Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
verzot zijn op iets, iets of iemand graag hebben of zien
In Antwerpen stad: zot ‘van’ iets of iemand (o.a. de film “Zot van a”)
in Nederland: dol zijn op
zie ook zot staan van iemand
Ik ben zot op griezelfilms.
Hij is stapelzot op haar.
Antwerpen: Den bompa is zot van zijne kleinzoon.
De Paul is niet zot van spruiten.
wattenstaafje
Geft mich es een oeërstekske, ich hem juëk in m’n oeër.
(Geef me eens een wattenstaafje, ik heb jeuk in m’n oor.)
jeuk, zie ook jeuksel
ook als werkwoord: hukselen
Die vlooiebeet hukselt nogal.
1) Bijzonder Secundair Onderwijs; zie ook bijzonder onderwijs
2) Beroepssecundair Onderwijs: voortgezet onderwijs dat kinderen opleidt voor de uitoefening van een beroep, met minder aandacht voor algemene vorming dan het tso
1) Bijzondere kinderen kunnen het BSO volgen in het Tongels Bos. Het Tongels Bos is een school die minder begaafde kinderen opvangt en hen voorziet van degelijk en aangepast onderwijs.
2) Het BSO levert elk jaar geschoolde vakmensen aan de industriewereld.
1) Bijzonder Secundair Onderwijs
2) Beroepssecundair Onderwijs: voortgezet onderwijs dat kinderen opleidt voor de uitoefening van een beroep, met minder aandacht voor algemene vorming dan het tso
1) Bijzondere kinderen kunnen het BSO volgen in het Tongels Bos. Het Tongels Bos is een school die minder begaafde kinderen opvangt en hen voorziet van degelijk en aangepast onderwijs.
2) Het BSO levert elk jaar geschoolde vakmensen aan de industriewereld.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.