Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door de Bon

    gatplakker
    (de ~ (m.), ~s)

    bumperklever, gatrijder

    de gatplakker is groot, de gatplakker is machtig,
    de gatplakker geraakt er nooit op tijd,
    de gatplakker wil sneller dan het licht,
    de gatplakker houdt nie’ van den tijd

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 21 Jan 2014 12:04
    0 reactie(s)

    gatrijder
    (de ~ m., ~s)

    iemand die met de auto te dicht achter iemand anders zijn wagen rijdt, een bumperklever

    zie ook gatplakker, gat, in iemands ~ hangen

    Te straks zat er een gatrijder in mijn gat te boren. Hij en ik ook hadden veel sjans (chance) gehad dat ik niet ineens moest stoppen voor gevaar op de weg want dan had het koekenbak geweest.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 21 Jan 2014 12:04
    0 reactie(s)

    zipzak
    (de ~, (m.), ~ken)

    vestzak
    dim. zipzakje

    WNT:
    Ziepzakje, vestzakje. Gewestelijk in Brabant. Cuypers in Noord.-Brabant Alm. 1893, De Bont (1958).

    Mijne schat had een roos in zijn zipzakje steken. Toen ik het eruit haalde hing er mijne verlovingsring aan. “Ja” was rap gezegd.

    Regio Antwerpse Kempen
    Bewerking door de Bon op 21 Jan 2014 11:44
    0 reactie(s)

    waailing
    (de ~, ~ en, m znw)

    boom die ergens in het wild uitgeschoten is
    bij uitbreiding: een buitenechtelijk kind waarvan men niet weet wie de vader is

    Voor er dennebossen aangeplant werden voor mijnhout, groeiden er in de Kempense heidegebieden voornamelijk waailingen.

    Regio Antwerpse Kempen
    Bewerking door de Bon op 21 Jan 2014 11:09
    0 reactie(s)

    sakkeren
    (ww. sakkerde, gesakkerd)

    vloeken, foeteren, mopperen
    > Fr. sacrer = wijden, (ver)vloeken > lat>. sacer,~cri
    afl. sakkers(e) (bn.) vervloekt(e)
    ook sakkerloot (sacra lotio), sakkerdju (sacredieu)
    verbastering sapperloot, sapristi (Fr. sapré, sacristi)

    Ik heb al gesakkerd op die sakkerse deugniet. Sapperloot!

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 20 Jan 2014 14:30
    1 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.