Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
weggaan, vertrekken, het voor bekeken houden; relatie, ihb huwelijk, verlaten
zie ook:
afbollen, het ~,
afdaven
afsmeiren,
afsmoren, het ~,
afterten, het ~,
schup, zijn ~ afkuisen
afstappen, het ~
Ik ben het hier beu, ik trap het hier af.
eure vent ist afgetrapt=eeft aar late zitte (vnl/spec. dan me kinderen)
“affaire hebben” in de zin van een handelsonderneming, een zaak hebben
Die mensen zitten er goe veur… mor ja ze hebben heel hun leven een “affaire gehad”.
heel hevig
AN: “dat horen en zien vergaat”
“Hier in Hoboïst meen ik dit kontrast te ontdekken: ’ne zware vent die op dat fijne instrument hobo al zijn force zet dat de stukken in de geburen vliegen.” (Gerrit Borgers, Paul van Ostaijen. Een documentatie·dbnl)
klappen, meppen, voenken krijgen of geven
zie ook slagen
zie ook bij reacties
Hij heeft als kind veel slagen gekregen; frustraties van een zatte vader en een vod van een moeder.
We verwittigen u, als ge niet oppast, kunt ge wel eens de slagen van uw leven krijgen van die vent.
Ge kunt sebiet slagen krijgen als ge niet uitschiedt (uitschieën). Hij zal u wel slagen geven dan.
een kleine jongen die veelvuldig in zijn broek pist
vr. pissebroek
vgl kakkepamper, pissepamper, kakkebroek, pamper
Maar pisseventeke toch, ge krijgt direct een droge pamper za schatteke.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.