Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
een plastieken of metalen muntje dat in de gleuf van een apparaat gestopt wordt, om het te kunnen gebruiken.
NL: muntje
Van Dale online: Belgisch-Nederlands fiche, munt bij allerlei spelen
Al mijn jetonnekes zijn op.
De wasmachienen in de blok van de serviceflats werken met jetons.
snelweg met gelijkvloerse kruisingen (zegt de Belgische wegcode)
Van Dale online: BE
Werken aan de expresweg uitgesteld tot volgend jaar.
stom geluk, bijzonder veel geluk hebben
Woordenboek der Nederlandsche Taal: Geluk hebben gelijk eene hoer (ook hoerengeluk hebben; vergelijk Hoogduits hurenglück haben). In Zuid-Nederland gezegd van iemand wien het onverdiend medeloopt.
Van Dale hoerenchance
toegevoegd in oktober 2009
hoerensjans
Algemeen Nederlands Woordenboek: hoerenchance
((vooral) in België)
buitengewoon veel geluk; heel veel geluk
herkomst: zie reacties
ook hoerengeluk
vgl. boerenchance
Dat ge in de finale zijt geraakt is pure hoerenchance.
Uiteindelijk ben ik naar de huisarts gegaan en die heeft mij flink doen schrikken: “ge hebt hoerenchance gehad. Als die bal los op uw oog beland was, was je het kwijtgespeeld”. Maar ik heb dus blijkbaar een goede engelbewaarder en ik kom er vanaf met een gekneusd en licht ontstoken oog en een kleine … (uit een blog 05/12/2008)
spoel voor garen, garenklos, spoelklos, klos
Woordenboek der Nederlandsche Taal: Bobijn:
- garenklosje, al of niet met garen omwonden. Thans alleen in Zuid-Nederland.
< Het woord is vroeg ontleend aan Frans bobine ‘spoel’ (1544); het heeft de diftongering van – ? – naar – ij – meegemaakt.
Van Dale online: Belgisch-Nederlands
Zet het bobijntje bovenop het naaimachien voor ge begint.
in moeilijkheden raken, van de regen in de drop
/laberèngte/
verbastering van labyrinten
Woordenboek der Nederlandsche Taal: In Zuid-Nederland in verschillende uit Frans labyrinthe verbasterde vormen als laberenten, lawerente, labberlente.
“In de laberenten zitten, Schuermans (1865-1870).
“Ik derf met die kar nie’ meer rijen: ik moest er zoo onderwegen is mee in laberenten vallen, Cornelissen-Vervliet (1899)
Geld door deuren en vensters gooien. Ze zullen nog wel in labberenten geraken.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.