Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
slokop, overdaad
te barsten gevreten, zie ook overboeft
Ik ben verbuft, ik heb te veel gegeten.
zich een indigestie gegeten hebben
ook in Antw.
Nu heb ik mij echt overboeft door zoveel oesters te eten
dat zijt gij, als ik u aanspreek in een conversatie. Het is het lijdend of meewerkend of voorzetselvoorwerp van ‘gij’, de Vlaamse tweede persoon enkelvoud van het persoonlijk voornaamwoord als voorwerpsvorm.
Antwerpse uitspraak: [a?(w)]
Zot van a. Ik zieng a geiren. Da’s da van a.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.