Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
kanarie
Herenthout: keunellevogel
Onze kaneunnevogel is gisteren van zijn stokske gevallen. smosdood ocharme.
gat, achterwerk, kont
Aan wat gij allemaal zegt, ik veeg er mijnen nol aan.
Als ge ’t speen hebt, dan doet uwen nol zeer.
Nen nol is nen nol en de boer poepte zaan veireke.
dierentuin
plaats waar beesten worden geëxposeerd aan bezoekende mensen gelijk giraffen, olifanten, enz.
Kempen: zjollezie
Kom, we gaan naar de zologie, naar de kornijnen zien.
een ambetante vrouw, een norse vrouw
Amai, ze is daar weer za die pekeltang. Hare vent heeft het altijd gedaan en zij kan nooit es ni lachen, want dan scheurt haren nol.
ja
Gaat ge vrijdag mee naar de markt? Abajaak, waarom niet?
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.