Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent

    sas

    Dit is slechts 1 definitie voor "sas." Bekijk alle definities.

    sas
    (znw mv ~sen )

    sluis, off. schutsluis

    zie ook: versassen, kunstwerk

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: Van onbekenden oorsprong; frans sas, dat het eerst voorkomt in een tekst uit Vlaanderen, is blijkbaar van Nederlandschen oorsprong, identiteit met frans sas, zeef is niet waarschijnlijk.
    Schutsluis, kolk van een schutsluis. Vooral in Zeeland en Vlaanderen, doch ook wel in Noord-Holland (en daar vr.).

    Voor ’t sas ligt het vol met schepen die nog moeten versassen.

    10 reactie(s)  |  oudere versies
    Toegevoegd door LeGrognard en laatst gewijzigd door de Bon (21 Jul 2021 22:06)

    👍
    306

    Reacties

    het sas bij ons (Antw.) (Gryt, is dit er eentje met de-het verwisseling?)
    Het werkwoord sassen is bij ons versassen.

    Toegevoegd door Georges Grootjans op 28 Aug 2012 15:23

    Geen idee! Als het voor u “het sas” moet zijn, waarom hebde dan “de” derbij gezet?

    Mijn grote Vandale kent het woord:
    sas1
    sas (geen afbreking)
    het; -sen
    (1551) Fr. (zeef), vandaar ‘zeef om schepen door te laten gaan, sluis’
    eerste editie 1864
    1 · schutsluis
    2 · kolk, sluiskolk
    3 · brandsluis

    Dus ik vraag mij ook af of het überhaupt typisch Vlaams is

    Toegevoegd door Grytolle op 28 Aug 2012 21:12

    Het is hoe dan ook geen Hollands maar (Zuid-Nederlands) schippersjargon.

    Toegevoegd door LeGrognard op 28 Aug 2012 21:26

    ‘Het Saske’ is overigens een veel voorkomende naam voor café’s in de buurt van een sas. Tegenwoordig zijn die café’s of tavernes geliefd bij de fietsers en wandelaars die van de jaagpaden bij de vaarten en kanalen genieten.

    Toegevoegd door Georges Grootjans op 28 Aug 2012 21:46

    Gryt, ik heb er geen de bijgezet zenne. Voor mij blijft het het sas.
    Er zijn in VD95 overigens betekenissen waar sas wel m. en v. is (o.a. drijver). Die betekenissen zijn mij evenwel onbekend.

    Toegevoegd door Georges Grootjans op 28 Aug 2012 21:49

    Alle bewerkingen zijn nochtans van u :p

    Toegevoegd door Grytolle op 28 Aug 2012 22:23

    Oei, nee, ze zijn van LG! Dus de vraag is waarom hij dat gedaan heeft :p

    Toegevoegd door Grytolle op 28 Aug 2012 22:24

    Ja, wadde. En ik dacht dat ik den enige was die er altijd neffes sloeg ;)

    Toegevoegd door Georges Grootjans op 28 Aug 2012 23:02

    Onze Taal:

    Het is helaas onduidelijk waar het woord sas in deze uitdrukking vandaan komt. F.A. Stoett geeft als verklaring dat sas hier eigenlijk ‘sperma’ betekent, dat eerst in verband werd gebracht met levenskracht en later met een opgeruimd humeur. Het Groot Uitdrukkingenwoordenboek van Van Dale (2006) ziet niets in deze uitleg, en vermeldt alleen dat sas in in zijn sas zijn niet verklaard kan worden.

    Volgens Franck’s Etymologisch Woordenboek der Nederlandsche Taal (1912, bewerkt door N. van Wijk) betekent sas hier oorspronkelijk ‘sluis’ (vergelijk de plaatsnaam Sas van Gent). Het Woordenboek der Nederlandsche Taal (WNT) vermeldt echter dat deze veronderstelling “weinig waarschijnlijk” is, omdat in zijn sas zijn ook voorkomt in oostelijke dialecten, terwijl die sas in de betekenis ‘sluis’ niet kennen.

    Volgens het WNT is sas hier “wellicht hetzelfde woord als een der andere woorden sas”, maar dat brengt ons ook niet verder, want sas kan volgens het WNT onder meer “snel verbrandend, al dan niet ontplofbaar mengsel”, “palmhouten beitel” en “uitgespogen speeksel van een tabakspruimer” betekenen.

    In het boekje Parels voor de zwijnen (2005) van H. Aalbrecht staat dat er misschien een verband is met het Bargoense woord sjaskelen (varianten sjaskeren en sasselen), dat ‘zuipen, pimpelen’ betekent. Dit gaat terug op het Hebreeuwse sjasjoon (‘drinker’). Wellicht betekende in zijn sas oorspronkelijk dus

    Plaatsnamen met ‘sas’ zijn vooral in Zeeland en Brabant te vinden maar ook in Zuid-Holland, waar de naam Sasssen als schippersnaam voorkomt. Ofter in Vlaanderen ook plaatsnamen met ’sas’zijn weet ik niet.

    Toegevoegd door LeGrognard op 29 Aug 2012 00:07

    In zijn sas zijn is inderdaad nog wat anders. De vraag is of dat iets te maken heeft met de betekenis van sas in het lemma.

    Toegevoegd door Georges Grootjans op 29 Aug 2012 09:07

    Voeg een reactie toe

    Ingelogde gebruikers kunnen reacties aan deze definitie toevoegen.

    Log in

    Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

    Uw gebruikersnaam
    Uw geheime paswoord

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.