Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door de Bon

    profijt
    (het ~, -en)

    1) profijt hebben bij : winst, voordeel
    2) profijt doen: goedkoper af zijn

    Van Dale online:
    pro·fijt (het; meervoud: profijten)
    1.voordeel, nut, winst
    synoniem(en): voordeel
    ? voorbeelden
    profijt trekken van iets

    1) Hij doet dat niet zo maar vrijwillig, hij heeft er profijt bij.
    2) Vanaf tien stuks gaat er 15% van de prijs af, dan doe je profijt.

    Regio Waasland
    Bewerking door de Bon op 29 May 2012 13:45
    6 reactie(s)

    reklambladje
    (het ~, -s)

    reclameblaadje

    De reklambladjes zijn gebracht, eens zien waar we profijt kunnen doen.

    Regio Waasland
    Bewerking door de Bon op 29 May 2012 13:36
    0 reactie(s)

    kassiene
    (de ~ (v.), -n)

    vensterbank

    ook als samenstelling: veisterkassien

    ook: kazijn, kassijn(e) (later: kozijn)

    Middelnederlands: cassijn (o.)/cassine (v.) < oud-noordfrans ‘cassin’/‘chassin’

    zie ook: rijchel

    De kassiene staat vol bloempotjes met cactussen.

    Provincie West-Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 29 May 2012 13:29
    0 reactie(s)

    rijchel
    (de ~ (m.), ~s)

    vensterbank aan binnen- en buitenkant
    ook reichel gespeld

    < richel (smalle strook)

    Ga niet op de reichel zitten; ge zoudt er kunnen afvallen.

    Regio Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 29 May 2012 13:28
    10 reactie(s)

    rijlen
    (ww.)

    rillen, bibberen, van de kou, van de koorts, van schrik

    vgl. rijeren

    WNT: Modern lemma: rijelen
    Frequentatieve vorm van Rij(d)en.
    Rillen, bibberen, sidderen, huiveren.
    Hetzelfde als Rij(d)eren. In N.-Nederl. verouderd; in Z.-Nederland ook nog in de vormen rijlen en rijgelen (Corn.-Vervl.1996) bekend.

    “Ik rijl van de kou” Corn.-Vervl.
    “Hij rijelde van schrik”

    Deze morgend lag hij in zijn bedje nog te rijlen van de koorts.

    Regio Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 29 May 2012 13:23
    1 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.