Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
bemoeial
persoon die overal zich tussen wringt,om zijn gedacht te zeggen (zonder dat dit hem gevraagd wordt)
Woordenboek der Nederlandsche Taal: znw. gemeensl. Uit (zich) Moeien en Al, zelfst. vnw. Iemand die zich bemoeit met allerlei dingen die hem niet aangaan. In Noord-Nederland thans vervangen door bemoeial.
Van Dale 2016 online: BE
zie ook miemoeial
Is me dat toch een echte moeijal, die nieuwe collega.
Hij komt zich bemoeijen met iets wat hem niet aangaat.
uitgaan, gaan drinken
Van Dale 2013 online: Belgisch-Nederlands, informeel
vergelijk: Woordenboek der Nederlandsche Taal:
Drank of spijs in zijn lijf enz. lappen, — (naar) binnen lappen, naar binnen slaan, gulzig gebruiken; ook wel zonder ongunstige bijgedachte voor: drinken, eten.
lappen: drinken, ook uitlappen: ”Een glas bier uitlappen”, De Bo (1873)
zie lapzak
Lappen, ”de herbergen afloopen in stede van te werken” (Joos (1900-1904), Cornelissen-Vervl.)
Elke vrijdagavond ging zatte Pierre steevast op de lappen met zijn maten.
Hij is heel de nacht op de lappen geweest.
zonder meer, helemaal
vgl. vlakaf
Van Dale 2013 online: Belgisch-Nederlands, informeel
Woordenboek der Nederlandsche Taal: effenaf, in Zuid-Nederland:
- Zonder meer, zonder omwegen, kort en goed
- zonder versiering
- kortaf
Deze muziek is effenaf mijn goesting.
”Zij was maar effenaf gekleed”, Cornelissen-Vervliet (1899)
gek, zot, debiel zijn, doordraaien, doortrappen
< vroeger in Antwerpen: vliegen vangen: “Hij vangt vliegen”.
zie ook vanger
Woordenboek der Nederlandsche Taal: vangen, in de verbinding: vliegen vangen
In aansluiting bij het voorafgaande is waarschijnlijk te verklaren ‘vangen’ in de betekenis ”getikt zijn, niet goed wijs zijn” (waarbij men met de hand een vangende beweging ter hoogte van het voorhoofd maakt) in Zuid-Nederland.
De haard van deze Zuid-Nederlandse uitdrukking schijnt Antwerpen te zijn, waar ze reeds in het begin van deze eeuw algemeen gebruikelijk schijnt te zijn geweest; ze is tijdens en na den wereldoorlog 1940-’45 erg in de mode gekomen, doch thans nog niet overal in Zuid-Nederland doorgedrongen.
“B.: Haha ik heb den dikken B. te pakken.
K.: Gij vangt zeker, die zit nog bij P. H. in Antwerpen”.
(’t Pallieterke 25 Nov. 1948.)
Van Dale 2013 online: gewestelijk
Wat heeft hij je nu weer wijsgemaakt?
Hij vangt.
Gij vangt zeker? Tegen de richting in door die drukke straat rijden?
pezeweven is zich met kleinigheden bezighouden en erover kibbelen. (algemeen Vlaams)
muggeziften
NL: mierenneuken
zie: pezewever
< Woordenboek der Nederlandsche Taal: Modern lemma: pezeweven
onz. zw. ww. Uit Pees en Weven.
Een in Zuid-Nederland gebruikelijk woord voor: zich met kleinigheden bezighouden, beuzelen; inzonderheid in toepassing op iemand die zich met beuzelarijen ophoudt en het gewichtige verwaarloost. De oorspronkelijke opvatting is onzeker; ook kan het znw. pezewever ouder zijn dan het ww. Misschien was het woord aanvankelijk een technische term bij de weverij. In de ME. werd laken dat ”peesde” als ondeugdelijk beschouwd. Pezewever kan dus iemand genoemd zijn die ondeugdelijk werk leverde. Maar het is ook mogelijk dat het woord schertsend gevormd is en het weven van pezen in plaats van draden als een werk zonder nut wordt aangeduid.
Vergelijk het synon. zemelknoopen.
Hun onbegrepen poëtisch oeuvre wordt zelfs ironisch benaderd, zoals o.m. ‘dié dichters zijn niet meer taal, die zijn boodschap’. Taal? Boodschap? Jawel, in stenen tafelen gebeitelde runetekens. Laat de betweters maar pezeweven, ze vormen de meerderheid.
Iris Van de Casteele
september 2009
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.