Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
met nadruk: amai; kan een positieve of schertsende negatieve bijklank hebben;
ook ‘amaaikes’
- Onze Louis was de beste van de klas in rekenen!
- Amaai! Dat is goed gewerkt, zenne!
- Die van hierneffe hebben weeral ne nieuwe auto.
- Amaai! Chique dinges, dat kan daar niet op zeker.
niets durven, van alles bang
< West-Vlaamse uitspraak van gepijnd
- Dat is toch iets met die kleine, hij heeft van alles schrik: gepiend van een auto, gepiend van een hond, gepiend van de buurman, gepiend van de radio, gepiend van den donker; er staat hem nog veel te wachten.
alles gezien hebben, zeer opmerkzaam (moeten) zijn
Amaai, dat is hier een drukke weg, hier moet je ogen op uw gat hebben.
gillen, krijsen
(Antw.) kressen
Amaai, ons moeder kan nogal kriesen als ze een spin ziet.
opgedirkt
benamingen in andere regio’s: zie opgepatuut
Amaai, ge zijt nogal oepgepoenteerd, zijt ge op zoek naar een lief?
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.