Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
1. gereedschap, uitrusting, gerei, spullen
huisgerief, kookgerief, keukengerief, knutselgerief, kuisgerief, naaigerief, scheergerief, schildergerief, schoolgerief, schrijfgerief, slaapgerief, tekengerief, toiletgerief, tuingerief, visgerief, zwemgerief,…
2. mannelijke geslachtsdelen
VD online: gerief: (1376-1400 ‘genot, voordeel, winst’)
etymologie onzeker, wel te verbinden met Middelnederlands r?ve (mild, overvloedig)
> BE benodigdheden: gerei
ook als tweede lid in samenstellingen als de volgende, waarin het eerste lid een handeling of een werkterrein noemt:
bakgerief, borduurgerief, bouwgerief, douchegerief, hengelgerief, kampeergerief, klimgerief, naaigerief, rookgerief, voetbalgerief, werkgerief, zitgerief
1. Ik zal mijn gerief pakken om uwen band te plakken.
Doet dat computergerief eens van de tafel af, we gaan eten.
2. Zijn broek spant zodanig dat je duidelijk zijn gerief ziet zitten.
Goed gerief moet onder een afdak hangen.
In de varianten van het Vlaams waar de gij/ge/-persoon wordt gebruikt,versmelt in zinnen met inversie de gij/ge/-vorm met de persoonsvorm van het werkwoord. Dit verschijnsel noemt men enclise.
Het is typisch voor het informeel gesproken taalgebruik in de Antwerps-Brabantse dialecten. Het komt echter ook voor in andere gebieden.
- “Hedde – of hebde – dat al gedaan?” (enclise van “Hebt ge”)
- “Gade mee?” (enclise van “Gaat ge?”)
- “Kunde mij helpen?” (enclise van “Kunt ge?”)
- “Zijde braaf geweest?” (enclise van “Zijt ge?”)
- “Hedde schoon gespeeld?” (enclise van “hebt ge”)
In bovenstaande zinnen is het niet duidelijk of het om een tweede persoon enkelvoud of meervoud gaat. Mede daarom treedt er ook een verdubbeling op van de ge/gij/-vorm, of voegt men gijlie/gelle/golle toe om de tweede persoon meervoud aan te duiden.
Bijvoorbeeld:
- “Hedde gij dat al gedaan?”
- “Gade gij mee?”
- “Kunde gij mij helpen?”
- “Zijde gij braaf geweest?”
- “Hedde gelle schoon gespeeld?”
Een andere reden voor deze verdubbeling of toevoeging kan zijn dat men de klemtoon legt op de gij-vorm om een onderscheid met iemand anders duidelijk te maken:
- Kunde gij me helpen, want hij daar kan het niet.
- Hedde gij vijf minuten voor mij, want de Jan is te druk bezig.
- Neemde gijlie mij mee, want mijn maten zijn al weg.
“Na die trappen tot op ’t 7de hedde geen goesting meer voor tv te zien of eten te maken zenne”.(facebook)
En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief,
Gij ouwe zot! En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief! (studentenlied)
Hela Jean, komde?
Ze zei: “hedde gijlie onze kater niet gezien, die is gisteravond niet naar huis gekomen”. (forum politics)
Een bruin brood, brengde dat eens mee voor mij?
gaan
west of weest + infinitief
SN/NL: wezen
VD online: alleen onbepaalde wijs; in voltooide tijden wordt ‘zijn’ (met de waarde van ‘geweest’) in combinatie met een infinitief zonder ‘te’, vervangen door ‘wezen’ (met dezelfde waarde)
gaan
> wij zijn daar wezen kijken
> ik ben eens wezen luisteren
Hij is west wandelen met den hond.
Wij zijn west shoppen voor Kerstmis en daarna zijn we weest gaan eten.
Wat zijt ge west doen?
Zij is weest stappen met vriendinnen.
gaan
SN/NL: wezen
VD online: alleen onbepaalde wijs; in voltooide tijden wordt ‘zijn’ (met de waarde van ‘geweest’) in combinatie met een infinitief zonder ‘te’, vervangen door ‘wezen’ (met dezelfde waarde)
gaan
> wij zijn daar wezen kijken
> ik ben eens wezen luisteren
Hij is west wandelen met den hond.
Wij zijn west shoppen voor Kerstmis.
Wat zijt ge west doen?
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.