Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door de Bon

    oap
    (zn. m. -en)

    een aap

    ne[vent mei ne oap
    een man met een aap

    Regio Brussel
    Bewerking door de Bon op 01 Oct 2016 14:56
    3 reactie(s)

    hukken
    (de ~ (mv.))

    hurken
    met gebogen knieën zo zitten, dat de billen op de hielen rusten zonder de grond te raken.

    < hukken is een oudere vorm van hurken

    zie ook hukken, op zijn ~ zitten,
    hukken, door zijn ~ gaan

    De kindjes zitten allemaal op hun hukken.

    Ter hoogte van de kraankamer, waar een indrukwekkende installatie van tandwielen, katrollen en getouw was voorzien voor het takelen van klokken, slaghamers en gigantische uurwerkonderdelen, zakte Leon al door zijn knieën om puffend en blazend met zijn rug tegen de muur op zijn hukken wat te bekomen. (marcandries.be)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 01 Oct 2016 14:22
    0 reactie(s)

    hukken
    (ww., hukte, gehukt)

    hurken

    ook zich hukken, zijn eigen hukken
    vgl hukken, op zijn ~ zitten,
    hukken, door zijn ~ gaan

    Van Dale online: gewestelijk: huiken

    MNW: hucken: Hurken, nederhurken, op de hurken of hukken gaan zitten.
    - Niet te betrouwen dat al huckende pist, Goedthals 14, Brabant, 1568

    WNT: hukken: Eene ineengedrongen houding aannemen door de knieën te buigen
    > veelal met de bijgedachte van zich schuil te houden, wegkruipen.
    - Hukkende in de struiken Dacht hy de naadrende, als het hoen den wouw te ontduiken, staring 2, 138 (1836).
    > Ook met de bijgedachte aan eene neiging of een langen duur: (gehurkt) blijven zitten, plakken, vooral in herbergen. In de Zuid-Nederlandse spreektaal.

    Ze kan niet meer hukken met dat verschot in hare rug.

    - Wie hukt er zijn eigen tegenwoordig nu nog voor 10 cent op te rapen?
    - Ikke!
    - Ikke ook!

    In Oosterse landen is hukken een populaire zithouding.

    Als ge in een bos aan het wandelen zijt en ge moet kakken, dan moet ge hukken, anders komt dat niet goed.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 01 Oct 2016 14:20
    3 reactie(s)

    trunte
    (de ~ (v.), ~n)

    iemand die gedurig sip, treurig kijkt

    zie ook truntaard, truntepater

    < Bij De Bo (1873):
    TRUNTE
    v. Hetzelfde als Trutte, Bij ’t grauw gebruikelijk.
    - Dochter, vrouw, even als trutte, doch met dit verschil dat trutte een gedacht van ondeugd bevat en afkeer verwekt, daar integendeel eene trunte deugdzaam is, maar vreesachtig en besluiteloos van karakter, anders gezeid eene kwene. (… )
    Eene die kleenmoedig en talmachtig te werke gaat, en bij de minste moeilijkheden of hinderpalen klaagt en kriept.
    “Eene verdrietige, onverdragelijke trunte.”

    Zie die trunte, het is weer niks goed aan dat eten.

    Provincie West-Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 01 Oct 2016 14:06
    4 reactie(s)

    troeten
    (de ~, (m.), geen mv)

    dommerik, ook sufferd, goedzak maar eerder simpel van geest
    verwant met trunten, trunte

    regio: scheldeland, groene gordel

    Zo nen troeten, zijn vrouw bedriegt hem waar hij bij staat.

    Regio Scheldeland
    Bewerking door de Bon op 01 Oct 2016 14:04
    2 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.