Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door de Bon

    rostekop
    (m. mv: -pen)

    een roodharige
    (wordt ook als pestnaam gebruikt)

    in Antw.: ne rossekop
    Kempen: roste, rostekop, rossekop, rosse, vuurtoren

    Weet je wat ne rostekop is? Dat is een die zijn goudenwerk ook in de weke draagt!

    Provincie West-Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 24 Apr 2018 14:39
    1 reactie(s)

    ros
    (bn.)

    roodharig

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: Ros: oudste attestatie begin 16de E, Brabant
    < Oudfrans rous (fr. roux) uit lat. russus, dat verwant is met rood.

    German Woman Portrait - Dutch summer festival of the Redhead Day in Breda, September 2010
    Vrouw met ros haar

    Dat meiske staat beeldig met haar ros haar.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 24 Apr 2018 14:01
    6 reactie(s)

    ros
    (de ~ (v.), -sen)

    heks, kreng
    slechte vrouw, meisje

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: Ros
    < Frans rosse (< Duits Ross): een paard zonder kracht of energie, waarschijnlijk als een afgedankt ruiterspaard beschouwd.
    Men heeft dit Romaansche woord natuurlijk in verband willen brengen met een ontleening aan germaans ros: paard, maar door de Romanisten wordt alle verband ontkend.
    In Zuid-Nederland gebruikelijk, voorheen ook in Noord-Nederland niet onbekend.
    > een slecht vrouwmensch, een boosaardig vrouwspersoon: Eene rosse van een vrouwmensch, De Bo (1873). ’En kwaê ros van e wijf, (Cornelissen-Vervliet (1899)

    Gij se ros! Dat ik dat nu nog eens zie dat ge javel op m’n bloemen giet!

    Regio Hageland
    Bewerking door de Bon op 24 Apr 2018 13:58
    2 reactie(s)

    ros
    (de ~ (m), g. mv.)

    (een pak) slaag, een rammeling (als straf doorgaans)

    zie ook ruising en synoniemen bij pandoering

    De gees ros krijge aste nie oppas! (ge zult slagen krijgen als ge niet braaf zijt/u niet gedraagt/niet beter uw best doet)

    Regio Haspengouw
    Bewerking door de Bon op 24 Apr 2018 13:58
    1 reactie(s)

    ros
    (bn.)

    roodharig

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: Ros: oudste attestatie begin 16de E, Brabant
    < Oudfrans rous (fr. roux) uit lat. russus, dat verwant is met rood.

    Redhead close up
    Ros haar

    Dat meiske staat beeldig met haar ros haar.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 24 Apr 2018 13:57
    6 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.