Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent

    Recente wijzigingen

    De onderstaande definities zijn de laatst gewijzigde definities van Vlaamse termen in ons woordenboek. Deze lijst is ook beschikbaar als RSS Feed RSS

    #58871

    pondkoek
    (zn. m. -ken )

    peperkoek

    < Een goedkoope soort van stroopkoek die bij het pond verkocht wordt. (Woordenboek der Nederlandsche Taal)

    ook: ‘pondenkoek’, ‘pontekoek’, pomkoek

    Ik heb een boterham met pondkoek gegeten.

    Regio onbekend
    Bewerking door de Bon op 03 Dec 2017 18:28
    4 reactie(s)

    #58872

    genoffel
    (de ~, (v.), ~len, ~s)

    1) anjer
    2) vrouwelijk geslachtsdeel
    3) bijnaam voor een vrouw (in de Kempen)
    4) koosnaampje voor een kindje, een meisje (in de Kempen)

    uitspraak: zjenoffel, zjenoefel: met doffe e zoals in ‘het’
    uitspraak in Antwerpen: klik op het luidsprekertje

    < Frans: girofle (hoewel dit een andere plant is; clou de girofle = kruidnagel)

    Van Dale online 2017: ge­nof­fel, 1287, va­ri­ant van gi­rof­fel
    - niet al­ge­meen an­jer, an­je­lier
    - vormvariant jenoffel, gi­nof­fel

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: De oude naam van de anjer is genoffel (uit ouder g(e)roffel ‘anjer; kruidnagel’ < Frans girofle ‘kruidnagel’ < Laatlatijn caryophyllon < Grieks karuophullon). Dit woord en varianten ervan komen plaatselijk nog voor in Zuid-Nederlandse dialecten.

    Limburg: kernoeffel

    Dianthus caryophyllus

    Hij had voor zijn afspraakje een witte zjenoffel op de rever van zijn vest gestoken.

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 03 Dec 2017 18:21
    6 reactie(s)

    #58873

    agauw
    (bijw.)

    algauw, versterking van gauw

    zie ook allegauw, allegaa

    Woordenboek der Nederlandsche Taal:
    algauw: versterking van gauw. In het Zuiden.

    Kom, geeft dat agauw hier, ik zal da wel arrangeren.

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 03 Dec 2017 18:18
    3 reactie(s)

    #58874

    agauw
    (bijw.)

    algauw, versterking van gauw

    zie ook allegauw, allegaa

    Woordenboek der Nederlandsche Taal:
    Agauw komt van algauw = bijwoord uit al + gauw: versterking van gauw. In het Zuiden.

    Kom, geeft dat agauw hier, ik zal da wel arrangeren.

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 03 Dec 2017 18:15
    3 reactie(s)

    #58875

    stechelen
    (ww., stechelde, gestecheld)

    koppen, mokken, dweis zijn

    Woordenboek der Nederlandsche Taal:
    Mokken, wrokken, dwars zijn, pruttelen (tegen iemand of iets). In het Zuiden der Kempen.
    Hij stechelt tegen iedereen, Cornelissen-Vervliet (1899)

    Nu is het genoeg geweest met dat stechelen. Ge loopt al 3 dagen rond met een gezicht van 7 dagen onweer.

    Niet stechelen omdat ge uw goesting niet krijgt he kameraad.

    Regio Antwerpse Kempen
    Bewerking door de Bon op 03 Dec 2017 18:10
    0 reactie(s)

    #58876

    stechelen
    (ww.)

    houdt het midden tussen treiterend ruzie maken en van mening verschillen, kibbelen

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: Een in dialecten voorkomend woord, dat daarnaast de vormen steggelen en stachelen, staggelen vertoont (zie b.v. Schuermans (1865-1870)). Volgens De Jager is het een frequentatieve vorm bij Steken, waarbij de ch op Hoogduitse invloed wijst (hd. stechen: als term in ’t kaartspel); voor de vormen met a wil Schuermans denken aan hd. stacheln: steken.

    Treiter elkaar niet zo, hou op met dat stechelen!

    Regio Antwerpse Kempen
    Bewerking door de Bon op 03 Dec 2017 18:08
    1 reactie(s)

    #58877

    beklappen
    (ww.)

    roddelen

    < Middelnederlands beclappen
    Eigenlijk: Iemand bebabbelen, kwaad van hem spreken; bij Kiliaan (1574) vertaald met infamare, diffamare (uit het Woordenboek der Nederlandsche Taal)

    Het is echt niet mooi meer hoe ze mij aan ’t beklappen geweest zijn. Allemaal leugens!

    Regio Hageland
    Bewerking door de Bon op 03 Dec 2017 18:07
    0 reactie(s)

    #58878

    zip
    (de ~, v./ m., geen mv.)

    jasje van een herenkostuum

    ook in de Antw. Kempen

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: bij Ziep:
    Zip, Zipe, Zjip, Zjup,
    Uit Oudfrans, Middelfrans jipe, naast jupe, in de betekenis ‘wambuis’. Alleen aangetroffen in dialectbronnen; de niet ontronde vorm (z)jup wordt alleen vermeld in Schuermans (1865-1870) en Cornelissen-Vervliet (1903).

    vergelijk: zip, in zijn ~ slaan

    Een zwarte zip bij een blauwe broek vind ik niet mooi.

    De boal (buil) van men zip is kapot.

    Regio Limburgse Kempen
    Bewerking door de Bon op 03 Dec 2017 18:05
    4 reactie(s)

    #58879

    zip
    (de ~, m., geen mv.)

    jasje van een herenkostuum

    ook in de Antw. Kempen

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: bij Ziep:
    Zip, Zipe, Zjip, Zjup,
    Uit Oudfrans, Middelfrans jipe, naast jupe, in de betekenis ‘wambuis’. Alleen aangetroffen in dialectbronnen; de niet ontronde vorm (z)jup wordt alleen vermeld in Schuermans (1865-1870) en Cornelissen-Vervliet (1903).

    vergelijk: zip, in zijn ~ slaan

    Een zwarte zip bij een blauwe broek vind ik niet mooi.

    De boal (buil) van men zip is kapot.

    Regio Limburgse Kempen
    Bewerking door de Bon op 03 Dec 2017 17:58
    4 reactie(s)

    #58880

    oppergaai
    (de (m) en)

    ZNWB: pag 342
    Woordenboek der Nederlandsche Taal:
    de hoogste vogel bij een gaaischieting.
    het gezegde: ‘de oppergaai afschieten’ betekent ‘een goede prestatie leveren’
    Maar in ironische zin betekent het juist het omgekeerde: een flater, domheid of stommiteit begaan
    zie ook: hoofdvogel, de ~ afschieten

    Hij heeft weer eens de oppergaai afgeschoten (hij heeft voor de zoveelste keer een flater begaan).

    Provincie West-Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 03 Dec 2017 17:55
    0 reactie(s)

    #58881

    pomkoek
    (de ~ (m.), ~en)

    peperkoek

    < van pondkoek: Een goedkoope soort van stroopkoek die bij het pond verkocht wordt. (uit het Woordenboek der Nederlandsche Taal)

    Ik heb een boterham met pomkoek gegeten.

    Regio Waasland
    Bewerking door de Bon op 03 Dec 2017 17:47
    0 reactie(s)

    #58882

    pieren
    (het, (o))

    andere naam voor pierbollen

    Op de smeir van ’t muziek waren ze nog eens aan het pieren.

    Provincie Oost-Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 03 Dec 2017 17:45
    0 reactie(s)

    #58883

    pieren
    (het, (o))

    andere naam voor pierbollen

    Op de smeir van ’t muziek waren ze nog eens aan het pieren.

    Provincie Oost-Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 03 Dec 2017 17:37
    0 reactie(s)

    #58884

    pieren
    (ww. pierde, gepierd)

    veel moeite doen om iets te zien, bv. om in het donker te lezen of fijn werk te doen, of om in de verte iets te zien

    Woordenboek der Nederlandsche Taal:
    2. Op iets turen, met inspanning kijken naar iets kleins of fijns, om dit te kunnen onderscheiden.
    “Op kleinen druk pieren”, Schuermans (1865-1870).
    “As ge zoo met den avend blijft pieren, dan zullen oew oogen gauw bedörven zijn”, Cornelissen-Vervliet (1899).
    “Pieren is slecht voor de oogen”, Loquela (Wdb.) (1907).

    Ons moeder zei: “Steekt het licht aan. Zit zo niet te pieren, ge gaat uw ogen verknoeien.”

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 03 Dec 2017 17:35
    0 reactie(s)

    #58885

    teksttoilettage
    (zn. m. -s)

    (politiek) verbetering of aanpassing van een tekst

    Er komt wat teksttoilettage om zelfstandigen geen concurrentie aan te doen. (VRTNWS)

    De reden hiervan heeft de Minister reeds in zijn antwoorden aan de Commissie uiteengezet. De teksttoilettage waarom het Rekenhof verzoekt – kan dan. (irisnet)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 03 Dec 2017 17:26
    0 reactie(s)

    #58886

    vastgrabbelen
    (ww. grabbelde vast, vastgegrabbeld)

    vlug, min of meer op goed geluk, iets of iemand grijpen en vasthouden

    Woordenboek der Nederlandsche Taal:
    Vastgrabbelen, (Zuid-Nederland) in ’t wild of rondtastend vastgrijpen
    “Probeert, of hij het kaartje snel genoeg kan vastgrabbelen” Roothaert, Dr. Vlimmen (1936).
    Wederk.
    Als men valt, wilt men hem (zich) vastgrabelen, Gezelle (St.-Margriete, ± 1880).

    Ze kon de kleine nog just vastgrabbelen toen hij de straat overliep.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 03 Dec 2017 16:06
    2 reactie(s)

    #58887

    Pietje de Dood
    (begrip)

    de dood, gepersonifieerd
    in Nederland: Magere Hein

    Van Dale 2013 online: Belgisch-Nederlands

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: Pietje de Dood, schertsende naam voor den Dood.
    “As Pietje de Dood komt dan moeten wij mee” Cornelissen-Vervliet (1899)

    Klik op de afbeelding
    Death drawing plain

    Vroeger werd Pietje de dood angstaanjagend afgebeeld.

    Pietje de dood: een geraamte met een zwarte capejas en een zeis.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 03 Dec 2017 16:02
    2 reactie(s)

    #58888

    komaf maken met -
    (uitdr.)

    taaladvies.net:
    Om uit te drukken dat er een einde gemaakt wordt aan een bepaalde (als lastig of onaangenaam ervaren) situatie of zaak, of dat iets voor eens en voor altijd opgelost wordt, wordt in België vaak komaf maken met iets gebruikt. Het is standaardtaal in België. In Nederland is deze uitdrukking nagenoeg onbekend.

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: komaf (met of van iets) maken, wordt in Zuid-Nederland veel gebezigd, waarbij soms ook gedacht wordt aan een resultaat.

    Ik zou eigenlijk eens komaf willen maken met de verwijzingen, afkortingen, definities in het Vlaams woordenboek. Om uniformiteit te bereiken, moeten afspraken gemaakt worden.

    We zullen daar eens rap komaf mee maken, zie!

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 03 Dec 2017 16:01
    2 reactie(s)

    #58889

    besteken
    (ww.)

    Een geschenk overhandigen

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: Iets, door te steken, aanraken.
    In toepassing op het vasthechten van iets tot sieraad. Vandaar: iemand met bloemen of ook andere geschenken begiftigen, en wel om hem geluk te wenschen, b.v. op zijn verjaardag, zijn naamdag of derg. In de zuidelijke gewesten nog thans gewoon.

    In ons gezin, mijn ouders trouwden in 1937, kregen wij altijd de avond voor de verjaardag ons verjaardagsgeschenk. Dat werd dan overhandigd met de woorden: “Heden is uw avond, morgen is uw dag, dat ik u besteken mag.” Dit gebruik werd al in ere gehouden bij mijn vader thuis, die evenals zijn ouders Eindhovenaren van geboorte waren. Toch ken ik het gebruik verder niet in Eindhoven.

    Provincie West-Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 03 Dec 2017 16:00
    6 reactie(s)

    #58890

    besteken
    (ww.)

    speciale aandacht geven voor een gebeurtenis (vb. trouwverjaardag, verjaardag)

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: Iets, door te steken, aanraken.
    ? In toepassing op het vasthechten van iets tot sieraad.
    ? Vandaar: iemand met bloemen of ook andere geschenken begiftigen, en wel om hem geluk te wenschen, b.v. op zijn verjaardag, zijn naamdag of derg. In de zuidelijke gewesten nog thans gewoon.

    De buurvrouw was gisteren 70 jaar. Haar beste vrienden hebben haar bestoken, en ze hebben gefeest tot in de late uurtjes.

    Regio Leiestreek
    Bewerking door de Bon op 03 Dec 2017 15:58
    3 reactie(s)

    Meer...

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.