Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Ha, nthn, zoudt gij dat dan willen invoeren? Ik denk dat ge het best geplaatst zijt dan om er sprekende voorbeelden bij te zetten. De vrienden en sympathisanten van het VW zullen u voor eeuwig dankbaar zijn ;)
Het VNW heeft dit lemma:
bosuil (de, -en): lomperik
Gij ’sen uil versta ik. Maar gij sen bosuil ken ik niet als algemene uitdrukking (ik zou het wel verstaan natuurlijk).
Iemand? regio? Voorbeelden?
Een hilarische discussie over bordveger in de reacties bij dit artikel:
https://neerlandistiek.nl/2017/07/standaardnederlands-op-school/
Het vnw vermeldt ook nog dit:
dat zaakje wil niet bollen: dat zaakje wil niet vlotten, loopt niet vlot
Ik weet niet waar dat vandaan komt, ik ken het niet. ‘Dat zaakje’ klinkt overigens ook niet echt Vlaams.
Ik zeg ook niet koffielepel of theelepel. Een lepeltje suiker, een klein lepeltje suiker. Ne grote lepel suiker of ne soeplepel suiker. Ne pollepel suiker, maar dan zijt ge al gelei aan het maken waarschijnlijk ;)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.