Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent
De onderstaande definities zijn de laatst toegevoegde definities van Vlaamse termen in ons woordenboek. Deze lijst is ook
beschikbaar als RSS Feed
bijlange niet, zeker niet, in het geheel niet
dat is weeral iets dat gij gedaan hebt zeker?
Aekendoet
uitgesproken als moes-te-keir
het vliegengaas en niet het vliegenraam
< Frans la moustiquaire < moustique = mug
Doet het venster open en zorg dat de moestekeir erin zit.
een roerei
term gebruikt in Lier
in Antwerpen stad: een geroerd eike
en wat ga je eten? voor mij een pottepot ei
een ijsje
vooral gebruikt te zele
zie ook toeter, kadijs
Ik heb mij nen toeterka gekocht.
er iets van krijgen, het schijt ervan krijgen
zie ook: weubbes, de ~ krijgen van, floeren, er ne ~ van krijgen
ook in de Antw. Kempen.
Ik krijg er de weubes van als ik hem zo bezig zie.
Joenges, van dien Brusselse kok krijg ik de weubes als ik die bezig zie op tv.
slappe koffie
Ze heeft niet genoeg koffie in de filter gedaan, nu moeten we piezewiez drinken.
pruimtabak
zie sjiek
ik rook nie, ik sjiek. Ik heb mijne sjiekentoebak. Ook een pruim?
onzorgvuldig oprollen (hemdsmouwen…)
slordig opgerold raken (een laken)
Z’ebben hun mouwen opgestroefeld: daar gaat gewerkt worden!
“Mijn zoon, bijna 3,5 droeg altijd boxertjes, maar nu moeten ze in school alleen naar de wc en zitten die pijpjes altijd opgestroefeld” (https://9maand.be/forum/peuters/welke-onderbroekjes)
1. stamppot van wortelen en aardappelen – wortelstamp (zie peeke)
2. (schertsend) bejaardenseks: pee + stompen
1. Vandaag peekesstoemp zoals wij zeggen en wortelpuree voor die de benaming niet kennen. (uit een blog 3 mrt. 2010)
2. Mijn buurman is 82j en zijn vrouw 78j.
’t Was daar vannacht peekesstoemp gewest want de muren zijn hier van karton.
spuiten, sproeien met een spriet, of een spuit
zie ook spritsen
zie ook natsprieten
Het is vandaag een hele dag warm geweest en het heeft niet geregend. Ik ga het voorhofke en mijne gazon vanachter sprieten, dat zal de grond en de pelouze deugd doen.
tuinslang, sproeier, spuit
Zet de kraan van de spriet es open, dan kan ik den blaak (bleik) nog es nat sprieten.
> andere betekenis van spriet
zij, 3de persoon meervoud
ook: zeulle
Antw. stad en Lier: zolle
West-Vlaanderen: zulder
Zelle doen dat weeral goe sè!
jullie, gij
+ het werkwoord dat er op volgt wordt in de 2de persoon enkelvoud vervoegd.
Antw. stad: golle
Gelle vraagt en welle antwoorden
(wordt vervolgd:)… dan konden we ze melken voor de stoof
de zaken zijn wat ze zijn
zie ook: os, als het lukt dan kalft den ~, Menen ligt bij Kortrijk
ook in Vlaams-Brabant
Als ik dat toen had geweten dan had ik dat anders aangepakt, maar ja, als ons kat een koe was dan konden we ze melken voor de stoof…
een blaasontsteking hebben
Ik denk dat ik een kou op mijn water heb want ik krijg toch zo’n kramp achterna als ik geweest ben.
geen geld genoeg hebben, krijgen
ook kou krijgen
Tegenovergestelde van ‘er warmkes inzitten’
Woordenboek der Nederlandsche Taal:
Geen kou hebben, welgesteld zijn ( Tuerl.; Rutten (1890) Groote kou hebben, niet bij kas zijn (Claes)
Ik ben al een tijdje aan ’t doppen maar ik moet zien dak rap vroem werk gaan krijgen want ik begin stillekes aan kou gaan te hebben.
onschuldig, naΓ―ef, verlegen vrouwspersoon, meestal ouderwets en/of slordig aangestoten (aanstoten).
dim. subbedezeke
zie ook subbedutte
in Antwerpen sebbetrees
In het programma ‘Trinny & Susannah’ schamoteren de 2 madamen al wel eens een subbedees om tot farm wefke.
1) persoon die speekt, spuwt, spuugt
2) een waterspuwer: een beeld met een gapende mond
vastgemaakt aan het gooteinde voor de afvoer van regenwater, zodanig dat de daarbij gevormde straal vrij blijft van de eronder liggende gevel
vroeger als bouwornament: in de vorm van een spuwende kop van een monster, draak of een lelijk gezicht.
1) iemand die iets uit zijn mond op de grond speekt is een speeker.
2) Aan de dakgoot van een kerk ziet ge nog wel eens een speeker hangen. Kijk goed naar de monsters met met wijd open getrokken bakkes.
sigaret, pafstok
NL: sigaar
Tegenwoordig maakt men nog enkel antireklame voor stinkstokken.
Zelfs in de televisiestudioβs mocht een stinkstok worden opgestoken. (Louis van Dievel – vrt.be)
weekend- of nachtdienst hebben, stand-bydienst – m.b.t. genees- en verpleegkundigen
taaladvies.net: van wacht zijn is standaardtaal in BelgiΓ«. Standaardtaal in het hele taalgebied is dienst (avonddienst, nachtdienst, weekenddienst) hebben.
Van Dale 2013 online: Belgisch-Nederlands
zie ook verzamellemma geneeskunde
Frieda kan niet naar het feest komen, ze is verpleegster in het UZ en van het weekend is ze van wacht.
Dat kind had meer dan 40 graden koorts. Wij ermee naar den dokter van wacht en vandaar recht naar den apotheker van wacht voor medicatie. ’t Was nogal ne nacht zenne.
“Welke dokter is er vannacht van wacht? (standaardtaal in BelgiΓ«)” Taaladvies.net
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.