Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent
De onderstaande definities zijn de laatst gewijzigde definities van Vlaamse termen in ons woordenboek.
Deze lijst is ook beschikbaar als RSS Feed
ze is in verwachting
De overbuurvrouw heeft weer heur schorte vul, het is voor nummer vier
een vrouw gekleed in spekkekleuren, roze, turkoois, lichtblauw of geel noemden we een spekkedoze of bonbonnière
Ergens in de jaren ’80, toen kledij in pastelkleuren mode was, liepen er veel bonbonnières rond.
bosuitje, lente-uitje, schanulleke, schalul
dim.: pijpkes ~, pepkes ajuin
Fijn versneden pijpajuin geeft een frisse tint aan de soep.
lente-ui
zie ook pijpajuin
< verbastering van Frans échalote
“Was de schalullen en snij ze in dikke plakken. Snij de preistengels in de helft, was ze grondig en snij nogmaals in twee.
Doe de preistukken en schalullen bij de rest in de kom en giet de olijfolie erover.” (kookjij.nl)
snoepje, een bonbon zonder papieren omhulsel
vroeger maakte men spekken van gebrande suiker die op een stenen plaat, het aanrecht, werd gegoten en in vierkante stukjes werd gesneden
zie ook: spek
WNT: In het zuiden: in verschillende toepassingen op stukken snoepgoed: suikerballetje, brok, babbelaar, caramel.
- Ze kregen nu elk wat ze verlangden: een zakspiegelke, een zilveren ringje, een fleschje reukwater, de zakken vol mokken en spekken, stijn streuvels, Minneh. 1, 180 (1903)
Na het voorlezen van zijn nieuwjaarsbrief kreeg onze Jan van zijn grootvader een spekke.
Oh, ik verlang zo naar de tijd dat grootmoeder spekken bakte en me daarna op schoot nam en zei, ’kom hier mien spekke, mien keppekindje
iemand die verzint, bluft, spekt
syn.: spekker
zie ook spekken
> jongerentaal
- Mijn papa heeft wel ne Ferrari he!
- Ja, dat zal wel! Spekbeer!
Wat probeert ge ons nu allemaal te vertellen, gij se grote spekbeer! Gij kunt ons geen blaaskes wijsmaken zalla.
iemand die verzint, bluft, spekt
syn.: spekker
zie ook spekken
> jongerentaal
- Mijn papa heeft wel ne Ferrari he!
- Ja, dat zal wel! Spekbeer!
Wat probeert ge ons nu allemaal te vertellen, gij se grote spekbeer! Gij kunt ons geen blaaskes wijsmaken zalla.
leugen, bluf, idiotie, grap
zie ook spekken
> jongerentaal
- Ik heb honderd op honderd voor wiskunde.
- Wat ne spek! Spekbeer!
leugen, bluf, idiotie, grap
zie ook spekken
> jongerentaal
- Ik heb honderd op honderd voor wiskunde.
- Wat ne spek! Spekbeer!
Wat probeert ge ons nu allemaal te vertellen, gij se grote spekbeer! Gij kunt ons geen blaaskes wijsmaken zalla.
liegen, beuzelen, iets wijsmaken
vgl.:‘met spek schieten’
SN: iets vullen, volstoppen
Misschien dat de betekenis hiervan komt: iemand volstoppen met leugens
Amai, hij is goed aan het spekken. Dat van zijn broer kan al niet kloppen om de eenvoudige reden dat em geen broer heeft.
een vrouw gekleed in spekkekleuren: roze, turkoois, lichtblauw of geel noemden we een spekkedoze of bonbonnière
Zie ze daar eens paraderen, t’is precies een spekkedoze.
een vrouw gekleed in spekkekleuren, roze, turkoois, lichtblauw of geel noemden we een spekkedoze of bonbonnière
Ergens in de jaren ’80, toen kledij in pastelkleuren mode was, liepen er veel bonbonnières rond.
een vrouw gekleed in spekkekleuren: roze, turkoois, lichtblauw of geel noemden we een spekkedoze of bonbonnière
Zie ze daar eens paraderen, t’is precies een spekkedoze.
snoepje – niet te verwarren met spekkies;
zie ook spekke
VD2014 online: gewestelijk suikerballetje
Etymologiebank:
uitsluitend in Vlaanderen gebruikelijk vrouwelijk woord voor ‘snoepje van gekookte suiker en/of stroop, babbelaar’, later ‘snoepje in het algemeen’:
West-Vlaams: spekke
Oost-Vlaams: spekke, spek
Zeeuws-Vlaams: spekje (Debrabandere 2002, 2005 en 2007).
Moet ge nog ne spek hebben?
snoepje, een bonbon zonder papieren omhulsel
vroeger maakte men spekken van gebrande suiker die op een stenen plaat, het aanrecht, werd gegoten en in vierkante stukjes werd gesneden
zie ook: spek
Na het voorlezen van zijn nieuwjaarsbrief kreeg onze Jan van zijn grootvader een spekke.
Oh, ik verlang zo naar de tijd dat grootmoeder spekken bakte en me daarna op schoot nam en zei, ’kom hier mien spekke, mien keppekindje
snoepje, zie spek
Na het voorlezen van zijn nieuwjaarsbrief kreeg onze Jan van zijn grootvader een spekke.
spaak van fiets
uitspraak ongeveer: spjeiken, spjeike
Hij is weer in een put gereden, er moet opnieuw een speke vervangen worden.
spuwen, spugen
zie: speek, speekbak, spekelen
Toen hij een tegenspeler in zijn gezicht speekte, werd hij van het veld gestuurd.
spuwen, speken
“Ik woon zo kort bij hem dat ik bij wijze van spreken tegen zijn muur zou kunnen spekelen.” (Siegfried Bracke in DT210215)
lente-ui
< verbastering van Frans échalote
“Was de schalullen en snij ze in dikke plakken. Snij de preistengels in de helft, was ze grondig en snij nogmaals in twee.
Doe de preistukken en schalullen bij de rest in de kom en giet de olijfolie erover.” (kookjij.nl)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.