Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door Georges Grootjans

    op netels zitten
    (uitdr.)

    ongedurig zijn
    bang zijn

    vnw: op netels zitten: op hete kolen zitten

    Hij zit op netels tot zijn lief er is.

    Hij zit op netels voor de uitslag.

    Provincie West-Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 22 Mar 2024 08:37
    0 reactie(s)

    nestel
    (de ~ (m.), ~s)

    schoenveter

    vnw

    Middelnederlandsch Woordenboek:
    Riem of band om iets vast te maken, bepaaldelijk voor het dichtrijgen van kleedingstukken, met name de broek en het schoeisel.

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: Koord waarvan het einde gestoken wordt in een malie, ten einde het gemakkelijk door een opening te kunnen halen; veter. Thans in de algemeene taal van Noord-Nederland weinig meer in gebruik.
    De nestels der bottinnen, Conscience (ed. 1868).
    Nestelschoen, rijgschoen; in Zuid-Nederland (Cornelissen-Vervliet)

    uitdrukking: nestel, zijnen ~ afdraaien

    Brugs Ommeland: ringkoord, schoelint
    Oost- Vlaanderen: rijkoord
    Waasland: neisteling

    zie ook verzamellemma kledij

    Bootlaces

    Ik ben over mijne losse nestel gestruikeld.

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door Georges Grootjans op 22 Mar 2024 08:35
    6 reactie(s)

    neringdoener
    (zelfst. naamw. m. -s)

    kleine zelfstandige, winkelier, horeca-uitbater …
    zie ook neringdoender

    vnw: neringdoen(d)er (de, -s): winkelier, kleinhandelaar

    “De grootste weerman aller tijden kreeg geregeld doodsbedreigingen van neringdoeners aan zee omdat hij het weer niet naar hun zin had voorspeld.” (knack.be)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 22 Mar 2024 08:35
    0 reactie(s)

    neringdoender
    (znw. de ~ m, ~s)

    (verouderd) middenstander, neringdoener
    In onbruik in NL, ‘nering’ en ‘nering doen’ worden er soms nog wel spottend gebruikt.

    vnw: neringdoen(d)er (de, -s): winkelier, kleinhandelaar

    Het was alsof hij het geroken had, maar er was nog geen halve minuut gepasseerd of ik kreeg op mijn GSM al een belletje van Karel Van Eetvelt, voorman van Unizo, de vroegere kleine christelijke neringdoenders. (Louis van Dievel)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 22 Mar 2024 08:35
    0 reactie(s)

    nepstatuut
    (het ~, -en)

    geen volwaardige arbeidsovereenkomst

    vnw: minder gunstige arbeidsovereenkomst

    Van Dale 2016 online: BE

    zie ook statuut

    De werkloosheid is gedaald maar men houdt geen rekening met de nepstatuten.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 22 Mar 2024 08:33
    0 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.