Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door de Bon

    chou
    (zn. m. -s)

    - rond, luchtig gebakje gevuld met slagroom en geglaceerd met chocolade of mokka; vgl. Oost-Vl. sjoeke
    - koosnaam, vgl. chouchou;
    - wordt door sommige sprekers als aanspreking gebruikt;

    < Fr. chou à la crème

    Chouke, wat wilt ge: nen eclair, ne chou, of een stuk quatre-quarts?

    Regio Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 10 Jan 2013 12:25
    0 reactie(s)

    ruzie krijgen

    berispt worden, bekeven worden, kritiek krijgen

    Als de Paul te lang blijft plakken op café krijgt hij ruzie van zijne chou.
    De jongens kregen niet alleen ruzie maar strafstudie omdat ze te laat aankwamen op school.

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 10 Jan 2013 12:23
    0 reactie(s)

    sjauwelen
    (ww. sjauwelde, gesjauweld)

    kletsen, babbelen, sjaafelen

    /sja: w.e l.e/

    < WNT: Modern lemma: sjouwelen
    SJAUWELEN, bedr. en onz zw. ww. Waarschijnlijk een klanknabootsing, verg. Wauwelen.
    – Babbelen, kletsen, wauwelen. Te Antwerpen.
    Da’ wijf gaat overal sjauwelen in de geburen, Corn.-Vervl.

    - In den zin van: praatjes over iemand vertellen.
    Daar wördt veul gesjauweld da’ nie’ waar en is.
    Ik heb over die zaak al veul hooren sjauwelen. Corn.-Vervl.

    zie ook sjauwel(aar)

    Die stonden op den hoek van de straat te sjauwelen. En een uur later stonden die er nog.

    Regio Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 07 Jan 2013 11:29
    2 reactie(s)

    dinge
    (het ~, de~, (m.(v.)), ~s, ~n)

    Dikwijls gebruikt wanneer ge niet direct op de naam komt van iets. Meestal daarna volgt “euh…”
    zie ook: dinges, dingske

    1. het dinge: voor znw die onzijdig zijn.
    vb. het gebouw, het huis,…

    2.de dinge: voor znw/psn die vrouwelijk zijn
    vb de straat, de laan,…

    3. den dinge: voor znw/psn die mannelijk zijn
    vb de man, de auto,…

    4. dinge: direkte aanspreking, geen geslacht, geen mv.

    1. Aan het dinge, aan het euh… Ja, dat appartementsgebouw daar, daar moet ge de straat inrijden.
    Het dinge, euh…, waar ze die retrospectieve van Chagall houden, zoek dat es op, op internet.

    2. Uw vriendin, de dinge, euh…, de Magda, komt die morgen ook naar dat feestje?

    3. Ge slaat daar rechts af, daar langs den dinge… (gommarus, 19 jan 2008 – cfr. reactie ander lemma dinge)
    Dien dinge, dien Lexus, dien is duur, amai.

    4. Dinge, euh…, Leen, waar gaat gij henne?
    Dinge, Jos, ge hebt een prachtig schilderij gemaakt!

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 07 Jan 2013 11:20
    0 reactie(s)

    loze vink
    (de ~ (v.), ~en)

    blinde vink, vleesgerecht waarbij gekapt opgerold wordt in een vleeslapje

    zie ook : vogelkes zonder kop

    VD2013 online: Belgisch-Nederlands, niet algemeen

    Ik eet graag loze vinken met bloemkool.

    Regio Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 07 Jan 2013 10:17
    1 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.