Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
dringend, hoognodig, koste wat kost
< Fr. ‘malgré’
uitspraken: magré, megré, magrei, malgeree, etc…
Ze moest magrei naar den bachten (= het toilet)
Ik moet moagree naar de winkel, de koelkast is leeg en ook de drank moet aangevuld worden. (in Roeselare)
(jongerentaal)1. iemand die niks goed kan doen, scheldwoord;
2. iemand die liefhebber is van iets
vergelijk sucken
Amai, ge zijt echt wel ne sucker hè gast.
“Ik ben altijd al ne sucker geweest voor musicals. En dit zijnde een musical van de hand van Tim Burton. Dat moest ik gezien hebben.” (forum)
iemand die zeer goed bij de baas wil staan en hiervoor zijn werkmakkers desnoods in een slecht daglicht plaatst
gatlikker
Hij is weer op bezoek geweest bij de baas thuis. Waar zal hij het weer over gehad hebben, de gatkruiper?
autobatterij, elektrische accumulator: wordt meestal afgekort tot accu en is in dat geval altijd een oplaadbare batterij.
Van Dale : (België) accu
Frans: batterie
NL: accu
Mijne auto startte van de winter niet meer. Ik heb de batterij moeten laten vervangen.
leenwoord uit het Frans voor neerslachtig zijn: avoir le cafard
Achter zijn drie buizen kwam hij met de cafard naar huis.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.