Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent
Dit is slechts 1 definitie voor "zware e." Bekijk alle definities.
De Vlaamse uitspraak is op ei zo na elk vlak verschillend van de Nederlandse, en beschikt bovendien over extra klinkers zoals de scherplange ee en de scherplange oo (die dikwijls betekenisonderscheidend zijn) die het Nederlands reeds eeuwen geleden heeft verloren. Het Vlaams telt echter nóg een bijkomende klinker (of zelfs twee, indien de korte en lange vorm apart geteld worden), een ei-klank. De uitspraak van deze klank is bij de meeste sprekers een /?(:)/ (of een benadering daarvan). In het noordelijk West-Vlaams is deze /?:/ echter reeds in gebruik voor de scherplange ee, en wordt de ei-klank in kwestie zodoende uitgesproken als /æ(:)/.
De woorden die deze ei-klank bevatten kunnen in drij categorieën onderverdeeld worden. Eerst en vooral zijn er de woorden die in het Nederlands een a-klank bevatten, ten tweede zijn er de woorden die in het Nederlands een e-klank bevatten (verder onder te verdelen in woorden met een lange e en woorden met een korte e), en ten slotte zijn er de (Franse/Engelse) leenwoorden die in hun taal van oorsprong een ‘ai’ of ‘è’ bevatten. De uitspraak van laatstgenoemde categorie wijkt in het noordelijk West-Vlaams af van de regel en is identiek aan de algemeen Vlaamse uitspraak (men gebruikt er dus ook een /?:/ voor). Aangezien laatstgenoemde categorie bovendien schier eindeloos en tevens evident is, lijsten we in dit lemma enkel woorden uit de eerste twee categorieën op. Niet alle woorden worden overal gebruikt, ze worden wel overal verstaan.
In sommige dialecten, waaronder die van Antwerpen en Geraardsbergen, wordt de zware e, indien gevolgd door ‘rg’, ‘rk’, ‘rm’, ‘rn’ of ‘rp’, uitgesproken als een heldere a (/a:/, zoals de Hollandse en Standaardnederlandse uitspraak van de lange a). Deze klank staat echter mijlenver af van de algemeen Vlaamse uitspraak van de lange a (/?:/), en heeft er dus eigenlijk niets mee te maken.
Om zo min mogelijk uitspraakverwarring te veroorzaken noteren we de klank vanaf nu als ‘è’ resp. ‘èè’ voor de korte en lange vorm.
woorden die in het Nederlands een a-klank bevatten: | ||
---|---|---|
Nederlands | Vlaams | speciallekes & opmerkingen |
aanvaarden | aanvèèrden | de Nederlander zegt eerder ‘accepteren’ |
-aar (achtervoegsel) | -èèr | zie eer regio kust gebruikt een a-vorm: -aar(e) |
aardappel | èèrdappel | de Vlaming zegt tegenwoordig normaal gezien ‘patat’, maar regionaal komt bv. de ingekorte vorm ‘erpel’ wel nog voor |
aarde | èèrde | regio Antwerpen-stad gebruikt een a-vorm vgl. Engels ‘earth’ het woord en achtervoegsel ‘aard’ is daarentegen overal ‘aard’, niet ‘èèrd’! idem voor aardig e.d.m. zie ook bv. eirbees |
arm (lichaamsdeel) | èèrm | regio kust gebruikt een a-vorm, meer bepaald amer |
averechts | èverechts | regio’s West- en Oost-Vlaanderen gebruiken een a-vorm |
blaten | blèten | zie bleiten vgl. Engels ‘bleat’ |
dan | dan | regio’s Waasland en Denderstreek: dèn, dèèn, tèn, tèèn zie ook tan vgl. Engels ‘then’ |
darm | dèèrm | zie deirm |
dwars | dwèèrs | de ‘r’ wordt dikwijls niet uitgesproken, dus eigenlijk ‘dwèès’ |
gaaf (effen) | gaaf | regio Waasland: gèèf (echter voornamelijk in gebruik boven de grens, in Noord-Brabant) |
gaarne | gèren | regio Zuid-Oost-Limburg gebruikt een a-vorm zie gere, geire + commentaren |
garnaal | gèèrnaart | massaal veel varianten, doch allemaal met een ‘è’, zie gernat klemtoon op de eerste lettergreep |
gras | gèrs/gras | regio’s Noord-Antwerpen en Limburg gebruiken een a-vorm zie ges, gers |
haard | hèèrd | vgl. Engels ‘hearth’ |
haring | hèring | regio West-Vlaanderen gebruikt de a-vorm vgl. Engels ‘herring’ |
hart | hèrt | regio Antwerpen gebruikt de a-vorm vgl. Engels ‘heart’ zie hert |
kaars | kèèrs | de ‘r’ valt weg in de uitspraak, dus eigenlijk ‘kèès’ zie ook bv. keskeschiet (kaarskeschiet) |
kaas | kèès | regio West-Vlaanderen gebruikt de a-vorm, regio Oost-Vlaanderen is wisselvallig |
kaaskop | kèèskop | regio West-Vlaanderen gebruikt de a-vorm, regio Oost-Vlaanderen is wisselvallig |
karnemelk | karnemelk/botermelk | regio’s West- en Oost-Vlaanderen: kèèr(n)emelk, gemaakt met de ‘kèèrn’ (NL: karn) |
klaar | klèèr | regio West-Vlaanderen gebruikt de a-vorm zie ook gereed |
laars | laars | sommige regio’s (tegen de grens met Zeeland/Noord-Brabant): lèèrs de Vlaming zegt tegenwoordig echter vrijwel uitsluitend ‘bot’ was overal (!) in de Lege Landen de normale vorm, behalve in Noord-Holland |
lantaarn | lantèèrn | vgl. Engels ‘lantern’ |
maart | mèèrt | regio West-Vlaanderen gebruikt de a-vorm |
markt | markt | regio’s Antwerpse Kempen en Waasland: mèrt/mèt (zie met) |
/ | miljaar | regio West-Vlaanderen: miljèèr |
morgen | morgen | regio Waasland: mèren (zie meiren) → vroeger toen de dieren nog spraken was ‘margen’ een nevenvorm van ‘morgen’ |
naarstig | naarstig | regio West- en Oost-Vlaanderen: nèèrstig (verouderd) |
paard | pèèrd | zie peerd, peird |
paars | paars | sommige regio’s (tegen de grens met Zeeland/Noord-Brabant): pèèrs dikwijls gebruikt men echter ‘purper’, ‘purpel’, enz. |
parel | pèrel | vgl. Engels ‘pearl’ |
pilaar | pilèèr | regio West-Vlaanderen gebruikt de a-vorm |
schaar | schèèr | regio West-Vlaanderen gebruikt ook her en der de a-vorm vgl. Engels ‘shear’ |
staart | stèèrt | |
tarwe | tèèrf/tèèrwe | zie ook terf |
traag | traag | regio Denderstreek: trèèg |
vaars | vèèrs | de r wordt meestal niet uitgesproken, dus eigenlijk ‘vèès’ |
varen (water) | vèren | het Nederlands heeft een onderscheid gemaakt tussen ‘varen’ en ‘vèren’, vandaar o.m. ‘veerboot’, zie ook in de tweede categorie |
varken | vèrken | regio West-Vlaanderen zegt ‘zwijn’, maar zou anders allicht ook ‘vèrken’ zeggen regio Antwerpen gebruikt een a-vorm: vaareken |
waard | wèèrd | |
waarde | wèèrde | |
warm | wèrm | regio’s West- en westelijk Oost-Vlaanderen gebruiken de a-vorm |
zwaard | zwèèrd | regio kust gebruikt ook de a-vorm |
woorden die in het Nederlands een e-klank bevatten: | ||
---|---|---|
Nederlands | Vlaams | speciallekes & opmerkingen | beer | bèèr | vgl. Engels ‘bear’ |
Dendermonde | dèèr(e)monde | vgl. Frans ‘Termonde’, gebaseerd op de ware uitspraak |
geel | gèèl | regio West-Vlaanderen ook nog ‘gel(e)v’, ‘gèl(e)v’ (vgl. Engels ‘yellow’) |
gerst | gèèrst | ook gèèst om een of andere reden is het in het Nederlands niet ‘garst’ geworden |
geweer | gewèèr | |
hebben | hebben | regio’s West- en Oost-Vlaanderen: hèèn (zie hen) |
keel (lichaamsdeel) | keel | regio Antwerpen: kèèl |
kerel | kèrel | zelfde oorsprong als de eigennaam ‘Karel’ |
keren | kèren | Vlaamse betekenis: borstelen, zie keren ‘keren’ als meervoud van ‘keer’ heeft een scherplange ee |
kermis | kèrmis | om een of andere reden is het in het Nederlands niet ‘karmis’ geworden de Vlaming zegt tegen de moderne kermis ‘foor’, maar ‘kermis’ wordt wel nog voor traditionelere feesten gebruikt, zoals o.m. de Vlaamse kermis |
meer (water) | mèèr | vgl. Frans ‘mer’ de Antwerpse Meir = een mèèr |
meers | mèèrs | |
merel | mèrel | regio’s West- en Oost-Vlaanderen zeggen ‘mèèrlaan’ |
peer (fruit) | pèèr | vgl. Engels ‘pear’ |
scheel (ogen) | schèèl | |
scheren | schèren | vgl. Engels ‘shear’ |
smeerlap | smèèrlap | regio West-Vlaanderen: scherplange e zie ook smeerlap |
smeren | smèren | vgl. Engels ‘smear’ |
teer (pek) | tèèr | ‘tèèr’ wordt ook in bepaalde dialecten gebruikt voor een zaagsnede (vgl. Engels ‘tear’) regio Antwerpen: uitspraak met heldere a, zie taar |
teerling | tèèrling | archaïsch in het Nederlands, zie teerling |
veer (boot) | vèèr | het Nederlands heeft een onderscheid gemaakt tussen ‘varen’ en ‘vèren’, zie ook in de eerste categorie |
vreten | vrèt(t)en | de v wordt stemloos uitgesproken, dus eigenlijk ‘frèt(t)en’ zie fretten, freten |
wereld | wèreld | |
werken | wèrken |
… en nog onnoemelijk veel andere woorden
zie ook onderstaande link:
http://www.antwerps.be/artikel/1586
Hier zijn ik nu ne keer fier op zie.
Amaat Joos beschrijft de klank in zijn Waas Idioticon als de ‘zware e’. Misschien is dat eigenlijk een betere naam, en door ‘de zware e’ op te zoeken kom ik ook op volgende artikels terecht:
‘Den Antwerpschen trûut’
Lezing. Weerd of waard, hert of hart, bie of bij
Misschien een betere link:
Zoekresultaten voor ‘zware e’ op dbnl.org
Let eens op de datums: op een handjevol uitzonderingen na dateert alles van begin vorige eeuw of vroeger. Sindsdien doen de ‘Nederlandse’ taalkundigen alsof hun neus bloedt. De ‘Nederlandse’ taalkunde is een flutdiscipline vol oplichters, kwakzalvers en charlatans, die oftewel niets weten en nul komma nul inzicht hebben, oftewel opzettelijk alles verhullen, verduiken en verzwijgen omdat ze er als de dood voor zijn dat een Vlaming enige parallellen tussen zijn dialect en dat van twee dorpen verder zou kunnen ontdekken, laat staan dat hij zou inzien dat hij geen Nederlands, maar Vlaams spreekt (of Limburgs).
“Welhoe! Noord en Zuid hebben, na rijp onderzoek, beslist dat beide vormen van deze en soortgelijke woorden naar verkiezing mogen gebruikt worden, en nu komt daar iemand op eigen gezag vormen verketteren, die steunen op de etymologie, die veelal de oudste vormen zijn, die het beste trekken op de vormen der aanverwante talen, die niet alleen in gansch Vlaamsch-België, maar ook in een groot deel van Noord-Nederland nog springende levend zijn onder het volk, die door deze overeenkomst met de frissche volksspraak als de natuurlijkste zullen aanzien worden en gehoord, die, door gepaste afwisseling met de andere vormen (want wij sluiten die volstrekt niet uit), in de volzinnen welluidendheid brengen, die in onze gezaghebbende spraakkunsten en woordenboeken werden aangenomen, die ja ex professo in uitspraakleeren en elders verdedigd werden, en door het gebruik van uitmuntende dichters en prozaschrijvers uit al de eeuwen onzer letterkunde tot nu toe onafgebroken zijn gewettigd geweest.”
Het slot van een honderdzeventien jaar oud pleidooi, nog altijd even relevant.
Awel proficiat, nthn. Een echt kunststuk.
Nu is er o.a. in het Antwerps ook het omgekeerde fenomeen: de ei die aa wordt:
feitelijk—> fatelek
schijn—>schaan
geheim—>gehaam
enz.
Maar dat is waarschijnlijk een ander verhaal.
Ja, dat is in se gewoon de Antwerpse uitspraak van de ij en ei, maar van een echte vormvariant is er daar geen sprake. Allez, misschien in sommige gevallen wel, want praktisch ieder dialect heeft wel een aantal woorden die de regels (van de koepeltaal) niet volgen. West-Vlaanderen zegt bijvoorbeeld niet ‘klein’ met een ‘ei’ (volgens de West-Vlaamse uitspraak /ei/, ofte ‘eej’), maar eigenlijk ‘kleen’ met een scherplange ee (‘kljin’ in het zuiden, ‘kl?n’ in het noorden) – m.a.w. klinkt de ‘klein’ aan de kust identiek hetzelfste gelijk in Oost-Vlaanderen. Alle andere woorden op -ein worden er nochtans wel volgens de regels uitgesproken, bv. ‘breejn’ (‘brein’ – vgl. Engels ‘brain’), ‘terreejn’ (‘terrein’ – vgl. Engels ‘terrain’), enz. Als wij hun ‘kleen’ zouden zeggen, zou het ‘klieën’ klinken, dat zou pas proper zijn.
Nu, wat is dan feitelijk het verschil tussen een uitspraakvariant zoals schijn-schaan en een vormvariant zoals de ‘zware e’ van het lemma? In dit geval is het wreed simpel: de Hollanders wisten niet (meer) dat het iets anders was (= een andere letter), en dus werd het hetzelfde (= dezelfde letter als die van een van oorsprong andere klank). Men neme als volgt de proef op de som: spreekt een woord met een ‘zware e’ verschillende keren naeen uit, begint van uw moedertaal en gaat beetje bij beetje naar uw beste imitatie van een Hollander, met de Engelse r’en en al. Ge gaat zien dat de klank van de èè in ‘kèèrs’ of de ‘è’ in ‘wèreld’ niet zo ver van de plat Hollandse uitspraak van de aa in ‘kaars’ of de ‘e’ in ‘wereld’ afligt. De Hollanders hebben dus van hun uitspraakvariant een vormvariant gemaakt, omdat ze niet (meer) wisten dat het een uitspraakvariant was.
Daarmee dus dat een gestandaardiseerde spelling zo haar nut heeft. Als elke klank een eigen letter(combinatie) heeft, kunt ge veel gemakkelijker (zelfs zonder problemen) nagaan of uw uitspraakvariant al dan niet een vormvariant is. Niet ieder dialect moet daarom per se voor elke letter(combinatie) een aparte klank hebben. Ik denk dat er maar weinig dialecten zijn waarin elke klank duidelijk wordt onderscheiden – in het land van Waas alleen al vallen de ou, au en aa normaliter samen, net als de ei, ij en èè. Aan de kust vallen geen van die klanken samen, maar maken ze dan weer geen uitspraakonderscheid tussen de zachtlange en de scherplange oo. Als iedereen echter alle klanken blijft noteren, is het voor de rest altijd prettig lezen. Een overzichtelijke spelling is dus eigenlijk een kwestie van elementaire beleefdheid. Maar bon, dat is misschien een andere kwestie voor een andere keer.
Ik heb het nog een beetje verder aangevuld aan de hand van het Waas Idioticon, er zijn ongetwijfeld nog een hoop meer woorden, maar die voeg ik dan wel toe als ik ze tegenkom. Het is nu al redelijk lang.
Der zijn ook een aantal Vlaamse woorden met een zware e die geen Nederlands equivalent hebben, bv. vanher, heerkracht, heirbaan, … De lemma’s gebruiken een andere spelling maar het gaat wel om dezelfde basisklank. Ik laat ze voorlopig buiten het lemma, want het is hier eerder om de vormverschillen dan om alle woorden met een ‘èè’ te doen.
gaaf: regio’s Antwerpen en Waasland: gèèf
Welke regio’s in Antwerpen? Want ik denk niet dat er ergens aan de rechteroever van ’t Scheld dat zo uitgesproken wordt.
Tiens, goeie vraag, ik moet schèèl gekeken hebben, want volgens de kaart hier is het meer iets voor Noord-Brabant:
https://www.mijnwoordenboek.nl/dialect-vertaler.php?woord=gaaf
Voor Onze-Lieve-Vrouw-Waver staat er zo te zien wel ‘geif’, maar 1 dorp is natuurlijk nog geen regio. Ik pas het direct aan.
‘Wèrken’ heb ik nog toegevoegd. In het Antwerps is de klank blijkbaar wel verschoven.
Stek is er mischien ook nog een, van origine dan toch, vgl. Nederlands ‘staak’. Als het er een is (en het lijkt mij niet onwaarschijnlijk), dan moet de klank in de Brabantse dialecten op een bepaald punt verschoven zijn naar een scherpe e. Omdat ge daarbuiten het verschil niet kunt horen tussen ‘stek’ en ‘stèk’ vermeld ik het hier alleen maar als voetnoot.
Met a in Antwerpen:
arm: aarem
garnaal: gaarnot
gras: gras
varken: vaareke
teer: taar (tèèr wordt ook wel gezegd)
kermis: kaaremies (niet in de betekenis van foor)
Niet in gebruik in Antwerpen:
lèèrs, nèèrstig, pèèrs.
Dank u! De correcties zijn doorgevoerd.
Is ‘varken’ misschien aan het veranderen in het Antwerps? In het Dialectenwoordenboek staat ‘veireke’ opgegeven als ‘Antwerps’, maar misschien bedoelde de toevoeger er ‘provincie Antwerpen’ mee:
https://www.mijnwoordenboek.nl/dialect-vertaler.php?woord=varken
De andere betekenis van ‘kermis’ was ik vergeten, ik heb het verduidelijkt.
Lèèrs en pèèrs zijn behoren eigenlijk eerder tot Zeeland en Noord-Brabant, vroeger moeten ze wel de normale vorm geweest zijn, maar nu gebruiken de meeste dialecten hier er gewoon een ander (Frans) woord voor. Ik heb het aangepast in het lemma. Nèèrstig blijkt enkel in W- en O-Vl te zijn, maar hoe dan ook is het waarschijnlijk verouderd.
Vaareke wordt al een hele tijd gezegd in Antwerpen. Cornelissen en Vervliet vermeldden het specifiek in hun idioticon (1899-1903):
“VERKEN (uitspr. värr?k?n, te Antw. v?rr?k?n), znw., o., vrklw. verksken.”
Mijnwoordenboek.nl ben ik al tegengekomen, maar heb er nooit echt iets in opgezocht. Nu ben ik eens gretig gaan snollen in het Antwerps (stad Antwerpen). De meeste woorden ken ik natuurlijk, sommige niet, maar die hebben waarschijnlijk ooit bestaan, bv. 20 frank=e loewieke, 100 frank=e pondje, 10 centiem=couke.
Ik heb de lange lijst niet overlopen, maar mijn oog viel toevallig op chamfoeter = veldwachter. Dat wordt dan overgenomen op het kaartje bij veldwachter, maar een veldwachter is/was in Antwerpen een champetter, een chamfoeter is iets anders. Ik bedoel: iemand vult iets in en dat wordt dan klakkeloos op het kaartje gezet …
Met andere woorden: die kaartjes zullen grosso modo wel kloppen, maar zijn met een korreltje zout te nemen.
Ik heb er nog over zitten nadenken, en ik denk dat een aanzienlijk deel van de woorden die in het Stadsantwerps een heldere lange a krijgen (zoals in NL ‘baas’) wel degelijk een zware e hebben, die echter om mij niet geheel duidelijke redenen anders wordt uitgesproken. Die heldere lange a heeft immers bij mijn weten in geen enkel ander dialect een tegenpool.
Als ik bijvoorbeeld in de woordenboek op Antwerps.be kijk naar woorden met een ‘ae’ (hun notatie voor die heldere lange a), zie ik er daar zeer veel tussenstaan die in omringende dialecten met een ‘èè’ worden uitgesproken, bv. ‘staerk’ = ‘stèèrk’. Ik denk dat dat wel alleen maar opgaat voor woorden waarin de ‘ae’/‘èè’ gevolgd wordt door een ‘r’, want van ‘Èèntwèèrpen’ heb ik nog niet gehoord, ‘Antwèèrpen’ klinkt mij daarentegen vertrouwd in de oren. Van een diepe keel-a (zoals in VL ‘baas’) is er in geen enkel geval sprake.
Ik denk alleszins dat woorden met de combinatie ‘èèrk’ in het Antwerps altijd ‘aerk’ worden uitgesproken. Wèèrk (werk) = waerk, vèèrken (varken) = vaerken, stèèrk (sterk) = staerk, mèèrk (merk) = maerk, kèèrk (kerk) = kaerk, enz. Hetzelfde geldt dan waarschijnlijk voor de combinaties ‘èèrm’ en ‘èèrn’. Wèèrm (warm) = waerm, kèèrmis (kermis) = kaermis, èèrm (arm) = aerm, gèèrnaart (garnaal) = gaernot, enz. Achter de rest (met een r) zie ik nog niet onmiddellijk een systeem, misschien zijn die gewoon toevallig. Zijn er tegenvoorbeelden?
Aha, ‘èèrg’ is er ook een: bèèrg (berg) = baerg, èèrg (erg) = aerg, enz.
Ingelogde gebruikers kunnen reacties aan deze definitie toevoegen.
Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.