Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
zeer veel, in overvloed
Tijdens de fluistersolden was er op de Meir al volk met de macht.
Dees jaar waren er appelen en peren met de macht.
vrek, gieregaard, alles voor hem
< wucht
Dat is een echte weucht, die moet alles hebben, wil niets delen enz. …
een fier manspersoon, een man met een zeer goed voorkomen, die trots is op zijn kleding, zeer verzorgd en modieus
zie ook preus model
Dat is me toch een preusgaard, hij wil nu niet zonder zijn plastron naar de bakker gaan.
helemaal, volledig, geheel, totaal
zie ook: helegans
Als ge gans uw bord leeg eet, krijgt ge straks nog ne lekstok.
Ik heb van gans de nacht geen oog dicht gedaan.
Maasland: Ich hub de ganse nach gein oug toe gedoan.
Ik weet van gans die affaire niets.
Hij zit gans de tijd achter zijn pc.
Het is gans anders gegaan dan we hadden gepland: in plaats van op tijd onze volgende trein terug te hebben, raakten we gans bezopen en belandden we gans alleen in het station, lang nadat de laatste trein was vertrokken.
griezelen
uitspraak /gézelle/
zie ook vergezzelen, vergerzelen
Nonkel Miel vertelde ons vroeger van die vertelselkes over heksen en spoken zodat we zaten te gezzelen, maar eigenlijk vonden we dat plezant.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.