Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Het voorbeeld is voor mij chance hebben.
Piet hebben is eerder per ongeluk een goed resultaat bekomen of met geluk aan iets ontkomen:
Hij wou eigenlijk een pas geven maar de bal belandde in de goal, dat is piet hebben (een pietegoal).
Een dakpan die valt, een halve meter naast u, dat is piet hebben.
Fak ken ik zeker. Het synoniem voor bangelijk was toen inderdaad graaf. En grellig als het iets griezeligs was. (Jaws was ne grellige film) Het voorvoegsel kei- was toen enkel voor keihard (letterlijk zoals een steen of figuurlijk zoals muziek).
Neig is voor later en cool al helemaal. Ondertussen is vet ook al uit NL overgewaaid? Dat ‘met geweld’ is zelfs nu nieuw voor mij, ik ken het niet. Maar ik zal wat achterstaan – een jaar of 20 – waarschijnlijk.
Van ‘toch niet’ naar ‘aekendoet’ dat moet ge eens in stappekes uitleggen, ik zie het in elk geval niet.
Bangelijk heeft beide betekenissen: zowel bangelijk goed als bangelijk spannend, bangmakend.
In Antwerpen heb ik het in mijn jeugd en jonge jaren, tot pakweg mijn dertig, nooit gehoord. Maar ergens anders was het misschien al wel in gebruik.
In de beginperiode was bangelijk vooral iets voor attracties, films, … Jaws (1975) was in ieder geval nog gene bangelijke film toen.
Ik had het juist over leuk bij de discussie in boontje, een ~ hebben voor iemand en daar hebben we het al.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.