Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent

    eweg

    De beschrijving van deze term werd 10 keer aangepast.

    Versie 10

    eweg
    (bw.)

    weg, heen, voort

    koppeling van en + weg;
    < ‘en’ was een voorzetsel met de betekenis ‘op’, met de 3de en 4de naamval van weg
    Middelnederlands: enwech, enwege(n).
    Het hedendaagse bijwoord ‘weg’ is uit e(n)weg ontstaan.

    Vooral in Vlaams-België maar ook elders wel voorkomende eweg, dat ook in samengestelde woorden nog wordt gebezigd, herinnert aan de oorspronkelijke herkomst. (Woordenboek der Nederlandsche Taal)

    zie ook eweg zijn

    Doe die ankers eweg, we gaan varen!

    Vandaar het Engelse lied: “Anchors Aweigh”
    Aweigh werd later away, terwijl het oorspronkelijk van het Vlaams (zoals hoger beschreven) overgenomen werd via handel en zeevaart.

    Toen de Duitsers hier binnenvielen waren al die Fortsoldaten rap eweg. Zowel in eerste als in tweede wererldoorlog werden de Antwerpse forten élk door minstens drie legers bezet.

    Enfin, ik zijn eweg, de groeten!

    Dien boek op die tafel is eweg.

    Goddeweg! (ga weg)

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door Georges Grootjans op 23 Jan 2022 19:29
    2 reactie(s)

    Versie 9

    eweg
    (bw.)

    weg, heen, voort

    koppeling van en + weg;
    < ‘en’ was een voorzetsel met de betekenis ‘op’, met de 3de en 4de naamval van weg
    Middelnederlands: enwech, enwege(n).
    Het hedendaagse bijwoord ‘weg’ is uit e(n)weg ontstaan.

    Vooral in Vlaams-België maar ook elders wel voorkomende eweg, dat ook in samengestelde woorden nog wordt gebezigd, herinnert aan de oorspronkelijke herkomst. (Woordenboek der Nederlandsche Taal)

    zie ook eweg zijn

    Doe die ankers eweg, we gaan varen!

    Vandaar het Engelse lied: “Anchors Aweigh”
    Aweigh werd later away, terwijl het oorspronkelijk van het Vlaams (zoals hoger beschreven) overgenomen werd via handel en zeevaart.

    Toen de Duitsers hier binnenvielen waren al die Fortsoldaten rap eweg. Zowel in eerste als in tweede wererldoorlog werden de Antwerpse forten élk door minstens drie legers bezet.

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door Taalgaardenier op 23 Jan 2022 18:47
    2 reactie(s)

    Versie 8

    eweg
    (bw.)

    weg, heen, voort

    koppeling van en + weg;
    < ‘en’ was een voorzetsel met de betekenis ‘op’, met de 3de en 4de naamval van weg
    Middelnederlands: enwech, enwege(n).
    Het hedendaagse bijwoord ‘weg’ is uit e(n)weg ontstaan.

    Vooral in Vlaams-België maar ook elders wel voorkomende eweg, dat ook in samengestelde woorden nog wordt gebezigd, herinnert aan de oorspronkelijke herkomst. (Woordenboek der Nederlandsche Taal)

    zie ook eweg zijn

    Enfin, ik zijn eweg, de groeten!

    Dien boek op die tafel is eweg.

    Goddeweg! (ga weg)

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 26 Nov 2017 18:07
    2 reactie(s)

    Versie 7

    eweg
    (bw.)

    weg, heen, voort

    koppeling van en + weg;
    < ‘en’ was een voorzetsel met de betekenis ‘op’, met de 3de en 4de naamval van weg
    Middelnederlands: enwech, enwege(n).
    Het hedendaagse bijwoord ‘weg’ is uit e(n)weg ontstaan.

    Vooral in Vlaams-België maar ook elders wel voorkomende eweg, dat ook in samengestelde woorden nog wordt gebezigd, herinnert aan de oorspronkelijke herkomst. (WNT)

    zie ook eweg zijn

    Enfin, ik zijn eweg, de groeten!

    Dien boek op die tafel is eweg.

    Goddeweg! (ga weg)

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 02 Oct 2015 14:55
    2 reactie(s)

    Versie 6

    eweg
    (bw., tw., bn.)

    weg
    De eigenlijke bet. is dus op weg, d. i. van hier, voort.
    zie ook eweg zijn

    1) in verb. met ww. als zijn en hebben

    2) In verb. met gaan, krijgen, durven, moeten, mogen, kunnen en willen.
    uitdr.: met iet goed eweg kunnen: er raad mee weten.
    Antw. (syn.) goanewèè > E. gone away

    3) uitroep van een bevel, aansporing, commando of waarschuwing

    < eng: away

    WNT:
    Oorspr. ontstaan uit de kopp. van het mnl. voorz. en ‘in, op’ en den vierden of derden nv. van weg
    > mnl. enwech, enwege, waarnaast ook ewech, ewege;
    > mnd. enwech, enwege(n),
    > mhd. in wec, enwec, enwege; oeng. aweg, onweg, away;
    > ofri. awei.
    Vooral in Vl.-België maar ook elders wel voorkomende eweg, dat ook in samengest. woorden nog wordt gebezigd, herinnert aan de oorspr. herkomst. Een spelling (e)weeg werd tot slot uitsl. gewest. in Vl.-België aangetroffen (TEIRL. (1922))

    1) Enfin, ik zijn eweg, de groeten!
    Dat boek op die tafel is eweg.
    Hij is nog niet eweg, ge kunt het em nog allegauw vragen.
    Ze heeft er wat van eweg: ze gelijkt er sterk op (op de ouders).
    Hij heeft het al eweg: hij heeft het al opgeten.

    2) Hij durft ni eweg gaan.
    Zij moet hier eweg.
    Ge meugt eweg za.
    Maak de gordels goed vast dan kan het kind niet eweg uit zijn autostoel.
    Mijn vriendin wilt eweg van heure vent. Ik gaan eweg uit dees lokaal.
    Die hond is met geen stokken eweg te krijgen.
    Ze krijgt heur talloor wel eweg za: ze krijgt haar eten op.
    Die leste patatten moeten we nog zien eweg te krijgen. (moet nog verkocht geraken)

    3) Doe dat eweg!
    Gaat van dat vuur eweg, sebiet verbrande u!
    Eweg, ga naar ginder!
    Eweg, eweg daar!

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door fansy op 07 Apr 2014 23:41
    2 reactie(s)

    Versie 5

    eweg
    (bw., tw., bn.)

    weg
    De eigenlijke bet. is dus op weg, d. i. van hier, voort.

    1) in verb. met ww. als zijn en hebben

    2) In verb. met gaan, krijgen, durven, moeten, mogen, kunnen en willen.
    uitdr.: met iet goed eweg kunnen: er raad mee weten.
    Antw. (syn.) goanewèè > E. gone away

    3) uitroep van een bevel, aansporing, commando of waarschuwing

    < eng: away

    WNT:
    Oorspr. ontstaan uit de kopp. van het mnl. voorz. en ‘in, op’ en den vierden of derden nv. van weg
    > mnl. enwech, enwege, waarnaast ook ewech, ewege;
    > mnd. enwech, enwege(n),
    > mhd. in wec, enwec, enwege; oeng. aweg, onweg, away;
    > ofri. awei.
    Vooral in Vl.-België maar ook elders wel voorkomende eweg, dat ook in samengest. woorden nog wordt gebezigd, herinnert aan de oorspr. herkomst. Een spelling (e)weeg werd tot slot uitsl. gewest. in Vl.-België aangetroffen (TEIRL. (1922))

    1) Enfin, ik zijn eweg, de groeten!
    Dat boek op die tafel is eweg.
    Hij is nog niet eweg, ge kunt het em nog allegauw vragen.
    Ze heeft er wat van eweg: ze gelijkt er sterk op (op de ouders).
    Hij heeft het al eweg: hij heeft het al opgeten.

    2) Hij durft ni eweg gaan.
    Zij moet hier eweg.
    Ge meugt eweg za.
    Maak de gordels goed vast dan kan het kind niet eweg uit zijn autostoel.
    Mijn vriendin wilt eweg van heure vent. Ik gaan eweg uit dees lokaal.
    Die hond is met geen stokken eweg te krijgen.
    Ze krijgt heur talloor wel eweg za: ze krijgt haar eten op.
    Die leste patatten moeten we nog zien eweg te krijgen. (moet nog verkocht geraken)

    3) Doe dat eweg!
    Gaat van dat vuur eweg, sebiet verbrande u!
    Eweg, ga naar ginder!
    Eweg, eweg daar!

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door fansy op 01 Feb 2014 22:19
    2 reactie(s)

    Versie 4

    eweg
    (bw., tw., bn.)

    weg

    1) in verb. met ww. als zijn en hebben

    2) In verb. met gaan, krijgen, durven, moeten, mogen, kunnen en willen.
    uitdr.: met iet goed eweg kunnen: er raad mee weten.
    Antw. (syn.) goanewèè > E. gone away

    3) uitroep van een bevel, aansporing, commando of waarschuwing

    < eng: away

    WNT:
    Oorspr. ontstaan uit de kopp. van het mnl. voorz. en ‘in, op’ en den vierden of derden nv. van weg
    > mnl. enwech, enwege, waarnaast ook ewech, ewege;
    > mnd. enwech, enwege(n),
    > mhd. in wec, enwec, enwege; oeng. aweg, onweg, away;
    > ofri. awei.
    Vooral in Vl.-België maar ook elders wel voorkomende eweg, dat ook in samengest. woorden nog wordt gebezigd, herinnert aan de oorspr. herkomst. Een spelling (e)weeg werd tot slot uitsl. gewest. in Vl.-België aangetroffen (TEIRL. (1922))

    1) Enfin, ik zijn eweg, de groeten!
    Dat boek op die tafel is eweg.
    Hij is nog niet eweg, ge kunt het em nog allegauw vragen.
    Ze heeft er wat van eweg: ze gelijkt er sterk op (op de ouders).
    Hij heeft het al eweg: hij heeft het al opgeten.

    2) Hij durft ni eweg gaan.
    Zij moet hier eweg.
    Ge meugt eweg za.
    Maak de gordels goed vast dan kan het kind niet eweg uit zijn autostoel.
    Mijn vriendin wilt eweg van heure vent. Ik gaan eweg uit dees lokaal.
    Die hond is met geen stokken eweg te krijgen.
    Ze krijgt heur talloor wel eweg za: ze krijgt haar eten op.

    3) Doe dat eweg!
    Gaat van dat vuur eweg, sebiet verbrande u!
    Eweg, ga naar ginder!
    Eweg, eweg daar!

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door fansy op 01 Feb 2014 22:00
    2 reactie(s)

    Versie 3

    eweg
    (bw.)

    weg

    Antw. (syn.) goanewèè > E. gone away
    /.ewèch/ en /.egaa/ voor eweg en agauw zijn misschien verbasteringen voor “al” weg en “al” gauw

    Enfin, ik zijn eweg, de groeten!

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door haloewie op 10 Aug 2008 16:52
    2 reactie(s)

    Versie 2

    eweg
    (bijw.)

    weg

    Enfin, ik zijn eweg, de groeten!

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door Diederik op 09 Aug 2008 19:11
    2 reactie(s)

    Versie 1

    eweg
    (bijw.)

    weg

    Enfin, ik zijn eweg, de groeten!

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door Diederik op 09 Aug 2008 19:11
    2 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.