Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Het is een onzichtbar fantasiewezen dat in het korenveld tussen het koren leeft.
Meestal werd dit gebruikt om kinderen af te schrikken zodat ze niet in het korenveld gaan spelen, om het plat trappen van het koren te voorkomen.
ook in het Hageland
zie varianten in andere regio’s bij pakkeman, doezeman, peetieloetie, sloekepier, sloekembeir, loekebeir,pietje beu
“Kinderen, ga buiten spelen maar niet in het koren komen want de korenpater zit daar en die pakt alle stoute kindjes mee.”
wreef = bovendeel van een voet
ook in de prov. Antw.
Er is een steen op zijne vrijf gevallen.
letterlijk: bijten in een boterham belegd met kaas en telkens je bijt, schuift de kaas naar achteren. zie schuifkaas
figuurlijk: uitsparen op eten om iets anders te kunnen betalen; ook: gierig zijn
ook aan de kust gangbare uitdrukking
zie ook bokes met confituur eten
Ze eten stuten met schuifkaas (hebben weinig middelen, maar toch elk jaar een reis).
plak kaas die men in tijden van armoede of gebrek tijdelijk tussen de boterham legt maar die ook weer hergebruikt wordt bij de volgende boterham (nl.wiktionary.org.)
Werd ook met spek gedaan, schuifspek genoemd.
Bij een mildere vorm werd een reepje kaas vooraan op een open boterham gelegd. Bij elke hap werd in het brood gebeten en de kaas met de bovenlip achteruit geschoven. Het stukje kaas werd bij de laatste hap opgegeten.
zie ook schuifkaas eten
“Op een droge boterham werd een plakje kaas gelegd. Lekker, boterham kaas! Maar bij het happen werd de mond niet al te ver geopend, zodat de kaas bleef haken tegen de bovenlip, van de boterham schoof en kon worden gebruikt voor het volgende broodje schuifkaas.” Rob Vreeken in de Volkskrant (1994)
“Cultureelhistorisch erfgoed waar je nog het zweet van echte arbeid opsnuift. Waar de geur van schuifspek (stukje spek dat je doorschuift over je boterham om de illusie te wekken dat je hele boterham ermee belegd is) nog in de zware, vochtige lucht hangt.” (biesbosch.nu)
plak kaas die men in tijden van armoede of gebrek tijdelijk tussen de boterham legt maar die ook weer hergebruikt wordt bij de volgende boterham (nl.wiktionary.org.)
Werd ook met spek gedaan, schuifspek genoemd.
Bij een mildere vorm werd een reepje kaas vooraan op een open boterham gelegd. Bij elke hap werd in het brood gebeten en de kaas met de bovenlip achteruit geschoven. Het stukje kaas werd bij de laatste hap opgegeten.
zie ook schuifkaas eten
“Op een droge boterham werd een plakje kaas gelegd. Lekker, boterham kaas! Maar bij het happen werd de mond niet al te ver geopend, zodat de kaas bleef haken tegen de bovenlip, van de boterham schoof en kon worden gebruikt voor het volgende broodje schuifkaas.” Rob Vreeken in de Volkskrant (1994)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.