Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
variant op strijn (=redetwisten)
afstrijn is ontkennen, aanvechten van wat er gezegd is
ik strij’nt af
gij/hij/zij strij’ get af
wij strij’nt af
Gulder strij’get af
Zulder strij’nt af
zie ook afstrijden
Hij heeft alle beschuldigingen afgestreen.
Ziet hem alles schaamteloos afstrijn, ge krijgt die nie aan’t blozen…
loochenen, tegenspreken, een mening of bewering uit het hoofd proberen te praten, bestrijden
Antw.: afstraaje
Limburg: aafstrieje
Kempen: afstraa(n), afstraaje, afstrei(n), afstrei-je
Waasland: afstrijn
W-Vl: ofstrien
Van Dale 1995: gewestelijk
Van Dale 2018: mbt. een bewering, een mening enz. proberen uit het hoofd te praten, tegenspreken, loochenen
- niet algemeen iem. iets afstrijden
vnw: iets afstrijden: in een woordenstrijd ontkennen, loochenen, in discussie betwisten
Ge moet dat niet afstrijden. Ik weet zeker dat ge het gedaan hebt.
Limburg: De mostat neet aafstrieje, ich weit zeker daste ’t gedoan hubs.
Een president onwaardig, net zoals diegene dat in deze chatgroep aanwezig waren, liegen, afstrijden en een arrogante houding aannemen. (hln.be)
debatteren, discuteren, disputeren, kibbelen, redekavelen, redetwisten, discussiëren
zie ook: sjtrieje, zich ~, strijn
vgl. afstrijden
Ik gon nie strien over jeansvestjes, mo ot tie vuil is vlieg tie mé se kloaten in de waste.
versie van strijden maar dan voor verbale schermutselingen
discussiëren, redetwisten
zie ook strien
Gij kunt mij nooit eens gelijk geven, gij moet altijd strijn
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.
