over praten dit en praten dat. Geen wonder natuurlijk: praten is een Nedersaksisch begrip en wordt in het Vlaams niet gebruikt/gedaan, dus is het per definitie beter dan spreken, dat zowel in NL als in VL, maar meer in VL, wordt gezegd/gedaan. In 1962 hadden ze dat nog niet ingezien.
Het is Internationale Moedertaaldag vandaag, een initiatief van de UNESCO, en wat doen ze bij de VRT? Alle afleveringen van Hier spreekt men Nederlands integraal beschikbaar stellen op VRT NU.
Veel perverser wordt het niet, mij dunkt.
34: Het VW zou beter moeten werken op gsm’s, de lay-out is te breed voor een smal scherm.
Ah, en ivm die boeken van Goesting in taal: echt Vlaams kan ik hetgeen er in die boeken staat toch moeilijk noemen. Er zitten inderdaad een aantal Vlaamse woorden en uitdrukkingen in, maar grammaticaal is het eerder archaïsch Nederlands, of modern Nederlands met een Vlaams accentje, dan authentiek Vlaams. Om een simpel voorbeeld te geven: ze zegt “zijt ge” ipv “zijde”, “gaat ge” ipv “gade”, enz. Daarnaast staan die boeken stampensvol (negatieve) waardeoordelen, vrij letterlijk “in Vlaanderen zeggen we x maar dat is eigenlijk fout, het moet y zijn”. Ook zij interpreteert dus het Vlaams als een afwijking van het Nederlands, een mankement, in plaats van als volwaardige maar gewoonweg niet officiële taal. Wat leren inwijkelingen daaruit?
Taalmiet, ivm 27, in se is er natuurlijk niks mis met louter beschrijven of iets al dan niet in de media of door de overheid of wat dan ook wordt gebruikt, maar daarmee gade voorbij aan het feit dat iedere Vlaamse (en vermeend Vlaamse!) taalwending de voorbije decennia de kop ingedrukt is (en n.b. ook nog altijd wordt, zij het minder expliciet), en dat dat juist door middel van labels allerhande is gebeurd. Dialect? Slecht! Regionaal? Slecht! Tussentaal? Slecht! Spreektaal? Slecht! Gewestelijk? Slecht! Belgisch-Nederlands? Slecht! Niet algemeen? Slecht! ABN? Goed! Zelfs als ge gij of als me wijlder ze puur feitelijk en zonder verdere bedoelingen gebruikt/gebruiken – met uitzondering van ‘tussentaal’, dat hoe dan ook een ideologisch extreem zwaar beladen concept is en de serieuze taalkunde onwaardig – is dat simpelweg niet hoe de Vlaamstalige ze interpreteert, en eerlijk gezegd vermoed ik ook dat zelfs nieuwe, ideologisch neutrale labels automatisch prescriptief zouden geïnterpreteerd worden en dus direct hun neutraliteit zouden kwijtspelen. De enigen die de labels enigszins los van hun historische kunnen interpreteren zijn de luttele contraire zotten/vrijdenkers die hun bezighouden met duizenden woorden toe te voegen aan e klei vrijwilligerswoordenboeksken. De doorsnee Vlaamstalige ziet echter de label ‘spreektaal’ of ‘vooral in de spreektaal’, en peist ‘ah, dan mag ik het niet schrijven’, en omdat hij het niet opschrijft, blijft het spreektaal.
Die vicieuze cirkel kunde niet doorbreken met een gewone evolutie, alleen maar met een revolutie. In iedere revolutie zit dan wel de kiem van haar eigen ondergang, er is dan toch fundamenteel iets veranderd.
ivm 27 opnieuw: efkes over nagedacht: zijn het niet de gebruikers die ook die tags toekennen? Dan is het gewoon een kwestie van beslissen welke je beschikbaar maakt, he. Als een gebruiker iets ‘spreektaal’ noemt, hoeft daar geen ander waardeoordeel aan te hangen dan dat het vooral in de (geschreven) spreektaal voorkomt. Nu, ik zou wel proberen de labels niet te absoluut te formuleren. Dus liever ‘vooral in de spreektaal’ dan ‘spreektaal’. Dat komt volgens mij al minder beoordelend over. Of zie ik dat verkeerd?
ivm 71 Georges Grootjans: je hebt absoluut een punt (BENL ;-) ). Maar de context is ook belangrijk. Er staan citaten in kranten, er staat spreektaal in kranten. Met krantentaal bedoel ik de taal die gebruikt wordt in artikelen die neutraal-informatief zijn, niet degene die wat entertainend zijn (dan wordt wel eens spreektaal gebruikt om te entertainen) of die sfeerscheppend zijn (ook daar is spreektaal een heel handig middel voor). Je hebt wel gelijk dat in de perceptie van veel mensen ‘spreektaal’ gelijk staat met ‘minderwaardig’ en ‘niet juist. Dat is spijtig, want spreektaal is gewoon spreektaal, helemaal niet minderwaardig. Schrijftaal is ook niet ’meerderwaardig’. Maar bon, de perceptie is wel anders en daar moeten we inderdaad rekening mee houden. Misschien een neutraler labelsysteem verzinnen, eentje dat los staat van de klassieke labels en dus minder risico inhoudt op die impliciete oordelen? Ik denk er eens over na.
Democratisch principe: helemaal akkoord, maar ik zou toch ook houvast geven. Labels geven extra info, net zoals definities. Ze moeten alleen geen verkeerde perceptie geven. Een waarderingssyteem zou daarom ook wel handig zijn.
M. Philippa, F. Debrabandere, A. Quak, T. Schoonheim en N. van der Sijs (2003-2009) Etymologisch Woordenboek van het Nederlands, Amsterdam
fuif zn. ‘feest’
Nnl. fuif ‘jolige partij, prettige avond’ ca. 1850; <span class="caps">WNT</span>. Daarnaast het werkwoord fuiven ‘feestvieren, onthalen’ 1860; De Coster 1992 1894; <span class="caps">WNT</span>, soms schertsend sterk vervoegd als een werkwoord van de tweede klasse: Wat heeft hij veel gevreeën en gefoven 1903; <span class="caps">WNT</span> vrijen I.
Herkomst onzeker. Volgens De Coster 1992 is het werkwoord fuiven ouder dan het zn., en ontleend aan Latijn fov?re ‘verwarmen, verkwikken’, vooral verkwikken van het lichaam met lekker eten. Misschien is het deelwoord gefoven oorspronkelijk (bij een niet geattesteerd *foven) en is de ui te verklaren naar analogie met bijv. wuiven/gewoven, ruiken/geroken.
Studenten zouden het woord in soldatenkringen (onder officieren) aan de Koninklijke Militaire Academie in Breda hebben verspreid, waarna het via deze officieren de huidige betekenis van ‘feestvieren’ heeft verkregen. Het woord fuif werd eerst gebruikt voor een studentenfeest, later werd het meer een algemeen jongerenwoord.
In het BN is het nu een algemeen woord; in het NN raakt langzamerhand in onbruik, ondanks een korte opleving in de jaren 1990 onder invloed van een televisiereclame van Duyvis (voor als er een fuif is).
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.