Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door de Bon

    terten
    (ww. -, tertte of tort, getorten)

    treden, trappen, stappen, aftrappen

    We waren op stap, en we tertten goed deure.

    Door dat over hem te vertellen, had hij ferm op zijn tenen getorten. (figuurlijk: hem diep gekwetst)

    Provincie West-Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 15 Mar 2013 11:34
    7 reactie(s)

    terten
    (ww. -, tertte of tort, getorten)

    treden, trappen, stappen, aftrappen

    We waren op stap , en we tertten goed deure.

    Door dat over hem te vertellen, had hij ferm op zijn tenen getorten. (figuurl.: hem diep gekwetst)

    Provincie West-Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 15 Mar 2013 11:32
    7 reactie(s)

    tallorenterter
    (zn. m. -s)

    een nogal plat woord voor homo

    < talloore en terter (van ww. terten)

    - een man met fijne maniertjes (Tielts woordenboek)
    - benaming voor een lange, slungelige figuur (Johan Vergote)

    Past er veur op das nen tallorenterter.

    Regio Westhoek
    Bewerking door de Bon op 15 Mar 2013 11:29
    2 reactie(s)

    foorkramer
    (de ~ (m.), ~s)

    persoon die met een kermisattractie aan de kost komt

    < foorkraam = de attractie zelf: botsauto’s, spiegelpaleis, het grote rad, carroussels, schietkraam, eendjes vissen, smoutebollenkraam (Nie warm, nie wille), suikergoed (barbe à papa, warmerek en babelutten), de rups, de loopings voor de stoeren en de paardenmolen voor de kleintjes

    Van Dale: (algemeen Belgisch-Nederlands) kermisexploitant

    Foorkramers hebben geen zittend leven. Ze reizen voortdurend van jut naar jaar. Opbouwen en afbreken.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 15 Mar 2013 11:12
    0 reactie(s)

    foorkramer
    (de ~ (m.), ~s)

    persoon die met een kermisattractie aan de kost komt

    < foorkraam = de attractie zelf: botsauto’s, spiegelpaleis, het grote rad, carroussels, schietkraam, eendjes vissen, beignets- en smoutebollenkraam (Nie warm, nie wille), suikergoed (barbapapa, warmerek en babbelutten), de rups, de loopings voor de stoeren en de paardjesmolen voor de kleintjes

    Van Dale: (algemeen Belgisch-Nederlands) kermisexploitant

    Foorkramers hebben geen zittend leven. Ze reizen voortdurend van jut naar jaar. Opbouwen en afbreken.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 15 Mar 2013 11:05
    0 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.