Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent
De onderstaande definities zijn de laatst gewijzigde definities van Vlaamse termen in ons woordenboek.
Deze lijst is ook beschikbaar als RSS Feed
floppydisk (inmiddels verouderd: gegevensdrager voor computers)
Voor een zij-instromer is het moeilijk uit te leggen wat een flodderschijf precies was, behalve dat het een pur sang Belgies woord is.
verkering hebben
woorden-boek.nl: Z-Nl
VD95 vermeld ‘kennis aan iemand hebben’ in deze betekenis.
Onze Jeroen heeft nu toch al enkele maanden kennis met een meisje van zijn klas.
En, uw dochter, heeft ze nog geen kennis?
taaladvies.net: De uitdrukking in hoofde van daarentegen betekent ‘wat betreft, ten aanzien van’. Ze komt alleen voor in juridisch, politiek en ambtelijk taalgebruik in BelgiĆ« en is geen standaardtaal.
De stijging van de luchtdruk was in hoofde van de minister van binnenlandse buitenbanden absoluut niet prioritair.
De vermeende fraude in hoofde van de verdachte werd niet bewezen geacht.
verkering hebben
woorden-boek.nl: Z-Nl
VD95 vermeld ‘kennis aan iemand hebben’ in deze betekenis.
Onze Jeroen heeft nu toch al enkele maanden kennis met een meisje van zijn klas.
arduinen boordsteen van de kaaimuur, waarin de meerpalen verankerd zijn.
Als er in de periode rond Kerst en Nieuwjaar zware noordenwind staat, loopt Antwerpen het risico dat het Scheldewater boven den blauwe steen komt en de waterkeringsmuur afgesloten wordt om overstroming van ’t Zand en de buurt rond de voetgangerstunnel te voorkomen.
heer (in het kaartspel)
zie ook: zot
Welke vunzigaard sleept hier schuppenkoning?
De koning vangen. (=zorgen dat hij geen slag maakt)
Home-jacking is een diefstal van een voertuig, na diefstal van de sleutels in een woning, waarbij de daders geweld en/of bedreigingen gebruiken. (fedpol.be)
afgeleid: homejacker
Vier verdachten opgepakt na nieuwe homejacking in de Belgisch-Franse grensstreek.
Brutale homejackers zitten voor zes jaar vast.
bejaardenhuis, rusthuis
tehuis voor kinderen
Ons bobon is nog veel te goed om naar nen home te gaan.
Die jongen heeft heel zijn jeugd in nen home gezeten.
bejaardenhuis/oord (rusthuis is verouderd in NL)
Zorgnet Vlaanderen tevreden met extra geld voor bouw rusthuizen.
heftig verliefd zijn op iemand
zie ook zot zijn op iets of iemand
Destijds stond half Belgie zot van Brigitte Bardot. Allee, de mannen toch.
Onze Jeroen is op vrijersvoeten, hij staat zot van een maske uit zijn klas.
heftig verliefd zijn op iemand
zie ook zot zijn van iets of iemand
Destijds stond half Belgie zot van Brigitte Bardot. Allee, de mannen toch.
Onze Jeroen is op vrijersvoeten, hij staat zot van een maske uit zijn klas.
verzot zijn op iets, iets of iemand graag hebben of zien
In Antwerpen stad: ‘zot van iets of iemand’ (o.a. de film “Zot van a”)
zie ook zot staan van iemand
Ik ben zot op griezelfilms.
Hij is stapelzot op haar.
verbaliseren
verouderd?
Ik ben opgeschreven voor verkeerd parkeren. Ik had de plakaat niet gezien.
De Jean is voor den derde keer van de week opgeschreven voor te rap rijden. Het is een lopende rekening bij hem.
1. zodra, van zodra; zie ook vanaf als
2. sinds
soms ook: vanaf als wanneer dat…, vanaf van als dat…
1) Vanaf als dat em gedaan met werken heeft, komt hij u helpen met het schilderen.
Vanaf als dat het nieuws begint moeten de klein mannen stillekes zijn.
2) Zij heeft die steekpijn in haar knie vanaf als dat ze toen gevallen is.
1) Vanaf als wanneer dat het donker wordt moet ge in den auto uw lichten aansteken.
vertraging
in retard zijn: vertraging hebben
Op het bord in het station stond in het rood aangegeven dat de trein een half uur in retard was.
‘Hallo, Jean, luistert hier, ik heb door de file wat retard. Ik zal 10 minuten later zijn.’
afsnijden, afknippen, afscheren
zie ook gras afdoen, afrijden
Zijn vrouw herkende hem bijna niet meer toen hij zijnen baard had afgedaan.
Ik heb de laatste keer de haag nog eens afgedaan, de volgende keer zal in de volgende lente zijn.
Hij had heel het grasveld afgedaan met een duwerke. ’s Avonds was hij poempaf.
(overg.) maaien (met gras of een grasperk als object)
zie ook afdoen
Ik moet straks het gras nog afrijden, want voor morgen geven ze weer regen.
muilband, muilkorf
Etym.: uitg. -el vermoedelijk diminutief; de i is ontronde umlaut bij mond (denk ik)
Den hond de mintel aandoen.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.