Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
waterdichtgemaakt linnen, vroeger met was, nu met een plastieklaag. Grondstof voor een tafellaken, een regenvest, een Zuidwester, een zeil(tje), enz.
< Fr. la toile = het linnen, la cire = de (bijen)was; ciré: volt.deelwoord = bedekt met was
We hebben een nieuwe toile cirée nodig, want ons huidig tafelkleed is helemaal beschadigd.
Iemand die heel stijf staat, alsof hij de kapstok nog in zijn hemd heeft zitten. Meestal ook een zure mens.
Amai, wat een kapstok. Kan die niet eens vriendelijk zijn?
kleerhanger
Kapstokken van ijzerdraad zijn niet stevig. Ge kunt er hoogstens een fijn kleedje op hangen. Die van tegenwoordig in plastiek zijn al niet veel beter.
Het zou komen van de vuren die worden aangestoken op de feestdag van Sint-Maarten.
In de volksmond ‘Sinte-Mette’.
Dat mettevieke stinkt nogal. Daar zit zeker wa plastiek in.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.