Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door Georges Grootjans

    scheefslaan
    (ww. sloeg scheef, heeft scheefgeslagen)

    stelen, zie ook reactie

    vnw: achteroverdrukken, verduisteren, verdonkeremanen

    Van Dale: Belgisch-Nederlands, informeel

    zie ook van den boot gevallen, camion, van de ~ gevallen

    Tegenwoordig wordt er nogal veel koper scheefgeslagen op bouwwerven en spoorwegen en zo.

    I ait un bro scheef gesleegen. Hij heeft een brood gestolen.

    - Hedde gij die bananen scheefgeslagen?
    - Nee, die waren zo.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 13 May 2025 19:19
    4 reactie(s)

    moêsen
    (ww., moêsde, gemoêsd)

    knoeien (bv. onhandig iets proberen in elkaar te steken)

    vgl. ook mozen, smossen
    zie ook gemoês

    uitspraak: moewesen: /muw?s?n/

    wa zitte doa na te moêse, ge zè persies de Markus!
    Wat zit ge daar te morsen, ge zijt precies de Markus!

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door Georges Grootjans op 13 May 2025 19:18
    0 reactie(s)

    brielpot
    (de ~ (m.), ~ten)

    morser, knoeipot, kliederaar

    zie ook: brielen = knoeien, morsen

    Als mijn kinderen schilderen, is het meer brielen dan wat anders. Het zijn twee brielpotten samen.

    Provincie West-Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 13 May 2025 19:17
    0 reactie(s)

    sjoefelen
    (ww., sjoefelde, gesjoefeld)

    knoeien

    zie ook sjoefelaar

    Hare man is zo vol van zijn eigen dat hij alles kan, met zijne mond; hij sjoefelt meer dan dat hij iets fatsoenlijk maakt.

    Regio Antwerpse Kempen
    Bewerking door Georges Grootjans op 13 May 2025 19:16
    0 reactie(s)

    krasselen
    (zw. ww.: krasselde, gekrasseld )

    (eigenl.) onbeholpen schaatsen; krabbelen, grabbelen, zwoegen
    VD BE; in­for­meel, iteratief van krassen

    vnw:
    •knoeien, prutsen
    •krabbelen, spartelen

    vgl. rechtkrasselen; opkrasselen

    Christophe Smeets ziet Torpedo krasselen en toch winnen (TITEL) (HN 29.10.08)

    “Even later krasselde de 61-jarige gewoon terug recht, kroop van de sporen het perron op.” (HLN 01.01.09)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 13 May 2025 19:15
    1 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.