Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
kopke onder
zie dopping
Ik zal u sebiet in’t zwembad eens een ferme zeup geven.
ongewenste slok
zie borrel
Ik heb in de zee een zeup zout water binnen gehad.
kopje onder duwen, een dopping geven
zie ook zeup, iemand een ~ geven
As ge nà ni oitschiëdt mè mà nàt te drètsen, dàn gèèf ik oe een dopping, wordà ge ni goo vàn go zèn.
(in de zwemdok)
variëteit van klein gebak, al dan niet met bladerdeeg, al dan niet suiker geglazuurd, al dan niet gevuld met pudding, appel, … Zoals daar zijn: rozijnenkoeken, puddingkoeken, puddingkoeken met chocolat, achtjes, …
in Nederland: koffiebroodje
Van Dale 2014 online: Belgisch-Nederlands
Ne koffiekoek met ingebakken crème, alstublieft!
8 koffiekoeken alstublief. 2 met rozijnen, 2 achtjes, een met pudding zonder chocolat en een met pudding met chocolat en twee met appelvulling.
de helft
< volksetymologische ontwikkeling: van “den helft” met e-i wissel en wegvallen van de h > denilft, waarbij de n niet meer gezien wordt als een deel van het lidwoord, maar als beginletter van het zelfstandig naamwoord, zoals nonkel en nonk ontstaan zijn uit “mon oncle”.
Hageland: milft, iets in de ~ doen
Mijn boterkoek heb ik in 2 gesneden en de nilft ervan opgegeten.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.