Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
roest
Miene fiets zit onger de ros.
Mijn fiets zit onder de roest.
Zon vlekske ros wat geuf dat noe.
Zo´n vlekje roest wat deert dat nu.
roest
Miene fiets zit onger de ros.
Mijn fiets zit onder de roest.
Zon vlekske ros wat geuf dat noe.
Zo´n vlekje roest wat deert dat nu.
roodharig
Woordenboek der Nederlandsche Taal: Ros: oudste attestatie begin 16de E, Brabant
< Oudfrans rous (fr. roux) uit lat. russus, dat verwant is met rood.
Dat meiske staat beeldig met haar ros haar.
kruiwagen
< eigenlijk kordewagen. In het Middelnederlands ‘cordewagen’, ontstaan uit een stam ‘cruden’ = duwen, stoten. Kortewagen (korte wagen) is een volksetymologische vervorming.
“Iets vervoeren op, of met den kordwagen.” De Bo (1873)
zie ook kortwagen, kortwaagne, korwagen, korrewagen, kerrewagen, kurtewagen
“Em reed daar me z’n kortewagen vol hooi”
kruiwagen
Waals: berwete
< Frans brouette (vr.), diminutief van een Oudfrans woord berou(e), uit het Volkslatijn birota, voertuig met twee wielen
den berrewet = de kruiwagen
“Dan hebben we ze verdiend! We sloegen de moteur helemaal stuk want daar zat veel aluminium aan en ik moest dat dan met den ‘berrewet’ in ’t geheim wegvoeren en begraven tussen de stenen, want de gendarmen waren steeds achter zo’n mannen op zoek.” (Erfgoedtijdschrift van Borchtlombeek …)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.