Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door Georges Grootjans

    mottigaard
    (zn. m.; ~s)

    scheldwoord dat heel breed gebruikt kan worden

    opm: het vnw verklaart ‘vuil iemand, smeerpoets, viezerik’. Dat kan maar is zeker niet tot die eigenchappen beperkt.

    zie ook andere en meer specifieke betekenissen van mottigaard

    Ik ben zo’n mottigaard die dat allemaal telt, en er zijn gemiddeld zo’n 8 vakjes/pagina. (getekendereep.com)

    Welke mottigaard heeft die bescheten Wannabe treinen uitgevonden?! (reddid)

    De Ninja’s en hij waren net op de maan aangekomen maar de één of andere mottigaard dreigde die missie te verstoren. (maisonslash.be)

    Of een kliefhamer minder veilig is betwijfel ik toch. Zoveel kan daar toch ni mee gebeuren? Als ge echt ne mottigaard hebt, gewoon in de kap van uwe kliefhamer spie kloppen en dan de voorhamer op. (bouwinfo.be)

    Hij is de underdog, de ‘mottigaard’ die zich enkel met Prozac staande weet te houden in deze klotewereld. (demorgen.be)

    ‘Ah, neen, nu kom ik eens naar de Gentse Feesten en staat die mottigaard met zijn fototoestel hier ook weer’, zucht Teun Van de Voorde (mensbrugghe.be)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 15 Jan 2024 10:40
    0 reactie(s)

    mottig
    (bn.)

    lelijk

    vnw: vuil, vies, smerig, lelijk

    Van Dale 2014 online: Belgisch-Nederlands, spreektaal

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: van mot: eigenlijk van stoffen, waarin de motten gevreten hebben

    < andere definities van mottig

    Zo’n mottige kleur dat dien auto heeft.

    Mottig weer is het de laatste tijd. Eerst motregen dan rukwinden en daarna vriezen.

    Eikes wat een mottige rok hebt gij aan?

    Niet dat alles daar even prachtig is. Er zijn ook ondingen neergezet, zoals het MAS. Dat ding is zo lelijk dat de buurtbewoners sméken dat Arne Quinze daar een paar van die knalrode geblutste metalen miskleunen van Oostende naar Antwerpen verhuist. Whatever de aandacht van dat mottig gebouw afleidt is welkom. (Clement Peerens in De Morgen)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 15 Jan 2024 10:28
    0 reactie(s)

    mottig
    (bn.)

    onwel, misselijk, ziek, aardig

    vnw: misselijk, onpasselijk, ongesteld, duizelig

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: In Zuid-Nederland voor: misselijk.
    Geeft mij een glas water: ik word mottig, Loquela (1894).
    Van Dale 2014 online: Belgisch-Nederlands, spreektaal

    Limburgs: koellek

    < andere definities van mottig

    Ik word mottig van die stank.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 15 Jan 2024 10:28
    0 reactie(s)

    mottenbol
    (de ~ (m.), ~len)

    Bol met een bepaalde chemische geur ter bescherming van wollen kleding tegen motten.

    vnw: mottenbollen: mottenballen

    SN: mottenbal

    zie ook verzamellemma kledij

    Mothballs

    Ons moeder legde vroeger altijd mottebollen in de kast. Die geur behoort tot mijn kinderjaren en zal ik nooit vergeten.

    Mottenbollen? Oune kop is precies niet mottenbol! As gij in een kast zou kruipen, zouden der geen motten in zitten, moar de kast zou ’t hope liggen! (Zottegem, skynet.be)

    Mottenbollen worden vandaag de dag bijna niet meer gebruikt. Ze zijn in diskrediet geraakt, omdat naphtaleen en paradichloorbenzeen kankerverwekkende stoffen zouden zijn. (Tielt)

    MOTTEBOL, MOTTENBOL, znw., m. – Naphtalinebolletje dat men in kleerkassen legt om de mot te weren.” P.J. Cornelissen & J.B. Vervliet (1936, 1938, 1939). Idioticon van het Antwerpsch Dialect – Bijvoegsel.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 15 Jan 2024 10:27
    0 reactie(s)

    motocyclette
    (de ~, ~n, man. zelfst. nw.)

    motorfiets, brommer
    zie ook motseklet

    vnw: lichte motorfiets

    uitspraak: /’mo too si ’klèt/ zeer veel uitspraakvarianten,
    Antw.: motsiklèt
    Kempen: motsjeklèt

    < Belgisch-Frans “motocyclette”; in Frankrijk beschouwd als verouderd administratief taalgebruik; betekent letterlijk “motorrijwiel”

    zie ook wegcode

    Garelli Europed 40

    Mijn motocyclette gaat niet sneller dan 25 per uur.

    “‘Die fabrikantenzoon met z’n motocyclette… ge weet wel wie ik bedoel.’” (“Langs de Leie: twee variaties op een thema” Jan Fabricius)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 15 Jan 2024 10:25
    6 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.