Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door nthn

    hoe dat?
    (bijw.)

    hoe? hoezo?

    wordt normaliter als intensivering van de verbazing of onkennis van de spreker gebruikt, als antwoord op een voorafgaande stelling

    klemtoon ligt altijd op de da(t)

    ook bij alle andere vraagwoorden: waarom/voorwat dat? waar dat? wanneer dat? wie dat? …

    - ’k Heb u nog gezien een tijdje geleden.
    - Ah, echt? Waar da?
    - Op de markt.
    - Hoe, en wanneer da?
    - Da ’k ’t nie meer weet, pakt vorige zondag, ge liept der rond met dingske.
    - Wie da?
    - Houdt u maar niet van den dommen, ’k heb u wel in ’t snotje.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 21 Feb 2019 11:16
    1 reactie(s)

    rieken
    (overg. ww. rook, geroken)

    ruiken, een geur waarnemen

    Die ‘t eerst riekt, z’n holleke piept/pikt. (uitdrukking)
    ook wel: Degene die ’t eerst riekt, die heeft ’t geflikt.
    Degene die het eerst een kwalijke windgeur waarneemt en er (figuurlijk) lucht aan geeft, die is er verantwoordelijk voor.

    West-Vlaams: Riek je gie dat ook? Ze zien hier entwaarsen (entwaarten) een beerput aan ’t legen.

    Antwerps: Riekte gij dat ook? Ze zèn ier ieverans nen beerput aan ’t leeg maken.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 21 Feb 2019 11:01
    2 reactie(s)

    hoe dat?
    (bijw.)

    hoe?

    wordt normaliter als intensivering van de verbazing of onkennis van de spreker gebruikt, als antwoord op een voorafgaande stelling

    klemtoon ligt altijd op de da(t)

    ook bij alle andere vraagwoorden: waarom/voorwat dat? waar dat? wanneer dat? wie dat? …

    - ’k Heb u nog gezien een tijdje geleden.
    - Ah, echt? Waar da?
    - Op de markt.
    - Hoe, en wanneer da?
    - Da ’k ’t nie meer weet, pakt vorige zondag, ge liept der rond met dingske.
    - Wie da?
    - Houdt u maar niet van den dommen, ’k heb u wel in ’t snotje.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 20 Feb 2019 15:40
    1 reactie(s)

    de maandag/dinsdag/…
    (tijdsbepaling)

    maandag/dinsdag/…

    dagen zijn mannelijk, dus wordt ‘de’ verbogen: de maandag, den dinsdag, de woensdag, den donderdag, de vrijdag, de zaterdag en de zondag

    Ze gaat den dinsdag vertrekken en de zaterdag terugkomen.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 20 Feb 2019 15:21
    3 reactie(s)

    steirt
    (de ~ (m.), ~en)

    veel oudere vorm van ‘staart’, die in tal van Vlaamse dialecten nog volop wordt gebruikt

    ook steert, stert

    analoog met peird/peerd

    Der zit ne ronker op mij peird zijne steirt.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 20 Feb 2019 14:59
    1 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.