Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
ketting (voor dieren)
in het Woordenboek der Nederlandsche Taal wordt ook de oudere vorm “hachte” vermeld
zie ook hachtje
Leg die kwaaie hond maar aan een sterke hacht.
ketting (voor dieren)
in hetWoordenboek der Nederlandsche Taal wordt ook de oudere vorm “hachte” vermeld
zie ook hachtje
Leg die kwaaie hond maar aan een sterke hacht.
zuinig of gierig? zie reacties;
zie ook bendig zien, bendigaard
Woordenboek der Nederlandsche Taal: bendig < samentrekking van behendig
Naar eene in West-Vlaanderen gewone opvatting. Spaarzaam.
“Al te bendig zijn is bijkans gierigheid, en te weinig bendig zijn wordt verkwisting” De Bo, Westvlaamsch Idioticon (1873).
“Duizend keer heb ik het als kind gehoord , dat we “bendig” moesten zijn. Voor wie dat woordje niet kent, het betekent zuinig." (uit een blog)
Gij zijt zelfs te bendig om nieuwe kousen te kopen als uw tenen er al door steken.
exploitant, manager
eigenaar
In Belgisch-Nederlands is uitbater neutraal, in Nederland wordt het alleen gebruikt om een ironiserend of soortgelijk effect teweeg te brengen. (vrt taal.net)
Woordenboek der Nederlandsche Taal: Uitbater, exploitant; ook: eigenaar. Alleen in Vlaams-Belgiƫ.
zie ook uitbaatster, uitbater, de kleine ~, uitbaten
De rol van de zaaluitbater als actor bij het ontwikkelen van een feest- en fuifbeleid is in het verleden misschien wel verwaarloosd.
zonder ‘te’
Woordenboek der Nederlandsche Taal: Voorheen werd om veelal onmiddellijk, zonder te, met de onbep. wijs van het ww. verbonden: een gebruik, dat in de volkstaal van Vlaamsch-Belgiƫ nog heden bekend is.
Verdriet bij het afscheid van een dierbare is meestal moeilijk om dragen.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.