Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
het gebabbel, gepraat
ook koutenance, koetnanche, koetenanse (en vroeger coutenantie)
WNT: < Mnl. couten; ofri. kaltia. Gevormd van den wortel van Kallen
Koutenance, koutenantie, gezellig praatje, conversatie.
“Ze zat te horken naar vader die, rond den heerd, in koutenancie lag met den eenen of den anderen gebuur, die ne keer was komen ontsteken” Callebert bij De Bo (1869).
Waar mensen samen komen, kan er heel wat coutenansie zijn.
het gezellig praten, kouten
koutenantie
Ik ga ne keer gaan luisteren, van ’t is daar veel koetenanse.
ineenslaan, in mekaar kloppen
3 gasten hebben een andere gast zonder aanleiding ineengepeerd.
morsdood, zo dood als ne piet
WNT: Pietdood, zoo dood als een pier, morsdood (”Hij viel uit den boom en hij was pietdood”, Corn.-Vervliet; zie ook Schuermans (1865-1870) en Tuerl.)
Een bende jongens hadden een vreemde helemaal ineengepeerd (ineenperen) en voor pietdood achtergelaten.
Den Danny had teveel gedronken en hij was achter het stuur in ’t slaap gevallen. Hij knalde tegen een boom en hij was op lag pietdood.
ergens bijna gek van zijn
vgl. bolhoorde worden
Luisteren naar cd’s van mijn zoon, da’s om boloorde van te komen.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.